Operation Manual

65
Hoofdstuk 6: Nieuwe effecttypes creëren (Customize)
Hoofdstuk
6
Overdrive/Distortion
aanpassen
U kunt drie reeksen instellingen maken: Custom 1, Custom 2
en Custom 3.
* Als u de Custom-instellingen wijzigt, verandert ook de sound
van een patch die Custom 1, 2 of 3 gebruikt.
fig.06-043
1. Druk op de aan/uit-toets van OVERDRIVE/
DISTORTION om het OD/DS-scherm weer te geven.
2. Druk op PARAMETER [ ] [ ] om de Type-
parameter te selecteren.
3. Draai aan de PATCH/VALUE-schijf om ‘Custom 1’,
‘Custom 2’ of ‘Custom 3’ te selecteren.
fig.06-050d
4. Druk op PARAMETER [ ] [ ] om de Custom-
parameters weer te geven.
5. Draai aan de PATCH/VALUE-schijf om een waarde te
selecteren.
6. Herhaal indien nodig stap 4 en 5.
7. Druk op [EXIT] om naar het Play-scherm terug te keren.
7
3,52,4
1
Parameter/
Bereik
Verklaring
Type
fig.06-060d
Zie hieronder Selecteert het type overdrive/distortion.
OD-1
Dit is de sound van de BOSS OD-1.
OD-2
Dit geeft een overdrivegeluid met een hoge
gain.
CRUNCH
Dit is een knerpend geluid.
DS-1
Dit geeft een elementaire, traditionele dis-
tortion.
DS-2
Dit geeft een zwaarder distortiongeluid.
METAL-1
Dit is een metalgeluid met een typisch mid-
dengebied.
METAL-2
Dit geeft een heavy-metalgeluid.
FUZZ
Dit geeft een elementaire, traditionele fuzz.
Bottom
fig.06-061d
-50–+50
Regelt de hoeveelheid distortion in de lage
frequenties.
Top
fig.06-062d
-50–+50
Regelt de hoeveelheid distortion in de hoge
frequenties.
Low
fig.06-063d
-50–+50 Regelt de klank in de lage frequenties.
High
fig.06-064d
-50–+50 Regelt de klank in de hoge frequenties.