SCX-483x Series SCX-563x Series SCX-573x Series Gebruikershandleiding Basis imagine the possibilities Deze handleiding geeft informatie met betrekking tot de installatie, normaal gebruik en het oplossen van problemen in Windows.
Inhoud 1. Inleiding 5 8 9 10 11 17 21 27 28 30 Belangrijkste voordelen Functies per model Nuttig om te weten Informatie over deze gebruikershandleiding Veiligheidsinformatie Apparaatoverzicht Overzicht van het bedieningspaneel Het apparaat inschakelen Lokaal installeren van het stuurprogramma Het stuurprogramma opnieuw installeren 2. Menuoverzicht en basisinstellingen 2 3.
Inhoud 5.
1. Inleiding In dit hoofdstuk staat informatie die u nodig heeft om het apparaat te gebruiken.
Belangrijkste voordelen Milieuvriendelijk Snel afdrukken met hoge resolutie • Dit apparaat beschikt over een Eco-functie waarmee u toner en papier kunt sparen. • U kunt afdrukken met een resolutie tot 1.200 x 1.200 dpi effectieve uitvoer. • U kunt meerdere pagina’s op één vel afdrukken om papier te besparen (zie handleiding Geavanceerd). • Snel on-demand afdrukken. SCX-483x Series: - Voor enkelzijdig afdrukken, 31 ppm (A4) of 33 ppm (Letter).
Belangrijkste voordelen Gemak • Afdrukstatus (of Smart Panel) is een programma dat de status van het apparaat controleert en u daarvan op de hoogte houdt. U kunt hiermee ook de instellingen van het apparaat aanpassen (zie handleiding Geavanceerd). • Met AnyWeb Print kunt u van een scherm in Windows Internet Explorer een schermopname of afdrukvoorbeeld maken en afdrukken op een veel eenvoudigere manier dan in het gebruikelijke programma (zie handleiding Geavanceerd).
Belangrijkste voordelen De capaciteit van uw apparaat uitbreiden • Dit apparaat heeft een extra geheugensleuf om het geheugen uit te breiden (zie "Beschikbare accessoires" op pagina 90). • Zoran IPS Emulation, compatibel met PostScript 3 (PS) maakt PS-afdrukken mogelijk. • Zoran IPS Emulation compatibel met PostScript 3 • © 1995-2005, Zoran Corporation. Alle rechten voorbehouden. Zoran, het Zoran-logo, IPS/PS3 en OneImage zijn handelsmerken van Zoran Corporation.
Functies per model Sommige functies en optionele onderdelen zijn mogelijk niet beschikbaar afhankelijk van model of land. SCX-4833FD SCX-4835FD SCX-4833HD SCX-4833FR SCX-4835FR SCX-5637FR SCX-5639FR SCX-5637HR SCX-5737FW SCX-5739FW Afdrukken, kopiëren, scannen, faxen ● ● ● ● Hi-Speed USB 2.0 ● ● ● ● IEEE 1284 parallel ○ ○ ○ ○ Netwerkinterface Ethernet 10/100 Base TX bedraad LAN ● ● ● ● functies Netwerkinterface Ethernet 10/100/1000 Base TX bedraad LAN Netwerkinterface 802.
Nuttig om te weten Waar kan ik het stuurprogramma van de printer downloaden? Er is papier vastgelopen. • Kijk op www.samsung.com/printer voor de laaste versie van het stuurprogramma van de printer en installeer deze op uw systeem. • Open de klep aan de voorzijde en sluit ze weer. Waar kan ik accessoires of verbruiksartikelen kopen? • Vraag na bij een Samsung-distributeur of uw detailhandelaar. • Kijk op www.samsung.com/supplies. Kies uw land of regio voor productinformatie.
Informatie over deze gebruikershandleiding Deze gebruikershandleiding bevat basisinformatie over het apparaat en biedt tevens gedetailleerde informatie over de verschillende procedures die doorlopen moeten worden bij het gebruik van het apparaat. • Lees de veiligheidsinformatie voor u het apparaat in gebruik neemt. • Raadpleeg het hoofdstuk over probleemoplossing als u problemen ondervindt bij gebruik van het apparaat.
Veiligheidsinformatie Deze waarschuwingen en voorzorgen moeten eventuele beschadigingen aan uw apparaat en verwondingen aan uzelf of anderen voorkomen. Lees deze instructies aandachtig voor u het apparaat in gebruik neemt. Bewaar dit document goed nadat u het hebt gelezen. 1.
Veiligheidsinformatie 1. Inleiding 12 Buig het netsnoer niet en plaats er geen zware voorwerpen op. Probeer de stekker niet in het stopcontact te forceren als hij er moeilijk ingaat. Het trappen op of beknellen van het netsnoer door een zwaar voorwerp kan een elektrische schok of brand veroorzaken. U riskeert een elektrische schok. Neem contact op met een elektricien om het stopcontact te vervangen.
Veiligheidsinformatie 1. Inleiding 13 5 Bedieningswijze Opgepast Trek het papier niet uit de printer tijdens het afdrukken. Dit kan het apparaat beschadigen. Houd uw hand niet tussen het apparaat en de papierlade. U kunt letsel oplopen. Blokkeer de ventilatieopening niet of duw er geen voorwerpen in. Hierdoor kunnen onderdelen warm worden en kan er brand ontstaan of kan het apparaat beschadigd raken. Wees voorzichtig wanneer u papier vervangt of vastgelopen papier verwijdert.
Veiligheidsinformatie 1. Inleiding 14 6 Installatie/verplaatsen Waarschuwing Plaats het apparaat niet in een stoffige of vochtige ruimte of op een plek waar water lekt. Dit kan een elektrische schok of brand veroorzaken. Opgepast Schakel de stroom uit en maak alle kabels los voordat u het apparaat verplaatst. Til vervolgens het apparaat op deze wijze op: • Een apparaat dat minder dan 20 kg weegt, mag door één persoon worden opgetild.
Veiligheidsinformatie Gebruik voor een veilige bediening het netsnoer dat met uw apparaat werd meegeleverd. Als u een snoer gebruikt dat langer is dan 2 meter voor een apparaat van 110V, moet het snoer minstens 16 AWG dik zijn. Zo niet kan het apparaat beschadigd raken en een elektrische schok of brand veroorzaken. a. AWG: American Wire Gauge 7 Onderhoud/controle 1. Inleiding 15 Houd het netsnoer en het contactoppervlak van de stekker stof- en watervrij.
Veiligheidsinformatie 1. Inleiding 16 8 Gebruik van verbruiksartikelen Opgepast Het gebruik van gerecycleerde verbruiksartikelen, zoals toner, kan het apparaat beschadigen. Bij schade als gevolg van het gebruik van gerecyclede verbruiksartikelen zullen reparatiekosten in rekening worden gebracht. Haal de tonercassette niet uit elkaar. Als er tonerstof op uw kleding terechtkomt, moet u geen warm water gebruiken. Tonerstof kan gevaarlijk zijn bij inademing of opname.
Apparaatoverzicht 1. Inleiding 9 Toebehoren Netsnoer Beknopte installatiehandleiding Software-cda Telefoonhoornb Div. accessoiresc a. De software-cd bevat het stuurprogramma van de printer en programma´s. b. Alleen SCX-4833HD en SCX-5637HR. c. Diverse, bij uw printer geleverde accessoires kunnen verschillen per land van aankoop en specifiek model.
Apparaatoverzicht 1. Inleiding 10 Voorkant • Deze afbeelding kan afhankelijk van het model afwijken van uw apparaat. • Sommige functies en optionele onderdelen zijn mogelijk niet beschikbaar afhankelijk van model of land.
Apparaatoverzicht 1 Documentinvoerklep 6 2 Breedtegeleider voor documenten 7 3 4 5 Documentinvoerlade Documentuitvoerlade Voorklep Klep moederbord Greep 1.
Apparaatoverzicht 1. Inleiding 11 Achterkant • Deze afbeelding kan afhankelijk van het model afwijken van uw apparaat. • Sommige functies en optionele onderdelen zijn mogelijk niet beschikbaar afhankelijk van model of land.
Overzicht van het bedieningspaneel 1. Inleiding 21 Dit bedieningspaneel kan afhankelijk van het model afwijken van uw apparaat. Er zijn verschillende types bedieningspanelen. 12 Type A 1 2 20 19 3 4 5 18 6 7 17 8 9 6 10 11 16 12 15 13 14 1 Tonerdichtheid Hiermee past u de helderheid aan om een kopie te verkrijgen die beter leesbaar is als het origineel onduidelijke markeringen en donkere afbeeldingen bevat.
Overzicht van het bedieningspaneel 1. Inleiding 22 6 Links/rechtsPijltoetsen Hiermee bladert u door de beschikbare opties in het geselecteerde menu en verhoogt of verlaagt u waarden. 7 Menu 8 OK 9 Numeriek toetsenblok 10 Adresboek 11 Opnieuw kiezen/ Pauzeren Hiermee kiest u het laatste nummer opnieuw (in gereedmodus) of voegt u een pauze in een faxnummer in (in bewerkingsmodus). 12 Stoppen/Wissen Hiermee kunt u op elk moment een taak onderbreken.
Overzicht van het bedieningspaneel 1. Inleiding 13 Type B 1 2 20 19 1 Tonerdichtheid 2 Kopie ID 3 Weergavescherm 4 Kopiëren 5 Faxen 6 Pijltoetsen 7 OK 3 4 5 18 6 17 7 16 6 8 9 15 10 11 14 12 13 Hiermee past u de helderheid aan om een kopie te verkrijgen die beter leesbaar is als het origineel onduidelijke markeringen en donkere afbeeldingen bevat. Hiermee kunt u beide zijden van een ID-kaart, zoals een rijbewijs, op één zijde van een vel kopiëren.
Overzicht van het bedieningspaneel 1. Inleiding 24 8 Numeriek toetsenblok Hiermee kiest u een nummer of voert u alfanumerieke tekens in. 9 Adresboek Hiermee kunt u regelmatig gebruikte faxnummers en e-mailadressen opslaan of een opgeslagen faxnummer of e-mailadres zoeken. 10 Opnieuw kiezen/ Pauzeren Hiermee kiest u het laatste nummer opnieuw (in gereedmodus) of voegt u een pauze in een faxnummer in (in bewerkingsmodus). 11 Stoppen/Wissen Hiermee kunt u op elk moment een taak onderbreken.
Overzicht van het bedieningspaneel 1. Inleiding 25 14 Type C 1 2 3 11 10 9 4 8 7 5 6 1 Weergavescherm Toont de huidige status en geeft meldingen weer tijdens het gebruik. 2 Numeriek toetsenblok 3 Wissen Hiermee verwijdert u tekens uit het bewerkingsgebied. 4 Stoppen Hiermee kunt u op elk moment een taak onderbreken. 5 aan/uit Het apparaat in- of uitschakelen of het apparaat activeren vanuit de energiebesparingsmodus.
Overzicht van het bedieningspaneel 8 Start 9 Bellen met de hoorn op de haak 10 Help 11 1. Inleiding Hiermee start u een taak. Wanneer u op deze knop drukt, kunt u een kiestoon horen. Voer vervolgens het faxnummer in. Dit is vergelijkbaar met bellen via de telefoonluidspreker. Hiermee kunt u gedetailleerde informatie over de menu's of status van de printer weergeven. Opnieuw instellen Hiermee kunt u de huidige configuratie van het apparaat opnieuw instellen.
Het apparaat inschakelen 1 Sluit de printer eerst op de netvoeding aan. 2 Zet de aan/uit-schakelaar aan. 1.
Lokaal installeren van het stuurprogramma Een lokale printer is een printer die via een kabel rechtstreeks op uw computer is aangesloten. Als uw apparaat met een netwerk is verbonden, slaat u de onderstaande stappen over en gaat u naar het deel over de installatie van het stuurprogramma voor een apparaat dat met een netwerk is verbonden (zie handleiding Geavanceerd). • Door Geavanceerde installatie > Aangepaste installatie te selecteren kunt u kiezen welke programma’s u wilt installeren.
Lokaal installeren van het 4 Lees de Gebruiksrechtovereenkomst en kies Ik aanvaard de bepalingen van de gebruiksrechtovereenkomst. Klik daarna op Volgende. 5 Volg de instructies in het installatievenster. 1.
Het stuurprogramma opnieuw installeren Als het printerstuurprogramma niet naar behoren werkt, volg dan de onderstaande stappen om het stuurprogramma opnieuw te installeren. 16 Windows 1 Controleer of de printer op uw computer is aangesloten en ingeschakeld is. 2 Selecteer in het menu Start achtereenvolgens Programma’s of Alle programma’s > Samsung Printers > naam van uw printerstuurprogramma > Deïnstalleren. 3 4 Volg de instructies in het installatievenster.
2. Menuoverzicht en basisinstellingen Dit hoofdstuk levert informatie over de algemene menustructuur en de opties voor de basisinstellingen.
Menuoverzicht 1 SCX-4833FD, SCX-4833FR, SCX-5637FR 2. Menuoverzicht en basisinstellingen 3 Voor de SCX-4833FD: druk op de pijl-links/rechts tot het gewenste menu-item wordt weergegeven en druk op OK. • Het bedieningspaneel biedt toegang tot verschillende menu’s voor de instelling van het apparaat en het gebruik van de functies van het apparaat. • Naast het gekozen menu verschijnt een sterretje (*).
Menuoverzicht 2. Menuoverzicht en basisinstellingen SCX-4833FD Items Kopieerfunctie Items Faxfunctie Opties Scanformaat Verkleinen/Vergroten Tonersterkte Dubbelzijdig Contrast Tonersterkte Resolutie Contrast Scanformaat Type origineel Meerv. verzend. Lay-out Uitgesteld verzenden Achtergrondkl. Prioritair verzenden Marge verschuiven Doorsturen Veilige ontv. Pagina's toevoegen Taak annuleren Faxinstel. Opties Verzenden Bzg met ontv. Standaardw.wijz. Autom.
Menuoverzicht Items 2. Menuoverzicht en basisinstellingen Opties SCX-4833FR / SCX-5637FR Systeeminstellingen Apparaatinst. Papierinstel. Geluid/Vol Netwerk Items Faxfunctie Opties Tonersterkte Rapporten Contrast Onderhoud Resolutie Instell. wissen Scanformaat Taakbeheer Dubbelzijdig TCP/IP (IPv4) Meerv. verzend. TCP/IP (IPv6) Uitgesteld verzenden Ethernet-snel. Prioritair verzenden 802.1x Doorsturen Instell. wissen Veilige ontv. Netwerkconf.
Menuoverzicht Items Kopieerfunctie 2. Menuoverzicht en basisinstellingen Opties Scanformaat Scanfunctie Afdrukstand Exempl. Dubbelzijdig Resolutie Tonersterkte Tonersterkte Contrast Tekst donk. maken Type origineel Emulatie Systeeminstellingen Apparaatinst. Achtergrondkl. Papierinstel. Marge verschuiven Geluid/Vol Rand wissen Rapporten Standaardw.wijz. Onderhoud USB-functie Instell. wissen E-mailfunctie Taakbeheer FTP-functie Afb. overs.
