User manual

Mijn camera > Opnamemodi
68
i-Functie gebruiken
Wanneer u de i-Function-knop op een i-Function-lens gebruikt, kunt u
sluitertijd, diafragmawaarde, belichtingswaarde, ISO-waarde en witbalans
voor de lens handmatig selecteren en aanpassen.
1
Raak op het modusscherm Expert
Programma,
Diafragmaprioriteit, Sluiterprioriteit, of Handmatig aan.
2
Druk op [i-Function] op de lens om een instelling te
selecteren.
U kunt ook op [i-Function] drukken en dan het scherm slepen om
een instelling te selecteren.
3
Pas de scherpstelring aan om een optie te selecteren.
U kunt ook de opdrachtkeuzeknop draaien of het scherm slepen
om een optie aan te passen.
4
Druk de [Ontspanknop] half in om scherp te stellen en druk
op de [Ontspanknop] om de foto te maken.
Beschikbare opties
Opnamemodus Programma Diafragmaprioriteit Sluiterprioriteit Handmatig
Diafragma
-O -O
Sluitertijd
-- OO
ISO
OO OO
EV
OO O-
Witbalans
OO OO
Z
OO OO
Om in de opnamemodus op de lens items te selecteren als u op [i-Function]
drukt, raakt u
5
iFn aanpassen
een item aan.
Deze functie is niet beschikbaar wanneer u 3D-auto-modus instelt in de
3D-modus.