Operation Manual

12
BELANGRIJKE OPMERKINGEN
301
Sluit dit apparaat niet op hetzelfde stopcontact aan dat
door een elektrisch apparaat wordt gebruikt waar een
omvormer bij te pas komt (zoals een koelkast,
wasmachine, magnetronoven of airconditioner) of dat een
motor bevat. Afhankelijk van de manier waarop het
apparaat wordt gebruikt, kan de ruis van de
stroomvoorziening veroorzaken dat dit apparaat storingen
gaat vertonen of hoorbare ruis produceert. Wanneer het
niet mogelijk is om een apart stopcontact te gebruiken,
plaatst u een ruisfilter tussen dit apparaat en het
stopcontact.
De adapter begint hitte af te geven na vele uren
onafgebroken gebruik. Dit is normaal en geen reden tot
bezorgdheid.
Het gebruik van een adapter wordt aanbevolen aangezien
het stroomverbruik van dit apparaat relatief hoog is.
Indien u de voorkeur aan batterijen geeft, gebruik dan
alkaline batterijen of oplaadbare Ni-MH batterijen.
Om storingen en defecte apparatuur te voorkomen zet u
alle apparatuur uit voordat u aansluitingen maakt.
322
Tijdens het installeren of vervangen van batterijen zet u dit
apparaat altijd uit en ontkoppelt u alle andere apparaten
die mogelijk zijn aangesloten. Op die manier voorkomt u
storingen en beschadigingen.
Een batterij is in de afstandsbediening geïnstalleerd,
voordat deze de fabriek verliet. De levensduur van deze
batterij kan beperkt zijn, aangezien deze voornamelijk
voor testen was bedoeld.
Als de batterijen extreem leeg raken, kan het geluid
vervormen / kunnen onderbrekingen in het geluid
optreden op hoge volumeniveaus, maar dit duidt niet op
een storing. Als dit gebeurt, vervangt u de batterijen /
gebruikt u de meegeleverde adapter.
Als u dit apparaat op batterijen gebruikt, gebruik dan
alkaline batterijen of oplaadbare Ni-MH batterijen.
Als u dit apparaat op batterijen gebruikt, ontkoppelt u de
adapter.
Zelfs als batterijen geïnstalleerd zijn, wordt dit apparaat
uitgezet als u het netsnoer in een stopcontact steekt of
eruit trekt terwijl het apparaat aan is, of als u de adapter
op het apparaat aansluit of loskoppelt. Als dit gebeurt, kan
niet opgeslagen data verloren gaan. U moet de stroom
uitzetten voordat u het netsnoer of de adapter aansluit of
loskoppelt.
351
Wanneer het apparaat in de buurt van eindversterkers (of
andere apparatuur welke grote stroom transformators
bevat) wordt gebruikt, kan ruis ontstaan. Om dit
probleem te verhelpen, verandert u de richting van dit
apparaat of plaatst u het verder weg van de storingsbron.
Dit apparaat kan storing in radio en televisieontvangst
veroorzaken. Gebruik dit apparaat niet in de nabijheid van
dit soort ontvangers.
Ruis kan veroorzaakt worden wanneer draadloze
communicatieapparaten zoals mobiele telefoons in de
buurt van dit apparaat worden gebruikt. Dit soort ruis kan
optreden bij het ontvangen of starten van een gesprek of
tijdens de conversatie. Als u dit soort problemen
ondervindt, dient u deze draadloze apparaten op meer
afstand van dit apparaat gebruiken of uit te zetten.
Stel het apparaat niet aan direct zonlicht bloot, plaats het
niet in de buurt van apparaten die warmte afgeven, laat
het niet in een afgesloten voertuig achter en onderwerp
het niet aan extreme temperaturen. Door overmatige hitte
kan het apparaat vervormen of verkleuren.
Als het apparaat naar een locatie met een zeer afwijkende
temperatuur en/of vochtigheid wordt verplaatst, kunnen
er waterdruppels (condensatie) binnen in het apparaat
worden gevormd. Wanneer u het apparaat in deze staat
gaat gebruiken, kunnen schade en storingen ontstaan.
Daarom moet u het apparaat, voordat u het in gebruik
neemt, enige uren laten staan totdat de condensatie
volledig is verdampt.
Afhankelijk van het materiaal en de temperatuur van het
oppervlak waarop u het apparaat plaatst, kunnen de
rubber voetjes het oppervlak doen verkleuren of
beschadigen. U kunt een stukje stof of vilt onder de rubber
voetjes plaatsen om dit te voorkomen. Als u dit doet,
moet u oppassen dat het apparaat niet per ongeluk glijdt
of verschuift.
Plaats niets dat water bevat op dit apparaat. Als er
vloeistof op het oppervlak van dit apparaat is gemorst,
veegt u snel af met een droge, zachte doek.
401a
Voor het dagelijks schoonhouden neemt u het apparaat
met een droge of licht vochtige doek af. Om hardnekkig
vuil te verwijderen gebruikt u een doek met een mild, niet
schurend schoonmaakmiddel. Daarna neemt u het
apparaat grondig met een zachte, droge doek af.
Gebruik geen benzine, verdunners, alcohol of
oplosmiddelen, omdat deze vervorming of
kleurverandering kunnen veroorzaken.
452-edit
Wees er op bedacht dat alle data in het geheugen van dit
apparaat verloren kunnen gaan wanneer het apparaat ter
reparatie wordt aangeboden. Sla belangrijke data altijd op
SD-kaarten, SDHC-kaarten op, of maak er een notitie van
(indien mogelijk). Tijdens reparaties wordt altijd
geprobeerd om het verlies van data te voorkomen. Echter,
in bepaalde gevallen (bijvoorbeeld als het circuit voor de
geheugensectie zelf niet meer werkt), kan de opgeslagen
inhoud helaas niet meer hersteld worden. Roland is niet
aansprakelijk voor dit soort verlies van data.
801
Vermijd dat de glanzende onderkant (gecodeerd
oppervlak) van de disk wordt aangeraakt of bekrast raakt.
Beschadigde of vuile disks kunnen niet goed gelezen
worden. Houd uw disks schoon, met een in de winkel
verkrijgbaar disk reinigingsproduct.
551-edit
Wees ervan bewust dat de inhoud van het geheugen
onherstelbaar verloren kan gaan, door een storing in het
apparaat of door onjuiste bediening. Om te voorkomen
dat u belangrijke data verliest, adviseren wij deze op
papier te noteren (indien mogelijk).
Stroomvoorziening
Stroomvoorziening: gebruik van
batterijen
Plaatsing
Onderhoud
Reparaties en data
Behandeling van CD’s
Aanvullende voorzorgsmaatregelen