Menuoverzicht 2. Menuoverzicht en basisinstellingen 36 2 Items Doc vak Opties Functie Documentvak Functie gedeelde map Instell. Documentvak Instelling gedeelde map Doc.vakrapport SCX-5737FW Het bedieningspaneel biedt toegang tot verschillende menu's om het apparaat in te stellen of de functies van het apparaat te gebruiken. Deze menu's kunnen worden geopend door op het pictogram in het aanraakscherm te drukken. Aangepast • Naast het gekozen menu verschijnt een sterretje (*).
Menuoverzicht 2. Menuoverzicht en basisinstellingen Kopiëren Items Items Handmatig kopiëren Opties Tonersterkte Contrast Type origineel Aangepaste kopie Tonersterkte Contrast Type origineel Sortering kopiëren Dubbelzijdig Tonersterkte Dubbelzijdig Contrast Verkl./vergr.
Menuoverzicht Items Boekje kopiëren 2. Menuoverzicht en basisinstellingen Opties Dubbelzijdig Tonersterkte Contrast Formaat van origineel Poster kopiëren Items Handmatig verzenden Opties Aan Tonersterkte Type origineel Contrast Boekje kopiëren Resolutie Tonersterkte Dubbelzijdig Contrast Type origineel Formaat van origineel Formaat van origineel Type origineel Boekje Faxen Dubbelzijdig M.
Menuoverzicht Items Uitgesteld verzenden 2. Menuoverzicht en basisinstellingen Opties Aan Tonersterkte Contrast Prioritair verzenden Items Verzenden met snelkiesnr. Opties Aan Tonersterkte Contrast Resolutie Resolutie Dubbelzijdig Dubbelzijdig Type origineel Type origineel Formaat van origineel Formaat van origineel Aan Tonersterkte Verz.
Menuoverzicht 2. Menuoverzicht en basisinstellingen Scannen Items E-mail verz.
Menuoverzicht Items FTP 2.
Menuoverzicht Items USB 2.
Menuoverzicht 2. Menuoverzicht en basisinstellingen Eco Apparaatinst. Items Eco - aan Settings Opties Aan Items Standaardinstelling Opties Standaard kopiëren Uit Standaard scannen Aan-verplicht Standaard faxen Standaardmodus Papierinstel. Functieconfiguratie Lade 2 Multif.
Menuoverzicht Items Rapporten 2. Menuoverzicht en basisinstellingen Opties Alle rapporten Items Fax instellen Opties Doorsturen Configuratie Daluren Informatie over benodigdheden Inst. ong. fax Adresboek Veilig ontvangen Fax verzenden Kengetal kiezen Fax ontvangen Naam ontv. afd Geplande taken faxen ECM-modus Ongewenste fax Modemsnelheid Netwerkconfiguratie Opslaan documentenvak Verificatie van lokale gebruiker Afbeelding TCR PCL-lettertype Wizard Instellen PS Font E-mailinstel.
Menuoverzicht Items Netwerkinstellingen Printerinstelling 2. Menuoverzicht en basisinstellingen Opties Ethernet-snelheid Items Initiële instellingen Opties Apparaat-ID TCP/IP (IPv4) Selecteer land TCP/IP (IPv6) Taal 802.1x Datum & Tijd Ethernet activeren Klokmodus Draadloos Geluid/Volume Inst. wissen Energiebesparing Afdrukstand Wakeup Event Exemplaren Time-out van systeem Resolutie Inst. import. Tonersterkte Inst. export. Tekst donk.
Menuoverzicht Items Opties herstellen 2. Menuoverzicht en basisinstellingen Opties Printerinstellingen Papierinstel.
Menuoverzicht 2. Menuoverzicht en basisinstellingen Map Items Telefoonlijst Opties Lijst bekijken Zoeken Toevoeg. Groepsregistratie Afdrukk. Op nul zetten E-mail Lijst bekijken Zoeken Toevoeg. Groepsregistratie Afdrukk.
De taal op het display wijzigen Volg onderstaande stappen om de taal op het bedieningspaneel te wijzigen: Het openen van de menu's kan verschillen per model (zie "Toegang tot het menu" op pagina 32). 1 Selecteer (Menu) > Systeeminstellingen > Apparaatinst. > Taal op het bedieningspaneel. Of selecteer Apparaatinst. > Initiële instellingen > Taal op het aanraakscherm. Voor bepaalde modellen moet u mogelijk op OK drukken om naar menu's op lagere niveaus te gaan.
Afdrukmateriaal en lade In dit hoofdstuk wordt uitgelegd hoe u afdrukmedia in uw apparaat plaatst. • Wanneer u afdrukmateriaal gebruikt dat niet voldoet aan deze specificaties, kan dit problemen veroorzaken waarvoor reparatie vereist is. Zulke reparaties worden niet gedekt door de garantie of serviceovereenkomst van Samsung. 2. Menuoverzicht en basisinstellingen 49 3 Lade overzicht Om het formaat te wijzigen, moet u de papiergeleiders aanpassen.
Afdrukmateriaal en lade Als u de geleiders niet aanpast, kan dit tot gevolg hebben dat de afdruk scheef of op de verkeerde plaats afgedrukt wordt, of dat het papier vastloopt. 2. Menuoverzicht en basisinstellingen 50 De papierniveau-indicator geeft aan hoeveel papier er in de lade ligt.
Afdrukmateriaal en lade 4 1 2 3 Plaats papier in de lade/optionele lade 2. Menuoverzicht en basisinstellingen 51 4 Verschuif de lengtegeleider tot deze lichtjes de stapel papier raakt. 5 Houd de breedtegeleider ingedrukt en schuif deze zonder deze te buigen tegen de stapel papier. Trek de lade uit. Buig de papierstapel om of waaier het papier uit om de pagina’s van elkaar te scheiden voordat u het papier in de lade plaatst. Leg het papier met de zijde die u wilt bedrukken naar onder.
Afdrukmateriaal en lade 2. Menuoverzicht en basisinstellingen 52 5 • Druk de papierbreedtegeleider niet te hard tegen de rand van het papier, aangezien het papier hierdoor kan buigen. • Als u de breedtegeleider niet aanpast, kan het papier vastlopen. • Gebruik geen papier waarvan de voorste rand opgekruld is. Hierdoor kan het papier vastlopen of kreukelen.
Afdrukmateriaal en lade • Als vellen overlappen bij het afdrukken via de multifunctionele lade, opent u lade 1, verwijdert u de vellen en probeert u opnieuw af te drukken. 2. Menuoverzicht en basisinstellingen 53 2 Pas de multifunctionele lade met de papiergeleiders aan op de breedte van het papier. 3 Buig de papierstapel of waaier het papier uit om de pagina’s van elkaar te scheiden voordat u het papier in de lade plaatst.
Afdrukmateriaal en lade 4 Plaats het papier in de lade. Druk de papierbreedtegeleiders van de multifunctionele lade in en stel ze in op de breedte van het papier. 2. Menuoverzicht en basisinstellingen 54 De mediatypes worden getoond in de Voorkeursinstellingen voor afdrukken. Kies het correcte mediatype voor de beste afdrukkwaliteit. • Voor het gebruik van speciale afdrukmedia raden wij u aan om telkens een vel per keer in te voeren (zie "Specificaties van de afdrukmedia" op pagina 136).
Afdrukmateriaal en lade 2. Menuoverzicht en basisinstellingen Zie "Specificaties van de afdrukmedia" op pagina 136 voor papiergewicht per vel. Types Lade 1 Optionele lade Multifunction ele lade Normaal papier ● ● ● Dik papier ● ● ● Dikker Enveloppen Of enveloppen goed worden bedrukt, is afhankelijk van de kwaliteit. Plaats een envelop op de volgende manier om deze te bedrukken.
Afdrukmateriaal en lade 2. Menuoverzicht en basisinstellingen 56 • Gebruik geen enveloppen met sluithaakjes, knipsluitingen, vensters, gecoate binnenbekleding, zelfklevende sluitingen of andere synthetische materialen. • Gebruik geen beschadigde enveloppen of enveloppen van slechte kwaliteit. • Controleer of de naad aan beide uiteinden van de envelop helemaal doorloopt tot in de hoek.
Afdrukmateriaal en lade 2. Menuoverzicht en basisinstellingen 57 Transparanten • Om beschadigingen aan het apparaat te voorkomen mag u uitsluitend transparanten gebruiken die speciaal zijn ontworpen voor laserprinters. Bescherm transparanten na het afdrukken tegen langdurige blootstelling aan zonlicht om te voorkomen dat ze gaan vervagen. • Zorg dat de transparanten niet kreukelen, krullen of gescheurde hoeken hebben. • Gebruik geen transparanten die loskomen van de achterzijde.
Afdrukmateriaal en lade 2. Menuoverzicht en basisinstellingen Etiketten - Schikking: gebruik uitsluitend etiketvellen waarvan het rugvel tussen de etiketten niet blootligt. Bij etiketvellen met ruimte tussen de etiketten kunnen de etiketten loskomen van het rugvel. Dit kan ernstige papierstoringen tot gevolg hebben. - Krullen: Moet plat liggen en in geen enkele richting meer dan 13 mm omkrullen. - Toestand: gebruik geen etiketten die gekreukt zijn, blaasjes vertonen of loskomen van het rugvel.
Afdrukmateriaal en lade Kartonpapier/papier van een aangepast formaat 2. Menuoverzicht en basisinstellingen 59 Voorbedrukt papier Bij het plaatsen van voorbedrukt papier moet de bedrukte zijde bovenaan liggen en mag de voorzijde niet gekruld zijn. Bij invoerproblemen draait u het papier om. Er zijn geen garanties wat de afdrukkwaliteit betreft. • Stel de marges in de softwaretoepassing in op ten minste 6,4 mm van de zijkanten van de afdrukmedia.
Afdrukmateriaal en lade • Voor u voorbedrukt papier in de lade plaatst, controleert u of de inkt op het papier droog is. Natte inkt kan tijdens het fixeerproces loskomen van het voorbedrukt papier, waardoor de afdrukkwaliteit afneemt. 7 Papierformaat en -type instellen Nadat u het papier in de lade hebt geplaatst moet u het papierformaat en -type instellen met behulp van de knoppen op het bedieningspaneel.
Afdrukmateriaal en lade 8 2. Menuoverzicht en basisinstellingen 61 9 Originelen voorbereiden Originelen plaatsen • Plaats geen papier dat kleiner is dan 142 × 148 mm of groter dan 216 × 356 mm. U kunt de glasplaat van de scanner gebruiken om een document te kopiëren, te scannen of als fax verzenden. • Vermijd het gebruik van de volgende papiertypes om papierstoringen, een slechte afdrukkwaliteit of schade aan het apparaat te voorkomen.
Afdrukmateriaal en lade 2 Plaats de originelen met de bedrukte zijde naar beneden op de glasplaat van de scanner. Plaats het document zorgvuldig in het verlengde van de markering linksboven op de glasplaat. 2. Menuoverzicht en basisinstellingen 62 • Als u het deksel van de scanner tijdens het kopiëren niet sluit, kan dat een nadelig effect hebben op de kopieerkwaliteit en het tonerverbruik. • Stof op de glasplaat kan leiden tot zwarte vlekken op de afdruk.
Afdrukmateriaal en lade In de automatische documentinvoer 2. Menuoverzicht en basisinstellingen 3 63 Stel de ADI in overeenkomstig het papierformaat. In de documentinvoer kunt u tot 50 vellen papier van 75 g/m2 voor één taak plaatsen. 1 Buig de papierstapel of waaier het papier uit om de pagina's van elkaar te scheiden voor u de originelen plaatst. 2 Plaats de originelen in de ADI met de bedrukte zijde naar boven.
Eenvoudige afdruktaken 2. Menuoverzicht en basisinstellingen 4 10 Tijdens het afdrukken Zie de handleiding Geavanceerd als u een Macintosh, Linux of Unix OS-gebruiker bent. 5 Open het document dat u wilt afdrukken. Selecteer Afdrukken in het menu Bestand. De basisafdrukinstellingen, inclusief het aantal kopieën en het afdrukbereik, worden geselecteerd in het venster Afdrukken. Klik op Eigenschappen of Voorkeuren in het venster Afdrukken om gebruik te maken van de geavanceerde afdrukopties.
Eenvoudige afdruktaken 2. Menuoverzicht en basisinstellingen 65 12 Voorkeursinstellingen openen • Het venster Voorkeursinstellingen voor afdrukken in deze gebruikshandleiding verschilt mogelijk van het venster dat u ziet omdat dit afhankelijk is van de gebruikte printer. Het venster Voorkeursinstellingen voor afdrukken bevat echter vrijwel dezelfde eigenschappen. • Als u een optie selecteert in Voorkeursinstellingen voor afdrukken verschijnt er mogelijk een waarschuwingsteken, of .
Eenvoudige afdruktaken 2 Typ in het invoervak Vooraf ingest. een naam voor deze instellingen. 2. Menuoverzicht en basisinstellingen 66 13 Help gebruiken Klik op de optie waarover u meer wilt weten op het venster Afdrukvoorkeur en druk op F1 op uw toetsenbord. 14 3 Klik op (Toevoegen). Als u instellingen opslaat onder Vooraf ingest. worden alle huidige stuurprogrammainstellingen opgeslagen. Selecteer meer opties en klik op (Wijzigen).
Eenvoudige afdruktaken 1 2 2. Menuoverzicht en basisinstellingen 67 Selecteer (Menu) > Systeeminstellingen > Apparaatinst. > Eco-inst. op het bedieningspaneel. Eco-modus in het stuurprogramma instellen Of selecteer select Eco > Settings op het aanraakscherm. Open het tabblad Eco om de eco-modus in te stellen. Als u de eco-afbeelding ziet ( ), betekent dit dat de eco-modus momenteel is ingeschakeld. Selecteer de gewenste optie en druk op OK.
Eenvoudige afdruktaken • De resultaten worden berekend op basis van een totaal aantal van honderd pagina´s zonder blanco pagina, als de eco-modus is uitgeschakeld. • Zie voor de berekeningscoëfficiënt met betrekking tot CO2, energie en papier het IEA, het kengetal van het Japanse ministerie van Binnenlandse Zaken en Communicatie, en www.remanufacturing.org.uk. Elk model gebruikt een ander kengetal.
Normaal kopiëren 15 2. Menuoverzicht en basisinstellingen 69 16 1 2 3 Normaal kopiëren Selecteer (kopiëren) op het bedieningspaneel. Of selecteer Kopie > Handmatig kopiëren op het aanraakscherm. Plaats originelen in de documentinvoer met de bedrukte zijde naar boven of plaats een enkel document met de bedrukte zijde naar onder op de glasplaat van de scanner (zie "Originelen plaatsen" op pagina 61).
