User manual

Geavanceerde functies
27
Opnamemodi
De Scènemodus gebruiken
Maak een foto met vooraf ingestelde opties voor een specifieke
scène.
1
Druk in de opnamemodus op [ ].
2
Selecteer Modus Scène een scène.
Beautyshot
Kaderlijnen
Nacht
Portret
Kinderen
Landschap
Smart Auto
Programma
DIS
Scène
Film
Terug Instellen
• Als u de scènemodus wilt wijzigen, drukt u op [ ] en
selecteert u Modus Scène een scène.
• Voor de Beautyshotmodus, zie “De Beautyshot-modus
gebruiken” op bladzijde 28.
• Voor de Kadergidsmodus, zie “De kadergids gebruiken" op
pagina 29.
• Voor de Nachtmodus, zie “De Nachtmodus gebruiken ” op
pagina 29.
3
Kadreer het onderwerp en druk [Ontspanknop] half in
om scherp te stellen.
4
Druk [Ontspanknop] volledig in om een foto te maken.
4
Druk [Ontspanknop] half in om scherp te stellen.
5
Druk [Ontspanknop] volledig in om een foto te maken.
• Als de camera geen scènemodus herkent, wordt weergegeven
en worden de standaardinstellingen gebruikt.
• Ook als er een gezicht wordt gedetecteerd, is het mogelijk dat de
camera geen portretmodus selecteert. Dit hangt af van de positie van
het onderwerp en de lichtval.
• Door verscheidene opnameomstandigheden kan het gebeuren dat
de camera de juiste scène niet kan selecteren, bijvoorbeeld door het
trillen van de camera, de lichtval en de afstand tot het onderwerp.
• Zelfs als u een statief gebruikt, wordt de modus
mogelijk niet
herkend, afhankelijk van de bewegingen van het onderwerp.