Operation Manual

89
Appendices
Appendices
Problemen oplossen
Als er geen geluid is of als zich andere problemen met de
werking van het apparaat voordoen, probeer dan eerst deze
oplossingen. Als dat niet helpt, contacteert u uw verkoper of
het dichtstbijzijnde Roland Service Station.
Problemen met het geluid
oplossen
Geen geluid / volume te laag
❍ Zijn de verbindingskabels stuk?
o Probeer het eens met andere kabels.
❍ Is de GT-8 correct op de andere apparaten aangesloten?
o Controleer de aansluitingen met de andere apparaten
(p. 13).
❍ Is de aangesloten versterker of het mengpaneel
uitgeschakeld, of staat hun volume op nul?
o Controleer de instellingen van uw versterker/
mengpaneel.
❍ Staat de ‘OUTPUT LEVEL’-knop op nul?
o Zet de ‘OUTPUT LEVEL’-knop op het juiste niveau
(p. 14).
❍ Is de stemfunctie ingeschakeld?
o Als het volume in stemmodus op ‘Mute’ staat, zal zelfs
het directe geluid niet hoorbaar zijn bij het inschakelen
van de stemfunctie (p. 77).
❍ Is elk effect correct ingesteld?
o Gebruik de ‘Meter’-functie (p. 75) om het uitgangsniveau
van elk effect te controleren. Als de meter niet op een
effect reageert, check dan de instellingen van dat effect.
❍ Is ‘FV: Level’ of ‘MST: Patch Level’ als ‘Pedal Assign’-
target geselecteerd?
o Gebruik het bedieningsorgaan dat u hebt toegewezen.
❍ Is het externe toestel uitgeschakeld dat op de SEND/
RETURN-jack is aangesloten? Staat het volume van dat
toestel op nul?
o Controleer de instellingen op het aangesloten apparaat.
Het volume van het instrument dat op
INPUT en RETURN is aangesloten, is te
laag
❍ Gebruikt u misschien een verbindingskabel met een
weerstand?
o Gebruik een verbindingskabel zonder weerstand.
De patch verandert niet
❍ Ziet u iets anders dan het Play-scherm op het scherm?
o Op de GT-8 kunt u alleen patches selecteren als het Play-
scherm wordt weergegeven. Druk op [EXIT] om naar het
Play-scherm terug te keren (p. 14).
Andere problemen oplossen
Parameters met Pedal Assign sturen
lukt niet
❍ Is het effect misschien uitgeschakeld?
o Om een parameter met het zwelpedaal of CTL-pedaal te
kunnen sturen, moet het effect waar de parameter deel
van uitmaakt, ingeschakeld zijn.
❍ Is de Sub CTL 1,2 Function of de Sub EXP Pedal Function
op een andere waarde dan ‘Assignable’ ingesteld?
o Als u een bedieningsorgaan gebruikt dat op de ‘SUB EXP
PEDAL/SUB CTL 1, 2’-jack is aangesloten, moet u de
Sub CTL 1, 2 Function (p. 55) of Sub EXP Pedal Function
(p. 56) op ‘Assignable’ instellen.
❍ Stemmen de midikanalen van beide apparaten overeen?
o Zorg dat de midikanalen van beide apparaten
overeenstemmen (p. 80).
❍ Stemmen de controller numbers van beide apparaten
overeen?
o Zorg dat de controller numbers van beide apparaten
overeenstemmen (p. 60).
Midiboodschappen worden niet
verzonden/ontvangen
❍ Zijn de midikabels stuk?
o Probeer andere midikabels.
❍ Is de GT-8 correct op het andere midi-apparaat
aangesloten?
o Controleer de aansluitingen met het andere midi-
apparaat.
❍ Stemmen de midikanalen van beide apparaten overeen?
o Zorg dat de midikanalen van beide apparaten
overeenstemmen (p. 80).
❍ Als u met de GT-8 boodschappen verzendt, zorg dan dat
de GT-8 correct is ingesteld om data te versturen.
o Controleer de aan/uit-status (p. 80) voor de verzending
van ‘Program Change’-boodschappen en de instellingen
van de controller numbers (p. 81).