Normaal kopiëren 1 2 3 2. Menuoverzicht en basisinstellingen Selecteer (kopiëren) > (Menu) > Kopieerfunctie > Tonersterkte op het bedieningspaneel. Type origineel Of selecteer Kopie > Handmatig kopiëren > (instellingen) > Tonersterkte op het aanraakscherm. Met de instelling Type origineel kunt u het soort document selecteren dat voor de huidige kopieertaak wordt gebruikt. Zo kunt u ervoor zorgen dat de kopieerkwaliteit optimaal is. Selecteer de gewenste optie en druk op OK.
Normaal kopiëren 2. Menuoverzicht en basisinstellingen Verkleinde of vergrote kopie Of selecteer Kopie > Aangepaste kopie > (instellingen) > Verkl./vergr. > Andereop het aanraakscherm. U kunt het formaat van een gekopieerde afbeelding verkleinen tot 25% of vergroten tot 400% wanneer u originelen kopieert via de glasplaat. ► Om uit de vooraf ingestelde kopieerformaten te selecteren 1 Selecteer (kopiëren) > (Menu) > Kopieerfunctie > Verkleinen/Vergroten op het bedieningspaneel.
Normaal kopiëren Voor deze functie moet het origineel op de glasplaat van de scanner worden geplaatst. 1 2 3 4 2. Menuoverzicht en basisinstellingen 5 Keer het origineel om en leg het op de glasplaat zoals wordt aangegeven door de pijlen. Sluit vervolgens het deksel van de scanner. 6 Druk op Start. 72 Druk op Kopie ID op het bedieningspaneel. Of selecteer Kopie > ID kopie op het aanraakscherm. Plaats een origineel op de glasplaat met de voorzijde naar onder zoals aangegeven door de pijlen.
Basisfuncties voor scannen 2. Menuoverzicht en basisinstellingen 73 18 Scannen via het bedieningspaneel Als u het bericht Niet beschikbaar ziet, controleert u de poortconnectie of selecteert u Scannen vanaf paneel op apparaat inschakelen in Samsung Easy Printer Manager > Geavanceerde modus activeren. > Instellingen voor scannen naar pc. Dit is de normale en gebruikelijke procedure voor het scannen van originelen. • Het openen van de menu's kan verschillen per model.
Basisfuncties voor scannen 5 Het apparaat begint te scannen. • De gescande afbeelding wordt op de computer opgeslagen in de map Mijn documenten. • U kunt het Twain-stuurprogramma gebruiken om snel in het programma Scanassistent te scannen (zie handleiding Geavanceerd). 2.
Basisfuncties voor faxen 2. Menuoverzicht en basisinstellingen 75 19 • U kunt dit apparaat niet als faxapparaat gebruiken via een internettelefoon. Raadpleeg uw internetprovider voor meer informatie. • Wij raden het gebruik van traditionele analoge telefoondiensten (PSTN: Public Switched Telephone Network) wanneer u telefoonlijnen aansluit om de fax te gebruiken.
Basisfuncties voor faxen 3 Stel de gewenste resolutie en tonersterkte in (zie "De documentinstellingen aanpassen" op pagina 78). 4 5 Voer het faxnummer van de ontvanger in. Druk op Start op het bedieningspaneel. Het document wordt gescand en naar de bestemmingen gefaxt. 2.
Basisfuncties voor faxen Groepsverzending (faxen naar meerdere bestemmingen verzenden) Met de functie Groepsverzending kunt u een fax naar meerdere bestemmingen verzenden. Uw documenten worden automatisch in het geheugen opgeslagen en naar een extern faxapparaat verzonden. Na verzending worden de originelen automatisch uit het geheugen gewist.
Basisfuncties voor faxen 21 Een fax ontvangen Uw apparaat is standaard ingesteld op faxmodus. Als u een fax ontvangt, beantwoordt het apparaat de oproep na een opgegeven aantal belsignalen en wordt de fax automatisch ontvangen. 2. Menuoverzicht en basisinstellingen Resolutie De standaard documentinstellingen leveren goede resultaten voor een normaal tekstdocument.
Basisfuncties voor faxen • Superfijn: originelen met zeer kleine details. De modus Superfijn wordt alleen ingeschakeld als het apparaat waarmee u communiceert deze resolutie ondersteunt. 2. Menuoverzicht en basisinstellingen Tonersterkte U kunt de helderheid van het originele document selecteren. • Verzenden vanuit het geheugen is niet mogelijk in de modus Superfijn. De resolutie-instelling wordt automatisch gewijzigd in Fijn.
Een USB-geheugenapparaat gebruiken In dit hoofdstuk wordt uitgelegd hoe u een USBgeheugenapparaat samen met uw apparaat kunt gebruiken. 23 Over USB-geheugen Er bestaan USB-geheugenapparaten met verschillende geheugencapaciteiten die meer ruimte bieden voor de opslag van documenten, presentaties, gedownloade muziek en video’s, hogeresolutieafbeeldingen en alle andere bestanden die u wilt opslaan of verplaatsen. U kunt het volgende doen met uw apparaat en een USBgeheugenapparaat.
Een USB-geheugenapparaat gebruiken • Verwijder het USB-geheugenapparaat niet terwijl het apparaat actief is of bezig is met lezen van of schrijven naar het USB-geheugen. Schade veroorzaakt door onjuist gebruik valt niet onder de garantie. 2. Menuoverzicht en basisinstellingen 81 U kunt een document scannen en de gescande afbeelding op een USB-geheugenapparaat opslaan.
Een USB-geheugenapparaat gebruiken 3 Selecteer (scannen) > Naar USB scan. > OK op het bedieningspaneel. Resolutie: Hiermee stelt u de afbeeldingsresolutie in. • Kleurmodus: Hiermee stelt u de kleurenmodus in. Als u in deze optie Mono selecteert, kunt u JPEG niet selecteren in Bestandsindeling. • Bestandsindeling: Hiermee stelt u de bestandsindeling in waarin de afbeelding moet worden opgeslagen. Als u TIFF of PDF selecteert, hebt u de mogelijkheid om meerdere pagina’s te scannen.
Een USB-geheugenapparaat gebruiken 26 Afdrukken vanaf een USBgeheugenapparaat U kunt bestanden die opgeslagen zijn op een USBgeheugenapparaat rechtstreeks afdrukken. U kunt TIFF-, BMP-, JPEG-, PRN- en PDF-bestanden afdrukken. Bestandstypen die door de optie Rechtstreeks afdrukken worden ondersteund: • PRN: alleen bestanden die zijn gemaakt met het bijgeleverde stuurprogramma zijn compatibel.
Een USB-geheugenapparaat gebruiken 27 Een back-up maken van uw gegevens Gegevens in het geheugen van het apparaat kunnen per ongeluk gewist worden als gevolg van een stroomonderbreking of een fout tijdens het opslaan. Met een back-up beveiligt u de systeeminstellingen door ze als back-upbestanden op een USBgeheugenapparaat op te slaan. 2. Menuoverzicht en basisinstellingen 84 Gegevens terugzetten 1 Sluit het USB-geheugenapparaat aan op de USBgeheugenpoort van uw apparaat.
Een USB-geheugenapparaat gebruiken 28 USB-geheugen beheren U kunt afbeeldingsbestanden op een USB-geheugenapparaat een voor een of allemaal tegelijk verwijderen door het apparaat opnieuw te formatteren. Bestanden kunnen niet meer worden teruggezet nadat u ze hebt verwijderd of nadat u het USBgeheugenapparaat opnieuw hebt geformatteerd. Voordat u ze verwijdert, moet u dan ook nagaan of u ze niet meer nodig hebt.
Een USB-geheugenapparaat gebruiken De USB-geheugenstatus weergeven U kunt controleren hoeveel geheugenruimte er nog beschikbaar is voor het scannen en opslaan van documenten. Selecteer voor een aanraakschermmodel Direct USB > Ruimte tonen > Volg. op het aanraakscherm. 1 Sluit een USB-geheugenapparaat aan op de USBgeheugenpoort op uw apparaat en druk vervolgens op Direct USB. 2 3 Selecteer Contr. of er ruimte is. 4 Druk op (Stoppen/Wissen) om terug te keren naar de gereedmodus.
3. Onderhoud In dit hoofdstuk wordt beschreven hoe u verbruiksartikelen, accessoires en onderdelen voor het onderhoud van uw apparaat kunt aankopen.
Verbruiksartikelen en toebehoren bestellen 3. Onderhoud 88 De verkrijgbare accessoires kunnen verschillen van land tot land. Neem contact op met uw verkoper voor de lijst met beschikbare verbruiksartikelen en onderdelen. Als u door Samsung goedgekeurde verbruiksartikelen, accessoires of reserveonderdelen wilt bestellen, neemt u contact op met de lokale Samsung-dealer of de winkel waar u het apparaat hebt gekocht. Of ga naar www.samsung.
Beschikbare verbruiksartikelen Als de verbruiksartikelen het einde van hun gebruiksduur naderen, kunt u de volgende verbruiksartikelen voor uw apparaat bestellen: Type Gemiddeld aantal afdrukkena Benaming van onderdeel Standaardrendem Ong. 2.000 pagina’s ent tonercassette MLT-D205S Tonercassette met Ong. 5.000 pagina’s hoge capaciteit MLT-D205L Tonercassette met Ong. 10.000 pagina’s MLT-D205E extrahoge capaciteitb a. Opgegeven gebruiksduur overeenkomstig ISO/IEC 19752. b.
Beschikbare accessoires 3. Onderhoud 90 U kunt accessoires aanschaffen en installeren om de prestaties en capaciteit van uw apparaat te verbeteren. Sommige functies en optionele onderdelen zijn mogelijk niet beschikbaar afhankelijk van model of land (zie "Functies per model" op pagina 8). Optie Geheugenmodule Functie Hiermee breidt u de geheugencapaciteit van uw apparaat uit.
Beschikbare accessoires Optie IEEE 1284 parallelstekker Functie 3. Onderhoud Benaming van onderdeel Maakt het gebruik van verschillende interfaces mogelijk. ML-PAR100 • Als het printerstuurprogramma met een IEEE1284-parallelstekker geïnstalleerd wordt, kan het apparaat mogelijk niet gevonden worden en zijn na installatie van het stuurprogramma alleen de basisfuncties voor het afdrukken beschikbaar.
Verkrijgbare onderdelen voor onderhoud 3. Onderhoud 92 Neem contact op met de winkel waar u het apparaat hebt gekocht om reserveonderdelen te bestellen. Laat onderhoudsonderdelen alleen vervangen door een erkende servicemedewerker, de leverancier of personeel van de winkel waar u het apparaat hebt gekocht. De vervanging van onderdelen waarvan de gemiddelde levensduur is verstreken, valt niet onder de garantie.
Toner herverdelen Als de tonercassette bijna leeg is: • Witte strepen, onduidelijke afdruk en/of verschillende dichtheid aan beide kanten. • knippert de Status-LED rood. 3. Onderhoud 2 93 Schud de cassette vijf tot zes keer heen en weer om de toner in de cassette gelijkmatig te verdelen. In dat geval kunt u de afdrukkwaliteit tijdelijk verbeteren door de resterende toner in de tonercassette opnieuw te verdelen.
Toner herverdelen 3 Houd de tonercassette bij de handgreep vast en plaats de cassette voorzichtig in de opening van het apparaat. 4 Sluit de voorklep. Controleer of de klep goed dicht is. 3.
De tonercassette vervangen Klik op deze koppeling om een animatie te bekijken over hoe u vastgelopen papier kunt verwijderen. 3. Onderhoud 95 3 Verwijder het etiket van de tonercassette, zoals hieronder getoond. 4 Schud de cassette vijf tot zes keer heen en weer om de toner in de cassette gelijkmatig te verdelen. Als een tonercassette het eind van de levensduur bereikt heeft, stopt de printer met afdrukken. 1 Open de klep aan de voorkant en verwijder de tonercassette.
De tonercassette vervangen Raak de groene onderzijde van de tonercassette niet aan. Neem de cassette vast bij de handgreep om te vermijden dat u de onderkant aanraakt. 5 Houd de tonercassette bij de handgreep vast en plaats de cassette voorzichtig in de opening van het apparaat. 6 Sluit de voorklep. Controleer of de klep goed dicht is. 3.
Een geheugenmodule upgraden Uw apparaat beschikt over een "dual in-line"-geheugenmodule (DIMM). Gebruik deze geheugenmodule om extra geheugen te installeren. Raadpleeg de bestelgegevens voor een bijkomende geheugenmodule. (zie "Beschikbare accessoires" op pagina 90). 3 4 3. Onderhoud 97 Haal de nieuwe geheugenmodule uit de verpakking. Houd de geheugenmodule vast bij de rand en breng de geheugenmodule op één lijn met de sleuf in een hoek van ongeveer 30 graden.
Een geheugenmodule upgraden Duw de geheugenmodule niet met te veel kracht in de sleuf om te vermijden dat u ze beschadigt. Als de module niet goed in de sleuf lijkt te passen, voert u de procedure nogmaals voorzichtig uit. 6 7 Plaats het toegangspaneel van het moederbord terug. Sluit het netsnoer en de apparaatkabel opnieuw aan en zet het apparaat aan. 3.
De gebruiksduur van de verbruiksartikelen controleren 3. Onderhoud 99 Als u regelmatig geconfronteerd wordt met papierstoringen of afdrukproblemen, controleert u het aantal pagina’s dat het apparaat heeft afgedrukt of gescand. Vervang indien nodig de betrokken onderdelen. • Het openen van de menu's kan verschillen per model (zie "Toegang tot het menu" op pagina 32). • Voor bepaalde modellen moet u mogelijk op OK drukken om naar menu's op lagere niveaus te gaan.
Instellen van de waarschuwing "Toner bijna op" 3. Onderhoud Als de tonercassette bijna leeg is, verschijnt een bericht of gaat er een LED branden die aangeeft dat u de tonercassette moet vervangen. U kunt instellen of u wenst dat dit bericht of deze LED verschijnt of niet. Het openen van de menu's kan verschillen per model (zie "Toegang tot het menu" op pagina 32) 1 Selecteer 2 3 Selecteer de gewenste optie. (Menu) > Systeeminstellingen > Onderhoud > Toner bijna op op het bedieningspaneel.
Het apparaat reinigen Als er zich problemen voordoen met de afdrukkwaliteit of als u uw apparaat in een stofrijke omgeving gebruikt, moet u uw apparaat regelmatig schoonmaken om de beste afdrukkwaliteit te blijven garanderen en de gebruiksduur van uw apparaat te verlengen. • Als u de behuizing van het apparaat reinigt met reinigingsmiddelen die veel alcohol, oplosmiddelen of andere agressieve substanties bevatten, kan de behuizing verkleuren of vervormen.
Het apparaat reinigen 3. Onderhoud • Om schade aan de tonercassette te voorkomen, moet u ervoor zorgen dat deze niet langer dan enkele minuten wordt blootgesteld aan licht. Dek de cassette zo nodig af met een stuk papier. Zorg dat u bij het reinigen van de binnenkant van het apparaat de transportrol of andere onderdelen niet beschadigt. Gebruik geen oplosmiddelen, zoals benzeen of verdunner. Er kunnen zich problemen voordoen met de afdrukkwaliteit en het apparaat kan worden beschadigd.
