User manual

Als de camera geen scènemodus herkent, worden de
standaardinstellingen gebruikt.
Zelfs als er een gezicht wordt herkend, selecteert de camera
mogelijk een portretmodus, afhankelijk van de positie en de
belichting van het onderwerp.
De camera selecteert mogelijk niet de juiste scène, afhankelijk
van de omstandigheden, zoals een trillende camera, belichting en
de afstand tot het onderwerp.
De modus [Nacht] herkent scènes alleen wanneer de its
is uitgeschakeld. De camera schakelt de modus [Statief] in
na een controle van een bepaalde periode van de opname-
omstandigheden van het statief.
De modus voor statief wordt mogelijk niet door de camera
geselecteerd, afhankelijk van beweging van het voorwerp,
ongeacht of u een statief gebruikt.
Elke scène wordt herkend bij de volgende omstandigheden:
[Landschap] ( ) : Voor buitenopnamen
[Wit] (
) : Bij opnamen in een erg heldere omgeving
[Nacht] (
) : Bij opnamen ‘s nachts
[Nacht-portret] (
) : Bij opnamen van mensen in een duistere
buitenomgeving
[Tegenlicht] (
) : Bij een opname met tegenlicht zonder
portret
[Tegenlicht-portret] (
) : Bij een portretopname met tegenlicht
[Portret] (
) : Bij een portretopname
[Macro] (
) : Bij opnamen in close-up
[Macro-tekst] (
) : Bij tekstopnamen in close-up
[Statief] (
) : Bij opnamen zonder beweging met het
statief
[Actie] (
) : Bij opnamen met een onderwerp dat vaak
beweegt
[Macroportret] (
) : Verschijnt bij close-upfoto’s van mensen
[Blauwe lucht] (
) : Verschijnt bij foto’s van heldere luchten
[Zonsondergang] (
) : Verschijnt bij foto’s van zonsondergangen
[Macro kleur] (
) : Verschijnt bij close-upfoto’s van kleurrijke
onderwerpen
[Natuurlijk groen] (
) : Verschijnt bij foto’s van beboste gebieden
022
De opnamemodus kiezen