Operation Manual

Wanneer de camcorder is ingeschakeld, werkt de zelfdiagnosefunctie. Als een waarschuwing
verschijnt, kunt u “Waarschuwingsindicators en berichten” raadplegen (
pagina’s 117~120)
en de benodigde stappen nemen.
Als u het LCD-paneel sluit wanneer het apparaat is ingeschakeld, wordt de stroombesparingsmodus
geactiveerd.
Standaardgebruik van de camcorder
In dit hoofdstuk maakt uw kennis met de standaardwerkwijze voor gebruik van deze camcorder,
zoals in- en uitschakelen, tussen modi schakelen en het instellen van indicators op het scherm.
UW CAMCORDER IN- EN UITSCHAKELEN
1. Open het LCD-scherm om de camcorder in
te schakelen.
Uw camcorder wordt automatisch
ingeschakeld wanneer u het LCD-
scherm opent.
2.
Voor het uitschakelen van de camcorder
drukt u circa 1 seconde op de knop Aan/uit
(
)-knop.
Wanneer u het LCD-scherm sluit, wordt
de camcorder niet uitgeschakeld.
Stel de datum en de tijd in wanneer u de
camcorder voor het eerst gebruikt.
pagina 25
De camcorder de eerste keer gebruiken
Wanneer u uw camcorder de eerste keer gebruikt of deze opnieuw instelt, verschijnt als
eerste het scherm voor de tijdzone. Selecteer uw geografische locatie en stel de datum
en tijd in.
pagina 25
Wanneer u de datum en de tijd niet instelt, wordt het scherm voor de tijdzone elke keer
geopend wanneer u de camcorder inschakelt.
21
LCD-scherm
Aan/Uit(
)-knop