Het apparaat reinigen 4 Reinigen van de opneemrol 1 Schakel het apparaat uit en haal de stekker uit het stopcontact. Wacht totdat het apparaat is afgekoeld. 2 Open lade 1. 3. Onderhoud 3 Maak de opneemrol schoon met een zachte, pluisvrije doek. 4 Plaats de lade terug in het apparaat.
Het apparaat reinigen 5 Scannereenheid reinigen Houd de scannereenheid goed schoon. Dat komt de kwaliteit van de kopieën ten goede. Wij raden u aan de scannereenheid aan het begin van elke dag te reinigen en dit zo nodig in de loop van de dag te herhalen. 1 Bevochtig een niet-pluizende, zachte doek of een velletje keukenrol met een beetje water. 2 3 Til het deksel van de scanner op. Veeg de glasplaat schoon en droog ze af. 3 1 2 1 Scannerdeksel 2 Glasplaat van de scanner 3 Wit blad 3.
4. Problemen oplossen In dit hoofdstuk vindt u nuttige informatie over wat u moet doen als er een probleem optreedt. • Tips om papierstoringen te voorkomen 106 • Vastgelopen originelen verwijderen 107 • Papierstoringen verhelpen 114 • Informatie over de status-LED 121 • Informatie over displaymeldingen 123 In dit hoofdstuk vindt u nuttige informatie over wat u moet doen als er een probleem optreedt.
Tips om papierstoringen te voorkomen 4. Problemen oplossen 106 U kunt de meeste papierstoringen voorkomen door het juiste type afdrukmedia te gebruiken. Zie de volgende tips om storingen met vastzittend papier te voorkomen: • Zorg ervoor dat de verstelbare geleiders correct zijn ingesteld (zie "Lade overzicht" op pagina 49). • Plaats niet te veel papier in de lade. Zorg dat de papierstapel niet boven de maximummarkering aan de binnenzijde van de lade uitkomt.
Vastgelopen originelen verwijderen Als een origineel vastloopt in de ADI verschijnt er een waarschuwingsbericht op het display. Trek het vastgelopen papier voorzichtig en langzaam naar buiten om te voorkomen dat het scheurt. Gebruik de glasplaat van de scanner voor originelen van dik, dun of gemengd papier om papierstoringen te voorkomen. 4. Problemen oplossen 1 1 2 Er is een origineel vastgelopen vóór de scanner Verwijder alle resterende pagina’s uit de ADI. Open de klep van de ADI.
Vastgelopen originelen verwijderen 3 Verwijder het vastgelopen papier voorzichtig uit de ADI. 2 Het origineel is in de scanner vastgelopen 1 2 4 4. Problemen oplossen Sluit de klep van de ADI. Verwijder alle resterende pagina’s uit de ADI. Open de klep van de ADI.
Vastgelopen originelen verwijderen 3 Verwijder het vastgelopen papier voorzichtig uit de ADI. Ga naar de volgende stap als u geen papier ziet in dit gebied. 4 Open de documentinvoer. 4.
Vastgelopen originelen verwijderen 5 6 Pak het verkeerd ingevoerde papier vast en verwijder het papier uit het invoergebied door het voorzichtig naar buiten te trekken. Sluit de documentinvoer. 4. Problemen oplossen 110 3 Het origineel is vastgelopen in het 1 2 Verwijder alle resterende pagina’s uit de ADI. uitvoergebied van de scanner. Verwijder het vastgelopen papier voorzichtig uit de ADI.
Vastgelopen originelen verwijderen 4 Er is een origineel vastgelopen in het duplexpad van de scanner Voor SCX-4833FR, SCX-4835FR, SCX-563x Series en SCX-573x Series. 1 2 Verwijder alle resterende pagina’s uit de ADI. Open de klep van de ADI. 3 4. Problemen oplossen Open de bovenklep van de duplexeenheid.
Vastgelopen originelen verwijderen 4 Haal het vastgelopen papier voorzichtig uit de documentinvoer. Sluit de bovenklep van de duplexeenheid en de klep van de ADI. Ga naar de volgende stap als u geen papier ziet in dit gebied. 5 Open de documentinvoer. 4.
Vastgelopen originelen verwijderen 6 Pak het verkeerd ingevoerde papier vast en verwijder het papier uit het invoergebied door het voorzichtig naar buiten te trekken. 7 Sluit de documentinvoer. 4.
Papierstoringen verhelpen Trek het vastgelopen papier voorzichtig en langzaam naar buiten om te voorkomen dat het scheurt. 5 In lade 1 Klik op deze koppeling om een animatie te bekijken over hoe u vastgelopen papier moet verwijderen. 1 Open de klep aan de voorzijde en sluit deze weer. Het vastgelopen papier wordt automatisch uitgevoerd. Ga naar de volgende stap als het papier niet wordt uitgeworpen. 4. Problemen oplossen 2 Open lade 1.
Papierstoringen verhelpen 3 Verwijder het vastgelopen papier door het voorzichtig in een rechte lijn naar buiten te trekken. 4. Problemen oplossen 115 6 In de optionele lade 2 Klik op deze koppeling om een animatie te bekijken over hoe u vastgelopen papier moet verwijderen. 1 2 Als het papier niet beweegt als u eraan trekt, of als er geen papier te zien is in dit deel van de printer, controleert u de fixeereenheid rond de tonercassette (zie "Binnenin het apparaat" op pagina 117).
Papierstoringen verhelpen Stop als het papier niet beweegt als u eraan trekt of als u het papier niet kunt zien in dit deel van de printer, en ga door met de volgende stap. 3 4 5 4. Problemen oplossen 7 In de multifunctionele lade Trek lade 1 half uit de printer. Klik op deze koppeling om een animatie te bekijken over hoe u vastgelopen papier moet verwijderen. rek het papier recht naar boven en verwijder het. Plaats de laden weer in het apparaat. De printer gaat automatisch door met afdrukken.
Papierstoringen verhelpen 8 Binnenin het apparaat 4. Problemen oplossen 117 2 Verwijder het vastgelopen papier door het voorzichtig recht naar buiten te trekken. 3 Plaats de tonercassette terug en sluit de klep aan de voorzijde. De printer gaat automatisch door met afdrukken. Klik op deze koppeling om een animatie te bekijken over hoe u vastgelopen papier moet verwijderen. Het gebied rond de fixeereenheid is heet. Wees voorzichtig wanneer u papier uit het apparaat verwijdert.
Papierstoringen verhelpen 4. Problemen oplossen Stop als u het vastgelopen papier niet kunt zien of als u weerstand ervaart als u eraan trekt en ga door met de volgende stap. 9 In het uitvoergebied Klik op deze koppeling om een animatie te bekijken over hoe u vastgelopen papier moet verwijderen. 1 118 3 4 Open de achterklep. Verwijder het vastgelopen papier zoals op de volgende afbeelding wordt getoond. Open de klep aan de voorzijde en sluit deze weer.
Papierstoringen verhelpen 10 Rond de duplexeenheid 4. Problemen oplossen 2 119 Verwijder het vastgelopen papier uit de duplexeenheid. Klik op deze koppeling om een animatie te bekijken over hoe u vastgelopen papier moet verwijderen. 1 Haal de duplex-eenheid uit het apparaat. Als het papier er niet samen met de duplex-eenheid uitkomt, verwijdert u het papier onderaan in het apparaat. Ga door met de volgende stap als u het papier niet kunt zien.
Papierstoringen verhelpen 3 4. Problemen oplossen Schuif de duplexeenheid in het apparaat. 3 6 4 5 120 Open de achterklep. Verwijder het vastgelopen papier zoals op de volgende afbeelding wordt getoond. 1 klep van de fixeereenheid Sluit de achterklep. De printer gaat automatisch door met afdrukken.
Informatie over de status-LED 4. Problemen oplossen De kleur van de LED geeft de huidige status van het apparaat aan. • Afhankelijk van het model of land zijn enkele LED´s mogelijk niet beschikbaar. • Zie de foutmelding en de bijbehorende instructies om de fout op te lossen. • U kunt de fout ook oplossen met de tips in het programmavenster Afdrukstatus of Smart Panel. • Neem contact op met een medewerker van de klantenservice als het probleem zich blijft voordoen.
Informatie over de status-LED Status Status-LED Het apparaat is offline. Knippert Aan Rood 122 Omschrijving Off Groen 4. Problemen oplossen Knippert Als het lampje knippert, is het apparaat bezig met afdrukken. • Het apparaat is online en klaar voor gebruik. • Er is een kleine storing opgetreden en het apparaat wacht tot het probleem is verholpen. Bekijk het bericht op het display. Als het probleem is opgelost, gaat de printer door met afdrukken.
Informatie over displaymeldingen 4. Problemen oplossen 123 Er verschijnen berichten op het display van het bedieningspaneel om de status van het apparaat of fouten te melden. Raadpleeg de onderstaande tabellen voor de betekenis van de berichten en verhelp indien nodig het probleem. • Als het bericht niet in de tabel voorkomt, schakelt u het apparaat uit en weer in en probeert u de afdruktaak opnieuw uit te voeren.
Informatie over displaymeldingen Melding • Pap.st. in lade 1 Betekenis 4. Problemen oplossen 124 Voorgestelde oplossing Er is papier vastgelopen bij de papierinvoer. Verwijder het vastgelopen papier (zie "In lade 1" op pagina 114). Er is papier vastgelopen in de optionele lade. Verwijder het vastgelopen papier (zie "In de optionele lade 2" op pagina 115). Er is papier vastgelopen in de multifunctionele lade. Verwijder het vastgelopen papier (zie "In de multifunctionele lade" op pagina 116).
Informatie over displaymeldingen 4. Problemen oplossen 125 12 Meldingen over de tonercassette Melding • Plaats tonercassette Betekenis Voorgestelde oplossing Er is geen tonercassette geplaatst. Plaats een tonercassette. De tonercassette die u hebt geplaatst, is niet geschikt voor uw apparaat. Installeer tonercassettes van Samsung die speciaal bedoeld zijn voor uw apparaat. • Er is geen tonercassette geplaatst Tonercassette is niet geïnstalleerd. Plaats er een. • Niet compatibel comp.
Informatie over displaymeldingen Melding • Vervangen nieuwe cass. • Plaats nieuwe cas. Tonercassette leeg, plaats een nieuwe • Geen toner meer Betekenis De tonercassette heeft de geschatte levensduur bereikt. Stopt het apparaat met afdrukken. De geschatte gebruiksduur van een cassette verwijst naar de verwachte of geschatte gebruiksduur van een tonercassette.
Informatie over displaymeldingen 4. Problemen oplossen 127 13 Meldingen over de papierlade Melding • Uitvoervak vol Verw. pap. Betekenis Voorgestelde oplossing De uitvoerlade is vol. Zodra het papier uit de uitvoerlade is verwijderd, gaat de printer door met afdrukken. Er zit geen papier in lade 1. Plaats papier in lade 1 (zie "Plaats papier in de lade/optionele lade" op pagina 51). Er zit geen papier in lade 2.
Informatie over displaymeldingen Melding Betekenis 4. Problemen oplossen Voorgestelde oplossing • Lade 1 geopend De lade is niet goed gesloten. Sluit de lade goed. Deze moet vastklikken. • Lade 2 geopend De lade is niet goed gesloten. Sluit de lade goed. Deze moet vastklikken. • Fout papier De opgegeven afmetingen van het papier in de afdrukeigenschappen komt niet overeen met het geplaatste papier. Plaats het juiste papier.
Informatie over displaymeldingen 4. Problemen oplossen 129 14 Meldingen over het netwerk Melding • Netwerkprobl. IP-conflict Betekenis Voorgestelde oplossing Het door u ingestelde IP-adres wordt al door iemand anders gebruikt. Controleer het IP-adres en stel het zo nodig opnieuw in (zie handleiding Geavanceerd). Verificatie mislukt. Controleer het netwerkverificatieprotocol. Neem contact op met uw netwerkbeheerder als dit probleem zich blijft voordoen.
Informatie over displaymeldingen 4. Problemen oplossen 130 15 Div. meldingen Melding • Klep open Sluit klep Betekenis De voor- of achterklep is niet goed gesloten. Voorgestelde oplossing Sluit de klep goed. Deze moet vastklikken. • Klep open. Sluit klep • Klep scanner open. • Klep scanner open Klep scanner open. Sluit klep De klep van de documentinvoer is niet goed Sluit de klep goed. Deze moet vastklikken. vergrendeld.
Informatie over displaymeldingen Melding • Geheugen vol Verw. taak Betekenis Voorgestelde oplossing Het geheugen is vol. U kunt de ontvangen faxtaak afdrukken of verwijderen in Veilige ontv. (zie de handleiding Geavanceerd). De scanner is vergrendeld. Start het apparaat opnieuw op. Als het probleem zich blijft voordoen, neem dan contact op met een servicecentrum. • Geheugen vol Faxgeh. is vol. Druk een ontvangen faxtaak af of verwijder er een • Scanner geblok. 4.
5. Bijlage In dit hoofdstuk staan productspecificaties en informatie met betrekking tot toepasbare regelgeving.
Specificaties 5. Bijlage 133 1 Algemene specificaties De specificaties hieronder kunnen zonder voorafgaande kennisgeving worden gewijzigd. zie www.samsung.com/printer voor mogelijke wijzigingen.
Specificaties 5.
Specificaties 5.
Specificaties 5.
Specificaties 5. Bijlage Type Formaat Afmetingen Enveloppen Monarchenvelop 98 x 191 mm Envelop Nr. 10 105 x 241 mm Envelop DL 110 x 220 mm Envelop C5 162 x 229 mm Envelop C6 114 x 162 mm Dik papier Zie Normaal papier Dikker papier Gewicht/capaciteit afdrukmediaa Lade 1/Optionele lade Multifunctionele lade Niet beschikbaar in lade1/ optionele lade.
Specificaties Type Kartonpapier bankpost; Formaat 5.
Specificaties 5.
Specificaties 5. Bijlage 140 • Internet Explorer 6.0 of hoger is minimum vereist voor alle Windows-besturingssystemen. • Gebruikers kunnen de software installeren als ze beheerdersrechten hebben. • Windows Terminal Services is compatibel met uw apparaat. • Voor Windows 2000 is Services Pack 4 of hoger vereist. Macintosh Besturingssysteem Mac OS X 10.3 ~ 10.4 Vereisten (aanbevolen) Processor • Intel®-processoren • PowerPC G4/G5 Mac OS X 10.
Specificaties 5. Bijlage Linux Items Vereisten Besturingssysteem Redhat® Enterprise Linux WS 4, 5 (32/64 bit) Fedora 5 ~ 13 (32/ 64 bit) SuSE Linux 10.1 (32 bit) OpenSuSE® 10.2, 10.3, 11.0, 11.1, 11.2 (32/64 bit) Mandriva 2007, 2008, 2009, 2009.1, 2010 (32/64 bit) Ubuntu 6.06, 6.10, 7.04, 7.10, 8.04, 8.10, 9.04, 9.10, 10.04 (32/64 bit) SuSE Linux Enterprise Desktop 10, 11 (32/64 bits) Debian 4.0, 5.
Specificaties 5. Bijlage 4 Netwerkomgeving Alleen voor netwerk en draadloos model (zie "Functies per model" op pagina 8). U moet de netwerkprotocollen installeren op het apparaat om het als netwerkprinter te kunnen gebruiken. In de volgende tabel worden de netwerkomgevingen vermeld die door het apparaat worden ondersteund. Items Netwerkinterface Specificaties • Ethernet 10/100/1000 Base-TX • 802.
Specificaties 5.
Informatie over wettelijke voorschriften Dit apparaat is ontworpen voor een normale werkomgeving en is gecertificeerd conform verschillende veiligheidsvoorschriften. 5 Verklaring inzake laserveiligheid De printer is in de Verenigde Staten gecertificeerd als zijnde in overeenstemming met de vereisten van DHHS 21 CFR, hoofdstuk 1, subhoofdstuk J voor laserproducten van klasse I(1), en is elders gecertificeerd als een laserproduct van klasse I dat voldoet aan de vereisten van IEC 60825-1: 2007.
Informatie over wettelijke voorschriften 6 5. Bijlage 145 8 Veiligheid in verband met ozon Energiebesparingsmodus De ozonemissie van dit apparaat ligt onder 0,1 ppm. Ozon is zwaarder dan lucht. Zet dit apparaat dus op een plaats met goede ventilatie. Deze printer is uitgerust met een geavanceerde energiebesparende technologie die het stroomverbruik vermindert wanneer het apparaat niet wordt gebruikt.
Informatie over wettelijke voorschriften 10 5. Bijlage 146 11 Alleen voor China Correcte verwijdering van dit product (afgedankte elektrische en elektronische apparatuur) (Van toepassing in de Europese Unie en andere Europese landen met gescheiden inzamelingssystemen voor batterijen) Deze aanduiding op het product, op de accessoires of in de documentatie geeft aan dat het product en zijn elektronische accessoires (bijv.
Informatie over wettelijke voorschriften 12 5. Bijlage 147 13 Correcte verwerking van de in dit product gebruikte batterijen Alleen voor Taiwan (Van toepassing op de Europese Unie en andere Europese landen met afzonderlijke inzamelingssystemen voor batterijen) 14 Deze aanduiding op de batterij, handleiding of verpakking geeft aan dat de batterijen in dit product aan het eind van hun levensduur niet samen met ander huishoudelijk afval mogen worden weggegooid.
Informatie over wettelijke voorschriften Dit apparaat is getest en voldoet aan de limieten voor digitale apparaten van klasse B, zoals vastgelegd in deel 15 van de FCC-voorschriften. Deze beperkingen zijn bedoeld om een redelijke bescherming te bieden tegen schadelijke interferentie binnenshuis.
Informatie over wettelijke voorschriften 15 United States of America Federale Communicatiecommissie (FCC) ► Intentional emitter overeenkomstig FCC Deel 15 Mogelijk bevat uw printer radio-LAN-apparaten met een laag vermogen (radiofrequentieapparaten voor draadloze communicatie) die werken in de 2,4 GHz/5 GHz-band. Deze sectie is alleen van toepassing als deze apparaten aanwezig zijn. Controleer het systeemlabel om na te gaan of er draadloze apparaten aanwezig zijn.
Informatie over wettelijke voorschriften 16 5. Bijlage 150 19 Alleen voor Rusland Alleen voor Turkije 20 Alleen Canada 17 Alleen voor Israël 18 Alleen Duitsland Dit product voldoet aan de geldende technische specificaties van Industry Canada. / Le present materiel est conforme aux specifications techniques applicables d’Industrie Canada. Het REN (Ringer Equivalence Number) is een indicatie van het maximum aantal apparaten dat mag worden aangesloten op een telefooninterface.
Informatie over wettelijke voorschriften 21 5.
Informatie over wettelijke voorschriften 5. Bijlage 152 Verder moet u weten: Volgens de voorschriften van de FCC (Federal Communication Commission) kunnen wijzigingen of modificaties aan dit apparaat die niet uitdrukkelijk zijn goedgekeurd door de fabrikant ertoe leiden dat de gebruiker het recht verliest om het apparaat te gebruiken. Wanneer randapparatuur schade aan het telefoonnet veroorzaakt, moet de telefoonmaatschappij de klant waarschuwen dat de dienst kan worden onderbroken.
Informatie over wettelijke voorschriften 23 De stekker van het netsnoer vervangen (alleen voor het VK) Belangrijk Het netsnoer van dit apparaat is voorzien van een standaardstekker (BS 1363) van 13 ampère en een zekering van 13 ampère. Als u de zekering vervangt, moet u het juiste type van 13 ampère gebruiken. Nadat u de zekering hebt gecontroleerd of vervangen, moet u de afdekkap van de zekering weer sluiten.
Informatie over wettelijke voorschriften 24 Verklaring van overeenstemming (Europese landen) Goedkeuringen en certificeringen De CE-markering op dit product verwijst naar de conformiteitsverklaring van Samsung Electronics Co., Ltd.
Informatie over wettelijke voorschriften Europese radiogoedkeuringsinformatie (voor producten uitgerust met door de EU goedgekeurde radioapparaten) Deze printer is bestemd voor gebruik thuis of op kantoor. Mogelijk bevat uw printer radio-LAN-apparaten met een laag vermogen (radiofrequentieapparaten voor draadloze communicatie) die werken in de 2,4/5 GHz-band. Deze sectie is alleen van toepassing als deze apparaten aanwezig zijn.
Informatie over wettelijke voorschriften 25 Mededelingen aangaande normen Draadloze geleiding Mogelijk bevat uw printer radio-LAN-apparaten met een laag vermogen (radiofrequentieapparaten voor draadloze communicatie) die werken in de 2,4 GHz/5 GHz-band. De volgende sectie geeft een algemeen overzicht van beschouwingen die betrekking hebben op het gebruik van een draadloos apparaat.
Informatie over wettelijke voorschriften Draadloze RF-communicatie kan interferentie veroorzaken met apparatuur aan boord van burgerluchtvaarttoestellen. De huidige luchtvaartreglementeringen eisen dat draadloze toestellen aan boord van een vliegtuig worden uitgeschakeld tijdens de vlucht. IEEE 802.11- (beter bekend als draadloos Ethernet) en Bluetoothcommunicatieapparaten zijn voorbeelden van draadloze communicatieapparaten.
Informatie over wettelijke voorschriften 26 Alleen voor China 5.
Copyright 5. Bijlage 159 © 2010 Samsung Electronics Co., Ltd. Alle rechten voorbehouden. Deze gebruikershandleiding dient uitsluitend ter informatie. Alle informatie in deze gebruikershandleiding kan zonder voorafgaande kennisgeving worden gewijzigd. Samsung Electronics kan niet aansprakelijk worden gesteld voor directe of indirecte schade als gevolg van of in verband met het gebruik van deze gebruikershandleiding. • Samsung en het Samsung-logo zijn handelsmerken van Samsung Electronics Co., Ltd.
Index 160 A C accessoires conventie bestellen 90 achterkant 20 adresboek knop 22, 24 G een document afdrukken Windows 64 USBgeheugen 83 direct USB knop 22, 24 25 E ecoafdruk ecoknop afdrukmedia geheugen D DraadloosLED afdrukken 10 66 22, 24 energiebesparingsmodus knop 22, 24, 25 geheugen uitbreiden 97 geheugenmodule installeren 97 H help gebruiken 66 help knop 26 I id kopiëren envelop 55 etiketten 58 het papierformaat instellen 60 het papiertype instellen 60 karto
Index 161 L installatieomgeving numeriek toetsenblok Lade parallel bestellen 91 lade breedte en lengte instellen 49 de grootte van de lade aanpassen 49 een optionele lade bestellen 90 papier in de multifunctionele lade plaatsen 52 papierformaat en type instellen M systeemvereisten menuknop 22, 23 140 22, 24 opnieuw instellen knop 26 buitenkant 101 22, 24 opneemrol 103 scannereenheid 104 opnieuw kiezenpauzeren knop optionele lade 90 bestellen 90 papier plaatsen 51 originelen
Index 162 T terug knop Tijdens 22, 24 89 bestellen 89 de gebruiksduur van de verbruiksartikelen controleren 99 64 tonercassette tonercassette vervangen de cassette vervangen 95 toner herverdelen 93 tonersterkte knop beschikbare verbruiksartikelen 21, 23 voorkant 141 USBflashgeheugen afdrukken 83 beheren 85 gegevensbackup 84 scannen 81 USBkabel stuurprogrammainstallatie uw apparaat reinigen 28, 30 101 V veiligheid info 11 symbolen 11 verbruiksartikelen 21, 23, 25 Windows
SCX-483x Series SCX-563x Series SCX-573x Series Gebruikershandleiding Geavanceerd imagine the possibilities Deze handleiding geeft informatie over de installatie, geavanceerde instelling, gebruik en het oplossen van problemen in verschillende besturingssystemen. Afhankelijk van het model of land zijn enkele functies mogelijk niet beschikbaar.
Inhoud 2 70 Systeeminstallatie 1. Installatie van de software 5 Installatie voor de Macintosh 6 Opnieuw installeren voor Macintosh 7 Installatie voor Linux 9 Opnieuw installeren voor Linux 82 Beheerinstellingen 83 Aangepaste instellingen 4. Speciale functies 85 Aanpassing aan luchtdruk of hoogte 86 De lettertype-instelling wijzigen 2.
Inhoud 6.
1. Installatie van de software Dit hoofdstuk levert instructies voor het installeren van essentiële en nuttige software voor gebruik in een opstelling waarbij het apparaat via een kabel aangesloten is. Een lokale printer is een printer die via een kabel rechtstreeks op uw computer is aangesloten.
Installatie voor de Macintosh 1 Controleer of de printer op uw computer is aangesloten en ingeschakeld is. 1. Installatie van de software 5 het computerscherm verschijnt een waarschuwing dat 10 Op alle toepassingen worden afgesloten. Klik op Volgende => Ga door (10.4). 2 3 Plaats de meegeleverde software-cd in uw cd-romstation. 4 Dubbelklik in de map MAC_Installer op het pictogram Installer OS X. 5 6 7 Voer het wachtwoord in en klik op OK.
Opnieuw installeren voor Macintosh Als het printerbesturingsbestand niet correct werkt, maakt u de installatie van het besturingsbestand ongedaan en installeert u het opnieuw. 1 Controleer of de printer op uw computer is aangesloten en ingeschakeld is. 9 1. Installatie van de software 6 Selecteer Installatie ongedaan maken => Maak installatie ongedaan (10.4) en klik op Installatie ongedaan maken => Maak installatie ongedaan (10.4).
Installatie voor Linux U moet Linux-softwarepakketten downloaden van de website van Samsung om de printersoftware te installeren (http:// www.samsung.com/printer). 1 Het Unified Linux-stuurprogramma installeren 1 Controleer of de printer op uw computer is aangesloten en ingeschakeld is. 2 Wanneer het venster Administrator Login verschijnt, typt u "root" in het veld Login en voert u het systeemwachtwoord in. U moet zich aanmelden als supergebruiker (root) om de printersoftware te installeren.
Installatie voor Linux 2 1. Installatie van de software 8 3 Smart Panel installeren Printer Settings Utility installeren 1 Controleer of de printer op uw computer is aangesloten en ingeschakeld is. 1 Controleer of de printer op uw computer is aangesloten en ingeschakeld is. 2 Wanneer het venster Administrator Login verschijnt, typt u root in het veld Login en voert u het systeemwachtwoord in.
Opnieuw installeren voor Linux Als het printerstuurprogramma niet correct werkt, maakt u de installatie van het stuurprogramma ongedaan en installeert u het opnieuw. 1 Controleer of de printer op uw computer is aangesloten en ingeschakeld is. 2 Wanneer het venster Administrator Login verschijnt, typt u "root" in het veld Login en voert u het systeemwachtwoord in. U moet zich aanmelden als supergebruiker (root) om de installatie van het printerstuurprogramma ongedaan te maken.
2. Een via een netwerk aangesloten apparaat gebruiken In dit hoofdstuk wordt stap voor stap uitgelegd hoe u een apparaat instelt dat via het netwerk aangesloten is en hoe u de software instelt. • Nuttige netwerkprogramma’s 11 • Instelling bekabeld netwerk 12 • Installeren van een stuurprogramma over het netwerk 16 • IPv6-configuratie 30 • Draadloos netwerk instellen 33 De ondersteunde opties en functies kunnen van model tot model verschillen.
Nuttige netwerkprogramma’s Er zijn verschillende programma’s voorhanden om in een netwerkomgeving de netwerkinstellingen op een eenvoudige manier in te voeren. Zo kan de netwerkbeheerder diverse apparaten in het netwerk beheren. Voordat u onderstaande programma’s gaat gebruiken moet u het IP-adres instellen. 2. Een via een netwerk aangesloten apparaat gebruiken 11 2 SyncThru™ Web Admin Service Een webgebaseerd apparaatbeheersysteem voor netwerkbeheerders.
Instelling bekabeld netwerk U moet de netwerkprotocollen op uw apparaat instellen om het apparaat in uw netwerk te kunnen gebruiken. U kunt het netwerk gebruiken nadat u een netwerkkabel hebt aangesloten op de desbetreffende poort op uw computer. • • Gebruik het programma SyncThru™ Web Service of SetIP bij modellen zonder displayscherm op het bedieningspaneel. - zie "SyncThru™ Web Service gebruiken" op pagina 130. - zie "Het IP-adres instellen" op pagina 13.
Instelling bekabeld netwerk 5 Het IP-adres instellen Eerst moet u een IP-adres instellen voor het beheren van en afdrukken via het netwerk. In de meeste gevallen wordt een IPadres automatisch toegewezen via een DHCP-server (Dynamic Host Configuration Protocol Server) die zich in het netwerk bevindt. IPv4-configuratie met het programma SetIP (Windows) 2.
Instelling bekabeld netwerk 8 Klik op Toepassen en vervolgens op OK. Het Netwerkconfiguratierapport wordt automatisch op het apparaat afgedrukt. Bevestig dat alle instellingen juist zijn. IPv4-configuratie met het programma SetIP (Macintosh) 2. Een via een netwerk aangesloten apparaat gebruiken 4 Klik op het pictogram (derde van links) in het scherm SetIP om het TCP/IP-configuratievenster te openen. 5 Voer de nieuwe apparaatgegevens in het configuratievenster in.
Instelling bekabeld netwerk 2. Een via een netwerk aangesloten apparaat gebruiken IPv4-configuratie met het programma SetIP (Linux) Zoek het MAC-adres in het netwerkconfiguratierapport en voer het hier in (zonder dubbele punten) (zie "Een netwerkconfiguratierapport afdrukken" op pagina 12). Bijvoorbeeld: 00:15:99:29:51:A8 wordt dus 0015992951A8. Voordat u het programma SetIP gebruikt, moet u de firewall van de computer uitschakelen via System Preferences or Administrator.
Installeren van een stuurprogramma over het netwerk 6 1 Windows Plaats de meegeleverde software-cd in uw cd-romstation. Klik op Start > Alle programma's > Toebehoren > Uitvoeren. Typ X:\Setup.exe waarbij u "X" vervangt door de letter van uw cd-romstation en klik op OK. Als u Windows XP, Vista of 7 gebruikt, opent u het venster Windows Verkenner. Voer het \\[ip-adres] in (bijvoorbeeld: \\169.254.133.42) in het adresveld en druk op de Enter-toets of klik op Ga naar. Dubbelklik op Drivers > Setup.exe.
Installeren van een stuurprogramma over het netwerk • Schakel deze optie in als u de software wilt installeren zonder de printer aan te sluiten. - Schakel deze optie in als u dit programma wilt installeren zonder dat er een apparaat is aangesloten. In dit geval wordt het venster voor het afdrukken van een testpagina overgeslagen en wordt de installatie voltooid. - In dit geval wordt het XPS-stuurprogramma niet geïnstalleerd en wordt het direct afdrukken van XPS-documenten beperkt.
Installeren van een stuurprogramma over het netwerk 2. Een via een netwerk aangesloten apparaat gebruiken 18 De modus installatie op de achtergrond De modus installatie op de achtergrond is een installatiemethode die geen tussenkomst van de gebruiker vereist. Zodra u met de installatie start, worden het stuurprogramma van het apparaat en de software automatisch op uw computer geïnstalleerd. U kunt de installatie op de achtergrond ook starten door /s of /S in het opdrachtvenster te typen.
Installeren van een stuurprogramma over het netwerk Opdrachtregel /p"" of / P"" Definitie Specificeert de printerpoort. Er wordt een netwerkpoort gemaakt aan de hand van de standaard TCP/IPpoortmonitor. Voor een lokale poort moet deze poort op het systeem bestaan voor deze door een opdracht wordt gespecificeerd. /a"" of / A"" Specificeert het doelpad voor de installatie. Het doelpad moet een volledig gekwalificeerd pad zijn. 2.
Installeren van een stuurprogramma over het netwerk Opdrachtregel Definitie 2. Een via een netwerk aangesloten apparaat gebruiken 20 Omschrijving /i"" of /I"" Specificeert het aangepaste Het aangepaste scriptbestand kan worden toegewezen voor installatiescriptbestand voor aangepaste een aangepaste installatie op de achtergrond. Dit installatie.
Installeren van een stuurprogramma over het netwerk Opdrachtregel Definitie 2. Een via een netwerk aangesloten apparaat gebruiken 21 Omschrijving /up"" of / UP"" Verwijdert alleen de opgegeven printerinstantie en niet de stuurprogrammabestanden. Deze opdracht biedt een mogelijkheid om alleen de opgegeven printerinstantie van uw systeem te verwijderen zonder effect op andere printerstuurprogramma's.
Installeren van een stuurprogramma over het netwerk ► Taalcode 2.
Installeren van een stuurprogramma over het netwerk 7 1 Macintosh Controleer of het apparaat met uw netwerk is verbonden en ingeschakeld is. Het IP-adres van uw apparaat moet reeds ingesteld zijn (zie "Het IP-adres instellen" op pagina 13). 2 3 Plaats de meegeleverde software-cd in uw cd-romstation. 4 Dubbelklik in de map MAC_Installer op het pictogram Installer OS X. 5 6 7 Voer het wachtwoord in en klik op OK.
Installeren van een stuurprogramma over het netwerk op Volgende => Ga door (10.4) in het venster 15 Klik Leesmij. de installatie is voltooid klikt u op Herstart… => 16 Nadat Start opnieuw. Open de map Programma’s > Hulpprogramma’s > 17 Printerconfiguratie. • Voor Mac OS X 10.5-10.6 opent u de map Programma’s > Systeemvoorkeuren en klikt u op Afdrukken en faxen. 18 Klik op Voeg toe op de Printerlijst. • In Mac OS X 10.5 -10,6 klikt u op het pictogram "+". Er verschijnt een weergavevenster. 19 InIP.
Installeren van een stuurprogramma over het netwerk 8 Linux U moet Linux-softwarepakketten downloaden van de website van Samsung om de printersoftware te installeren (http:// www.samsung.com/printer). Om andere software te installeren: 2. Een via een netwerk aangesloten apparaat gebruiken 5 Het venster Samsung Installer wordt geopend. Klik op Continue. 6 7 8 Het venster "Add printer wizard" gaat open. Klik op Next. Selecteer Netwerkprinter en klik op de knop Search.
Installeren van een stuurprogramma over het netwerk Een netwerkprinter toevoegen Dubbelklik op Unified Driver Configurator. 4 5 Selecteer Network printer en klik op de knop Search. 6 7 8 Selecteer uw apparaat en klik op Next. Klik op Add Printer. UNIX Controleer of uw printer het besturingssysteem UNIX ondersteunt, voordat u het UNIX-stuurprogramma installeert (zie basishandleiding). Het venster Add printer wizard wordt geopend. Klik op Next.
Installeren van een stuurprogramma over het netwerk Raadpleeg de handleiding van uw UNIXbesturingssysteem voor meer informatie. 4 Pak het UNIX-printerstuurprogrammabestand uit. Op IBM AIX gebruikt u bijvoorbeeld de volgende opdrachten (zonder "): gzip -d < "package archive name" | tar xf De map "binaries" bevat de bestanden en mappen binz, install, share. 5 Schakel over naar de map "binaries" van het stuurprogramma. Bijvoorbeeld op IBM AIX, cd aix_power/binaries 6 Voer het installatiescript uit. .
Installeren van een stuurprogramma over het netwerk De installatie van het printerstuurprogrammapakket ongedaan maken Het hulpprogramma moet gebruikt worden om de geïnstalleerde printer uit het systeem te verwijderen. a Voer de opdracht "uninstallprinter" uit vanaf de terminal. Hierdoor wordt Uninstall Printer Wizard geopend. De geïnstalleerde printers verschijnen in de vervolgkeuzelijst. b Selecteer de printer die u wilt verwijderen. c Klik op Delete om de printer uit het systeem te verwijderen.
Installeren van een stuurprogramma over het netwerk 8 9 Selecteer Copies om het aantal exemplaren in te stellen. Schakel de optie Collate in om exemplaren gesorteerd af te drukken. Schakel de optie Reverse Order in om exemplaren in 10 omgekeerde volgorde af te drukken. de optie Make Default in om deze printer in te 11 Schakel stellen als standaardprinter. 12 Klik op OK om de printer toe te voegen. 2.
IPv6-configuratie 2. Een via een netwerk aangesloten apparaat gebruiken IPv6 wordt alleen juist ondersteund in Windows Vista of latere versies. Als het IPv6-netwerk niet lijkt te werken, zet u alle netwerkinstellingen terug naar de fabrieksinstellingen en probeert u het opnieuw met behulp van Instell. wissen (zie "Netwerkinstallatie" op pagina 81). 5 Klik op Een printer toevoegen in het linkerdeelvenster van Printers en faxapparaten.
IPv6-configuratie 11 IPv6-adressen instellen 2. Een via een netwerk aangesloten apparaat gebruiken 2 Het apparaat ondersteunt de volgende IPv6-adressen voor het afdrukken vanaf het netwerk en voor netwerkbeheer. • Link-local Address: zelfgeconfigureerde lokale IPv6adressen (adres begint met FE80). • Stateless Address: automatisch door een netwerkrouter geconfigureerd IPv6-adres. • Stateful Address: Door een DHCPv6-server geconfigureerd IPv6-adres.
IPv6-configuratie 12 SyncThru™ Web Service gebruiken 1 Start een webbrowser zoals Internet Explorer die IPv6adressering als URL ondersteunt. 2 Selecteer een van de IPv6-adressen (Link-local Address, Stateless Address, Stateful Address, Manual Address) uit het netwerkconfiguratierapport (zie "Een netwerkconfiguratierapport afdrukken" op pagina 12). 3 Voer de IPv6-adressen in (bijv. http:// [FE80::215:99FF:FE66:7701]). De adressen moeten tussen vierkante haakjes ("[ ]")worden geplaatst. 2.
Draadloos netwerk instellen 2. Een via een netwerk aangesloten apparaat gebruiken 33 Naam van draadloos netwerk en netwerksleutel Controleer of uw apparaat een draadloos netwerk ondersteunt. Afhankelijk van het model is een draadloos netwerk mogelijk niet beschikbaar. 13 Draadloze netwerken vereisen een hoger beveiligingsniveau. Als u voor het eerst een toegangspunt installeert, worden een netwerknaam (SSID), een beveiligings-id en een netwerksleutel voor het netwerk gegenereerd.
Draadloos netwerk instellen Via de computer 2. Een via een netwerk aangesloten apparaat gebruiken 15 Gebruik van de Menu-knop Wij raden aan een USB-kabel te gebruiken met het programma dat op de meegeleverde cd met software staat (zie "Instellen met Windows" op pagina 37). • Met een USB-kabel: U kunt een draadloos netwerk instellen met behulp van het programma op de bijgeleverde cd met software.
Draadloos netwerk instellen Wizard-modus 1 De interfacekaart voor het draadloze netwerk van het apparaat zoekt naar draadloze netwerken in de omgeving en toont de resultaten. 2 Druk op Lijst doorz. > OK > selecteer het netwerk > OK. 3 4 U kunt een netwerk selecteren met SSID. Druk op WLAN Beveilig. > OK > Geen > OK. 35 Aangepaste modus 1 Voer de SSID in als SSID bewerken op de bovenste regel van het display verschijnt. Dit is de naam van een draadloos netwerk.
Draadloos netwerk instellen • • 6 Statisch WEP: Maakt gebruik van het WEP-algoritme (Wired Equivalent Privacy) dat door de IEEE 802.11standaard wordt voorgesteld voor beveiligingsdoeleinden. De beveiligingsmodus Statisch WEP vereist een WEP-sleutel voor gegevenscodering, decodering en IEEE 802.11-verificatie. Druk op OK om de instelmethode in Verificatie te selecteren. - Open systeem: Verificatie wordt niet gebruikt en codering wordt eventueel gebruikt, naargelang de behoefte aan gegevensbeveiliging.
Draadloos netwerk instellen 2. Een via een netwerk aangesloten apparaat gebruiken 37 ► Opzetten van de netwerkinfrastructuur 16 Instellen met Windows Snelkoppeling naar programma Draadloze verbindingen instellen zonder CD: All u het printerstuurprogramma eenmaal heeft geïnstalleerd, heeft u zonder CD toegang tot het programma Draadloze verbindingen instellen.
Draadloos netwerk instellen • • Nu installeren: Als u al een draadloos netwerk hebt ingesteld, klikt u op deze knop om het printerstuurprogramma te installeren, zodat u de draadloze netwerkprinter kunt gebruiken. Als u nog geen draadloos netwerk hebt ingesteld, klikt u op de knop Draadloze verbindingen instellen en installeren om een draadloos netwerk in te stellen. Klik daarna op de knop Nu installeren.
Draadloos netwerk instellen • Netwerksleutel bevestigen:: bevestig de sleutelwaarde van de netwerkcodering. • WEP-sleutelindex: Als u WEP-codering gebruikt, selecteert u de juiste WEP-sleutelindex. 2. Een via een netwerk aangesloten apparaat gebruiken 8 Het venster bevat de instellingen voor het draadloze netwerk en controleert of deze instellingen juist zijn. Klik op Volgende. • • WEP Selecteer Open syst. of Ged. sleutel voor de verificatie en typ de WEP-beveiligingssleutel. Klik op Volgende.
Draadloos netwerk instellen 9 - Subnetmasker: 255.255.0.0 (gebruik het subnetmasker van de computer) - Gateway: 169.254.133.1 Als de instelling van het draadloos netwerk is voltooid, koppelt u de USB-kabel tussen de computer en het apparaat los. Klik op Volgende. venster Instelling van draadloos netwerk voltooid 10 Het wordt geopend. Kies Ja als u de huidige instellingen aanvaardt en u wilt doorgaan. Kies Nee als u naar het beginvenster wilt terugkeren. Klik daarna op Volgende.
Draadloos netwerk instellen Ad-hoc via USB-kabel 2. Een via een netwerk aangesloten apparaat gebruiken 4 41 Selecteer de optie Draadloze verbindingen instellen en installeren. Als u geen toegangspunt hebt, kunt u de printer alsnog draadloos met uw computer verbinden door een draadloos adhocnetwerk in te stellen. Volg hiervoor de volgende eenvoudige stappen.
Draadloos netwerk instellen 5 6 Lees de Gebruiksrechtovereenkomst en kies Ik aanvaard de bepalingen van de gebruiksrechtovereenkomst Klik daarna op Volgende. De software zoekt het draadloos netwerk. Als het netwerk niet kan worden gevonden, controleert u of de USB-kabel tussen de computer en de printer op de juiste manier is aangesloten. Volg verder de instructies in het venster. 7 Er verschijnt een lijst met de draadloze netwerken die het apparaat heeft gevonden.
Draadloos netwerk instellen 2. Een via een netwerk aangesloten apparaat gebruiken • WEP (Wired Equivalent Privacy) is een beveiligingsprotocol dat ervoor zorgt dat onbevoegden geen toegang kunnen krijgen tot uw draadloze netwerk. Via WEP wordt het gegevensgedeelte van elk pakket dat via een draadloos netwerk wordt verzonden met een 64-bits of 128-bits WEP-coderingssleutel gecodeerd.
Draadloos netwerk instellen Als het venster Computernetwerkinstelling wijzigen verschijnt, volgt u de stappen op het venster. Klik op Volgende als u klaar bent met de instellingen voor het draadloze netwerk van de computer. Als het draadloze netwerk van de computer is ingesteld op DHCP, duurt het enkele minuten om het IP-adres te ontvangen. 10 Het venster Instelling van draadloos netwerk voltooid wordt geopend. Kies Ja als u de huidige instellingen aanvaardt en u wilt doorgaan.
Draadloos netwerk instellen 17 Instellen met Macintosh Wat u nodig hebt • Toegangspunt • Netwerkcomputer • Software-cd die bij het apparaat is geleverd • Het apparaat met een daarop geïnstalleerd draadloosnetwerkinterface • USB-kabel Toegangspunt via USB-kabel 2. Een via een netwerk aangesloten apparaat gebruiken 6 7 8 9 45 Dubbelklik op het pictogram Installer OS X. Voer het wachtwoord in en klik op OK. Klik op Volgende => Ga door (10.4).
Draadloos netwerk instellen Als het draadloze netwerk niet wordt gevonden, controleert u of de USB-kabel tussen de computer en de printer goed is aangesloten en volgt u de instructies in het venster. de zoekactie toont het venster de draadloze 15 Na netwerkapparaten. Selecteer de naam (SSID) van het toegangspunt dat u gebruikt en klik op Next. Als u de draadloze configuratie handmatig instelt, klikt u op Geavanceerde instelling.
Draadloos netwerk instellen WPA machtigt en identificeert gebruikers op basis van een geheime sleutel die op gezette tijden automatisch wordt gewijzigd. Bij WPA worden tevens TKIP (Temporal Key Integrity Protocol) en AES (Advanced Encryption Standard) voor gegevenscodering gebruikt. venster bevat de instellingen voor het draadloze 16 Het netwerk en controleert of deze instellingen juist zijn. Klik op Next.
Draadloos netwerk instellen Ad-hoc via USB-kabel Als u geen toegangspunt hebt, kunt u de printer alsnog draadloos verbinden met uw computer door een draadloos adhocnetwerk in te stellen. Volg hiervoor de volgende eenvoudige stappen. ► Wat u nodig hebt 2. Een via een netwerk aangesloten apparaat gebruiken 5 6 7 8 9 48 Dubbelklik op de map MAC_Installer. Dubbelklik op het pictogram Installer OS X. Voer het wachtwoord in en klik op OK. Klik op Volgende => Ga door (10.4).
Draadloos netwerk instellen Als het draadloze netwerk niet wordt gevonden, controleert u of de USB-kabel tussen de computer en de printer goed is aangesloten en volgt u de instructies in het venster. verschijnt een lijst met de draadloze netwerken die het 14 Erapparaat heeft gevonden. Als u de standaardinstelling voor ad-hocnetwerken van Samsung wilt gebruiken, selecteert u het laatste draadloze netwerk in de lijst met de Netwerknaam (SSID). Deze is portthru en het Signaal isPrinternetwerk. 2.
Draadloos netwerk instellen verschijnt een venster met de instellingen van het 15 Erdraadloze netwerk. Controleer de instellingen en klik op Next. Voordat u het IP-adres van de printer invoert, moet u de netwerkinstellingen van de computer weten. Als de netwerkconfiguratie van de computer is ingesteld op DHCP, moet de instelling voor het draadloze netwerk ook DHCP zijn. Als de netwerkconfiguratie van de computer is ingesteld op Statisch, moet de instelling voor het draadloze netwerk ook Statisch zijn.
Draadloos netwerk instellen 18 Een netwerkkabel gebruiken Uw apparaat is netwerkcompatibel. Om uw apparaat netwerkcompatibel te maken, moet u enkele configuratieprocedures doorlopen. • Nadat de verbinding met het draadloze netwerk is gemaakt, moet u een apparaatstuurprogramma installeren om vanuit een toepassing te kunnen afdrukken (zie "Installeren van een stuurprogramma over het netwerk" op pagina 16).
Draadloos netwerk instellen SyncThru™ Web Service gebruiken 2. Een via een netwerk aangesloten apparaat gebruiken 6 Klik op Wireless > Wizard. Controleer de status van de kabelverbinding voor u begint met de configuratie van de parameters voor het draadloze netwerk. 1 2 Controleer of de netwerkkabel op de printer is aangesloten. Als dat niet het geval is, moet u een standaardnetwerkkabel op het apparaat aansluiten.
Draadloos netwerk instellen 2. Een via een netwerk aangesloten apparaat gebruiken 53 19 Als de Operation Mode van uw netwerk ingesteld is op Infrastructure selecteert u de SSID van het toegangspunt. Als Operation Mode ingesteld is op Adhoc selecteert u de SSID van het apparaat. Houd er rekening mee dat "portthru" de standaard SSID van uw apparaat is. 8 Klik op Next. 9 Het bevestigingsvenster verschijnt. Controleer de instellingen van het draadloze netwerk.
Draadloos netwerk instellen 2. Een via een netwerk aangesloten apparaat gebruiken 54 ► Verbindingsprobleem - Ongeldige beveiliging 20 Problemen oplossen • Problemen tijdens het instellen of de installatie van het stuurprogramma De beveiliging is niet goed geconfigureerd. Controleer de beveiliging die op het toegangspunt en de printer is geconfigureerd. ► Verbindingsprobleem - Algemene verbindingsfout ► Printers niet gevonden • Mogelijk staat uw printer niet aan.
Draadloos netwerk instellen Voorbeeld: 2. Een via een netwerk aangesloten apparaat gebruiken • Schakel het toegangspunt (of de draadloze router), de printer en de computer uit en weer aan. Soms kan dat helpen om de communicatie met het netwerk te herstellen. • Controleer of firewallsoftware (V3 of Norton) de communicatie blokkeert. Als de netwerkgegevens van de computer als volgt zijn: ▪ IP-adres: 169.254.133.42 ▪ Subnetmasker: 255.255.0.
Draadloos netwerk instellen • Controleer de draadloze omgeving. Mogelijk kunt u geen verbinding maken met het netwerk in de infrastructuuromgeving waar u gebruikersgegevens moet invoeren voordat u een verbinding hebt gemaakt met een toegangspunt (of draadloze router). • Dit apparaat ondersteunt alleen IEEE 802.11b/g/n en Wi-Fi. Andere draadloze communicatietypes (b.v. Bluetooth) worden niet ondersteund.
3. Menu´s met nuttige instellingen In dit hoofdstuk leest u hoe u de huidige status van het apparaat controleert en hoe u geavanceerde apparaatinstellingen instelt. • Menu Afdrukken 58 • Menu Kopiëren 59 • Menu Faxen 64 • Menu Scannen 68 • Systeeminstallatie 70 • Beheerinstellingen 82 • Aangepaste instellingen 83 Het bedieningspaneel biedt toegang tot verschillende menu’s voor de instelling van het apparaat en het gebruik van de functies van het apparaat.
Menu Afdrukken Item Omschrijving Afdrukstand Selecteert de richting waarin informatie wordt afgedrukt op een pagina. Exempl. U kunt het aantal kopieën wijzigen met behulp van het numerieke toetsenblok. Resolutie Specificeert het aantal afgedrukte punten per inch (dpi - dots per inch). Hoe hoger de instelling, hoe scherper de tekens en afbeeldingen worden afgedrukt. Tonersterkte Maakt de afdrukk op de pagina helderder of donkerder. De instelling Normaal levert doorgaans het beste resultaat.
Menu Kopiëren 3. Menu´s met nuttige instellingen 59 1 Item Kopieerfunctie Lay-out Item Omschrijving Scanformaat hiermee stelt u de grootte van de afbeelding in. U kunt het aantal kopieën wijzigen met behulp van het numerieke toetsenblok. Verkleinen/ Vergroten Hiermee verkleint of vergroot u een gekopieerde afbeelding. Tonersterkte Hiermee past u de helderheid aan om een kopie te verkrijgen die beter leesbaar is als het origineel onduidelijke markeringen en donkere afbeeldingen bevat.
Menu Kopiëren Item 1 2 3 4 1 N-up kopiëren Hiermee worden de originele afbeeldingen verkleind en worden 2 of 4 pagina’s afgedrukt op één vel papier. Deze kopieerfunctie is alleen beschikbaar als u originelen in de ADI plaatst. 2 2 op of 4 op verkleinde originelen per vel Omschrijving U kunt een document van één enkele pagina op 4 (poster van 2x2), 9 (poster van 3x3) of 16 vellen (poster van 4x4) papier drukken om ze aan elkaar te plakken en er een poster van te maken. Poster kopiër.
Menu Kopiëren Item Omschrijving Met deze functie kunt u een volledig boek kopiëren. Als het boek te dik is, opent u het deksel tot de scharnieren niet verder kunnen en sluit u het deksel weer. Als het boek of tijdschrift dikker is dan 30 mm, laat u tijdens het kopiëren het deksel open. 3.
Menu Kopiëren Item Omschrijving 3. Menu´s met nuttige instellingen Item Hiermee kunt u een bindmarge maken voor het document. Het beeld kan op de pagina naar boven of naar onder worden bijgesteld en/of naar links of naar rechts worden verschoven. Marge verschuiven bij kopiëren 62 Omschrijving Hiermee kunt u vlekken, perforatie-openingen, vouwen en nietafdrukken langs een van de vier randen van een document wissen. • Uit: deze functie wordt niet gebruikt.
Menu Kopiëren Item Watermerk kopiëren 3. Menu´s met nuttige instellingen Omschrijving Item Met de optie Watermerk kunt u tekst afdrukken over een bestaand document. U gebruikt het bijvoorbeeld om in grote grijze letters "CONCEPT" of "VERTROUWELIJK" diagonaal op de eerste pagina of op alle pagina’s afdrukken. Typ een tekstbericht bij Melding en stel in op welke pagina de tekst moet worden afgedrukt. Omschrijving • 2 -> 1-zijdig • 2 -> 2-zijdig Dubbelzijdig (vervolg) • 2->1-zijd.
Menu Faxen 3. Menu´s met nuttige instellingen 64 3 Item Faxfunctie Omschrijving Hiermee kunt u een fax naar meerdere bestemmingen verzenden. Item Scanformaat Omschrijving hiermee stelt u de grootte van de afbeelding in. Meerv. verzend. Formaat van origineel Contrast Hiermee kunt u het contrastniveau aanpassen voor een origineel met vage of te donkere inhoud zodat de gescande kopie beter leesbaar is.
Menu Faxen 3. Menu´s met nuttige instellingen 65 4 Item Doorsturen Veilige ontv. Omschrijving Hiermee wordt de ontvangen of verzonden fax naar een andere bestemming verzonden per fax, e-mail of via een server. Deze functie is nuttig als u een fax wilt ontvangen wanneer u niet op kantoor bent. Hiermee wordt de ontvangen fax opgeslagen in het geheugen zonder dat deze wordt afgedrukt. Als u ontvangen documenten wilt afdrukken, moet u het wachtwoord invoeren.
Menu Faxen 3. Menu´s met nuttige instellingen 66 5 Item Omschrijving Afbeelding TCR Hiermee drukt u een verzendrapport af dat een miniatuurafbeelding van de eerste pagina van de verzonden fax bevat. Kiesmodus Hiermee stelt u de kiesmodus in op tonen of pulsen. Deze instelling is niet in alle landen beschikbaar. Daluren Hiermee kunt u op de telefoonkosten besparen door de verzending van een faxbericht uit te stellen tot een van te voren ingesteld tijdstip.
Menu Faxen Item 3. Menu´s met nuttige instellingen Omschrijving Afdrukb. geb. Hiermee kunt u instellen dat een bepaald gedeelte aan het einde van de ontvangen fax niet wordt afgedrukt. Inst. ong. fax Hiermee kunt u faxen blokkeren die in het geheugen zijn opgeslagen als ongewenste faxnummers. Deze instelling is niet in alle landen beschikbaar. DRPD-modus Hiermee kan een gebruiker met één telefoonlijn verschillende telefoonnummers beantwoorden.
Menu Scannen 3. Menu´s met nuttige instellingen 68 6 Item Scanfunctie Item Standaard USB Naar USB scannen Standaard e-mail Scan nr e-mail E-mail aanpassen Standaard FTP FTP SMB-standaard SMB Rapp. verz. fax. Omschrijving Hiermee stelt u de scanbestemming in op een USB-apparaat. U kunt de originelen scannen en de gescande afbeeldingen opslaan op een USB-apparaat. Hiermee stelt u de scanbestemming in op een e-mailtoepassing.
Menu Scannen 3. Menu´s met nuttige instellingen 7 Scaninstel Item Scanformaat Formaat van origineel Omschrijving hiermee stelt u de grootte van de afbeelding in. Type origineel Bepaalt het documenttype van het origineel. Resolutie Hiermee stelt u de afbeeldingsresolutie in. Kleurmodus Hiermee stelt u de kleurenmodus in. Bestandsindeling Hiermee stelt u de bestandsindeling in waarin de afbeelding moet worden opgeslagen.
Systeeminstallatie 3. Menu´s met nuttige instellingen 70 8 Apparaat Instellingen Item Omschrijving Apparaat-id Hiermee stelt u de apparaat-id in die boven aan elke faxpagina die u verzendt, wordt afgedrukt. Faxnummer Hiermee stelt u het faxnummer in dat boven aan elke faxpagina die u verzendt, wordt afgedrukt. Datum en tijd Klokmodus Stelt de datum en tijd in. Stelt de indeling voor het weergeven van de tijd in, 12-uur of 24-uur. • Uit: hiermee kunt u afdrukken in modus Normaal.
Systeeminstallatie Item Time-out voor taak Omschrijving Hiermee kunt u instellen hoe lang de printer moet wachten voordat de laatste pagina wordt afgedrukt van een afdruktaak die niet eindigt met een opdracht om de pagina af te drukken. U kunt instellen in welke situaties de printer moet ontwaken uit sluimerstand. Zet het onderdeel aan. Ontw.gebeurt. • Druk op knop: Als u op een willekeurige knop drukt, uitgezonderd de aan/uitknop, wordt het apparaat wakker uit sluimerstand.
Systeeminstallatie Item Papiervervanging Verkeerd papier Omschrijving Hiermee wordt ingestelde papierformaat in het printerstuurprogramma automatisch vervangen om inconsistenties tussen A4- en Letter-papier te voorkomen. Als u bijvoorbeeld A4-papier in de lade hebt geplaatst, maar u het papierformaat in het printerstuurprogramma op Letter hebt ingesteld, kan het apparaat immers afdrukken op A4-papier en omgekeerd.
Systeeminstallatie Item 3. Menu´s met nuttige instellingen Omschrijving Item 73 Omschrijving Inst. import. Importeert gegevens opgeslagen op een USBgeheugenstick naar het apparaat. Met deze optie kunt u hulpbronnen besparen en milieuvriendelijke afdrukken maken. Inst. export. Exporteert de op het apparaat opgeslagen instellingen naar een geheugenstick. • Standaardmodus: Selecteert of de Eco-modus in- of uitgeschakeld wordt.
Systeeminstallatie 9 3. Menu´s met nuttige instellingen 74 10 Papierinstel Item Geluid/Volume Omschrijving Papierformaat Hiermee kunt u naar eigen keuze het papierformaat instellen op A4, Letter of andere papierformaten. Papiertype Hiermee selecteert u het type papier voor elke lade. Papierinvoer Hier selecteert u uit welke lade het papier moet worden gebruikt. Rand Hiermee stelt u de marges van het document in. Lade bevestigen Activeert de melding ter bevestiging van de lade.
Systeeminstallatie 3. Menu´s met nuttige instellingen 75 11 Item Rapport Item Omschrijving Menuoverzicht Drukt het menuoverzicht met de lay-out en de huidige instellingen van dit apparaat af. Alle rapporten Hiermee worden alle soorten rapporten afgedrukt die dit apparaat biedt. Configuratie Drukt een overzicht van de globale instellingen van het apparaat af. Info verb.art.
Systeeminstallatie Item Ongewenste fax Netwerkconf. Netwerkconfiguratie Gebruikersverificatie Verificatie van lokale gebruiker Omschrijving Hiermee drukt u de faxnummers af die zijn opgegeven als ongewenste faxnummers. Hiermee drukt u informatie af over de netwerkverbinding en -configuratie van uw apparaat. Hiermee drukt u een overzicht af van de gebruikers die de e-mailfunctie mogen gebruiken. 3. Menu´s met nuttige instellingen Item Net gebr.ver.
Systeeminstallatie 3. Menu´s met nuttige instellingen 77 12 Item Maintenance Item Omschrijving Toner Op wissen Deze optie wordt weergegeven als de tonercassette leeg is. U kunt het bericht over de lege cassette wissen. Toner op negeren U kunt het apparaat zo instellen dat het bericht over een lege tonercassette wordt genegeerd en het apparaat documenten blijft afdrukken, behalve inkomende faxberichten. Gebr.duur art. Hiermee kunt u de indicatoren voor gebruiksduur weergeven.
Systeeminstallatie 3. Menu´s met nuttige instellingen 78 13 Item Instell. wissen Omschrijving Wist alle in het geheugen opgeslagen emailadressen. Adresboek Item Alle instellingen Printerinstellingen Omschrijving Fax verzonden Wist alle gegevens uit het geheugen en herstelt de standaardinstellingen. Verzendrapport Hiermee worden alle standaard papieropties hersteld. Lade-instelling Hiermee worden alle standaard instellingen van de lade-instelling hersteld. Faxinstel.
Systeeminstallatie 3. Menu´s met nuttige instellingen 79 15 Optie Afb. overs Omschrijving Ruimte tonen Hiermee wordt de resterende ruimte weergegeven. Item Omschrijving 17 Handmatig U kunt het geïntegreerde USB-geheugen overschrijven om alle gegevens in het geheugen te wissen. Emulatie-instellingen Item 16 USB-instellingen Optie Afdrukken vanaf Naar USB scan. Bestandsbeheer Omschrijving Hiermee kan de bestandenlijst vanuit Bestandsnavigatie worden bekeken.
Systeeminstallatie 18 3. Menu´s met nuttige instellingen 80 19 E-mailinst. Optie Adresboekinstellingen Omschrijving SMTP-server Met deze functie wordt de SMTPserverconfiguratie ingesteld. Naar zichzelf Hiermee wordt ingesteld dat de e-mail naar uzelf wordt verzonden, zodat u de e-mail kunt opslaan of als herinnering kunt gebruiken. Standaardontvanger Optie Omschrijving Telefoonlijst Hiermee kunt u de telefoonlijst weergeven, afdrukken of verwijderen en kunt u er items aan toevoegen.
Systeeminstallatie Instell. Documentvak 3. Menu´s met nuttige instellingen Optie Optie Omschrijving Toev. vanaf scan Hiermee stelt u de standaardopties in voor het opslaan van een document in een vak. Taak vanuit vak Hiermee stelt u de standaardopties in voor het afdrukken van een document vanuit een vak. Optie Omschrijving Selecteer het passende protocol en de configuratieparameters voor gebruik in de netwerkomgeving. TCP/IP (IPv4) TCP/IP (IPv6) Er moeten heel wat parameters ingesteld worden.
Beheerinstellingen Item Wacht bescherming Wachtw. wijzigen Omschrijving 3. Menu´s met nuttige instellingen Item 82 Omschrijving • Fixeereenheid reinigen: Reinigt de fixeereenheid door middel van het afdrukken van een vel. Het afgedrukte vel bevat tonerresten. Stelt het wachtwoord in voor toegang tot het menu Beheerinstellingen. Kies Aan om gebruik te maken van deze optie en om het wachtwoord in te voeren. • Toner Op wissen: Voorkomt dat het bericht Ws tr bijna op op het display wordt weergegeven.
Aangepaste instellingen Dit menu wordt alleen weergegeven wanneer de XOAtoepassing (eXtensible Open Architecture) is geïnstalleerd. Neem contact op met de beheerder om dit menu te gebruiken. 3.
4. Speciale functies In dit hoofdstuk worden de speciale functies voor kopiëren, scannen, faxen en afdrukken besproken.
Aanpassing aan luchtdruk of hoogte De afdrukkwaliteit wordt beïnvloed door de atmosferische druk, die wordt bepaald door de hoogte boven zeeniveau waar het apparaat staat. De volgende informatie zal u helpen bij de instelling van uw apparaat voor de beste afdrukkwaliteit. Ga na op welke hoogte u zich bevindt en stel de juiste luchtdruk in.
De lettertype-instelling wijzigen Het apparaat is standaard ingesteld op het lettertype dat in uw regio of land wordt gebruikt. Als u het lettertype wilt wijzigen of een het lettertype wilt instellen voor een speciale omgeving (bijvoorbeeld DOS), kunt u de lettertype-instelling wijzigen in het gedeelte Emulatie van het hulpprogramma Hulpprogramma Printerinstellingen. • Zie "Overzicht interface instellingen voor gevorderde gebruikers" op pagina 136 als u Windows gebruikt.
E-mailadressen opslaan U kunt een adresboek met veelgebruikte e-mailadressen instellen via SyncThru™ Web Service en zo snel en gemakkelijk e-mailadressen invoeren door de plaatsnummers in te voeren die eraan zijn toegewezen in het adresboek. 1 Opslaan op uw computer 1 De SyncThru™ Web Service weergeven (zie "SyncThru™ Web Service gebruiken" op pagina 130). 2 Klik op Login in de rechterbovenhoek van de SyncThru™ Web Service-website.
E-mailadressen opslaan 2 Zoeken naar een adres Het geheugen alfabetisch doorzoeken 1 Selecteer (Scannen) > Adresboek > Zoeken & Verzenden > All op het bedieningspaneel. Of selecteer Instelling > Apparaatinst. > Volg. > Adresboek > E-mail > Lijst bekijken > Individueel of Groep op het aanraakscherm. 2 Blader omhoog of omlaag om het volledige geheugen te doorzoeken in numerieke volgorde en selecteer de gewenste naam en het gewenste adres.
Verschillende tekens invoeren U zult voor verschillende taken namen en nummers moeten invoeren. Bij de installatie van uw apparaat moet u bijvoorbeeld uw naam of de naam van uw bedrijf en het faxnummer invoeren. Wanneer u faxnummers of e-mailadressen in het geheugen opslaat, kunt u ook de bijbehorende namen invoeren. 3 Alfanumerieke tekens invoeren Druk een aantal keren op deze toets tot de gewenste letter op het display verschijnt.
Het adresboek instellen 4. Speciale functies 4 5 U kunt snelkiesnummers voor veelgebruikte faxnummers instellen via SyncThru™ Web Service en zo snel en gemakkelijk faxnummers invoeren door de positienummers in te voeren die aan de nummers zijn toegewezen in het adresboek. 5 90 Voer het faxnummer in dat u wilt opslaan en druk op OK. Druk op (Annuleren of Stoppen/Wissen) om terug te keren naar de gereedmodus.
Het adresboek instellen 7 4. Speciale functies 91 8 Snelkiesnummers bewerken 1 Selecteer (Faxen) > Adresboek > Nieuw & Bewerken > Snelkiesnummers op het bedieningspaneel. Een groepskiesnummer vastleggen 1 Of selecteer Instelling > Apparaatinst. > Volg. > Adresboek > Telefoonlijst > Lijst bekijken > Groep > Of selecteer Instelling > Apparaatinst. > Volg. > Adresboek > Telefoonlijst > Lijst bekijken > Individueel op het aanraakscherm.
Het adresboek instellen 6 Herhaal stap 3 om andere snelkiesnummers in de groep op te nemen. 7 Als u klaar bent, selecteert u Nee als Nog een nr? wordt weergegeven en drukt u op OK. 8 Druk op (Annuleren of Stoppen/Wissen) om terug te keren naar de gereedmodus. 4. Speciale functies 92 9 Groepsnummers bewerken 1 Selecteer (Faxen) > Adresboek > Nieuw en bewerken > Groepsnummers op het bedieningspaneel. Of selecteer Instelling > Apparaatinst. > Volg.
Gemachtigde gebruikers registreren Als uw apparaat aangesloten is op een netwerk en de netwerkparameters juist zijn ingesteld, kunt u via het netwerk afbeeldingen scannen en versturen. Om een ingescande afbeelding op een veilige manier via e-mail of de netwerkserver te verzenden, moet u de accountgegevens van gemachtigde gebruikers met behulp van SyncThru™ Web Service op uw lokale computer of op de netwerkserver registreren.
Afdrukfuncties 10 4. Speciale functies 94 11 De standaardafdrukinstellingen wijzigen 1 2 3 4 Klik op het menu Start van Windows. Selecteer Configuratiescherm > Apparaten en printers. Klik met de rechtermuisknop op uw apparaat. Open Voorkeursinstellingen voor afdrukken. Als bij Voorkeursinstellingen voor afdrukken het symbool ► staat, kunt u andere printerstuurprogramma’s voor de geselecteerde printer selecteren. 5 6 Wijzig de instellingen op elk tabblad. Klik op OK.
Afdrukfuncties 4. Speciale functies 95 12 Geavanceerde afdrukfuncties gebruiken Afdrukken naar een bestand (PRN) Het kan soms handig zijn om de af te drukken gegevens op te slaan als een bestand. 1 Kruis het selectievak Afdrukken naar bestand in het venster Afdruk aan. 2 3 Klik op Afdruk. Voer het doelpad en de bestandsnaam in en klik vervolgens op OK. Bijvoorbeeld c:\Temp\bestandsnaam.
Afdrukfuncties 4. Speciale functies 96 Speciale afdrukfuncties verklaard U kunt geavanceerde afdrukfuncties gebruiken voor uw printer. Om de printerfuncties van uw printerstuurprogramma te gebruiken, klikt u op Eigenschappen of Voorkeuren in het venster Afdrukken van de toepassing om de afdrukinstellingen te wijzigen. De apparaatnaam die in het printereigenschappenvenster wordt weergegeven is afhankelijk van het gebruikte apparaat.
Afdrukfuncties Item 4. Speciale functies 97 Omschrijving Met deze functie kunt u een document op beide zijden van het papier afdrukken en worden de pagina’s zo gerangschikt dat u het afgedrukte papier dubbel kunt vouwen om een boekje te maken. Boekje afdrukken 8 9 Als u een boekje wilt maken, moet u afdrukken op afdrukmateriaal van het formaat Letter, Legal, A4, US Folio of Oficio. De optie Boekje afdrukken is niet beschikbaar voor alle papierformaten.
Afdrukfuncties Item 4. Speciale functies 98 Omschrijving • Standaardinstelling printer: Als u deze optie selecteert, wordt deze functie bepaald door de instelling die u hebt opgegeven op het bedieningspaneel van de printer. Deze optie is alleen beschikbaar bij gebruik van het PCL/XPS-printerstuurprogramma. • Geen: Hiermee schakelt u deze functie uit. • Lange zijde: Deze optie is de conventionele lay-out die bij boekbinden wordt gebruikt.
Afdrukfuncties Item Watermerk (Een watermerk maken) Watermerk (Een watermerk bewerken) Watermerk (Een watermerk verwijderen) 4. Speciale functies 99 Omschrijving a Als u de afdrukinstellingen vanuit de softwaretoepassing wilt wijzigen, opent u Voorkeursinstellingen voor afdrukken. b Klik op het tabblad Geavanceerd en selecteer Bewerken in de vervolgkeuzelijst Watermerk. Het venster Watermerken bewerken wordt geopend. c Voer een tekst in het vak Tekst watermerk in. U kunt maximaal 256 tekens invoeren.
Afdrukfuncties Item 4. Speciale functies 100 Omschrijving Deze optie is alleen beschikbaar bij gebruik van het PCL-stuurprogramma. Overlay Een overlay is tekst en/of een afbeelding die op de harde schijf van de computer is opgeslagen in een speciale bestandsindeling en die in een willekeurig document kan worden afgedrukt. Overlays worden vaak gebruikt in plaats van voorgedrukte formulieren en papier met een briefhoofd.
Afdrukfuncties Item Overlay (Een paginaoverlay gebruiken) Overlay (Een paginaoverlay verwijderen) 4. Speciale functies 101 Omschrijving a Klik op het tabblad Geavanceerd. b Selecteer de gewenste overlay in de vervolgkeuzelijst Tekst. c Als het overlaybestand dat u zoekt niet in de vervolgkeuzelijst Tekst voorkomt, selecteert u Bewerken... in de lijst en klikt u op Laden. Selecteer het overlaybestand dat u wilt gebruiken.
Afdrukfuncties Item 4. Speciale functies 102 Omschrijving • Deze functie is alleen beschikbaar als u het optionele geheugen of de harde schijf hebt geïnstalleerd of de Ramschijf hebt ingesteld. • Afhankelijk van de opties of het model zullen sommige menu’s mogelijk niet op het display verschijnen. Als dit het geval is, zijn deze opties niet van toepassing op uw apparaat.
Afdrukfuncties Item 4. Speciale functies 103 Omschrijving Hiermee worden afdrukgegevens eerst gecodeerd en vervolgens verzonden naar het apparaat. Met deze functie blijven de afdrukgegevens beveiligd, zelfs als de gegevens worden onderschept op een netwerk. Taakcodering De functie Taakcodering is alleen beschikbaar als een harde schijf is geïnstalleerd in de printer. De harde schijf wordt gebruikt om de afdrukgegevens te decoderen.
Afdrukfuncties 4. Speciale functies • Het programma Hulpprogramma Direct afdrukken ondersteunt PDF versie 1,7 en lager. Bestanden van latere versies moet u openen om te kunnen afdrukken. 13 Gebruiken van Hulpprogramma Direct afdrukken (alleen voor Windows) Wat is Hulpprogramma Direct afdrukken? Hulpprogramma Direct afdrukken is een programma dat PDFbestanden rechtstreeks naar uw printer stuurt om ze af te drukken zonder dat u deze bestanden hoeft te openen.
Afdrukfuncties Via het contextmenu 1 Klik met de rechtermuisknop op het PDF-bestand dat u wilt afdrukken en kies Direct afdrukken. Het venster Hulpprogramma Direct afdrukken wordt geopend. Het PDF-bestand is hierin al toegevoegd. 2 3 4 Kies het te gebruiken apparaat. De apparaatinstellingen aanpassen. Klik op Afdruk. Het geselecteerde PDF-bestand wordt naar de printer verzonden. 4.
Afdrukfuncties 4. Speciale functies 106 Printerinstellingen wijzigen Dubbelzijdig afdrukken U kunt geavanceerde afdrukfuncties gebruiken voor uw printer. Voordat u dubbelzijdig afdrukt, moet u aangeven langs welke rand u de pagina’s wilt inbinden. De bindopties zijn: Open een toepassing en selecteer Druk af in het menu Bestand => Archief (10.4). De printernaam die in het printereigenschappenvenster wordt weergegeven is afhankelijk van de gebruikte printer.
Afdrukfuncties Help gebruiken Klik op het vraagteken in de linkeronderhoek van het venster en klik op het onderwerp waarover u meer wilt weten. Er verschijnt een pop-upvenster met informatie over de functie van die optie waarover het stuurprogramma beschikt. 4. Speciale functies 107 1 2 3 Open een toepassing en selecteer Print in het menu File. 4 Wijzig de eigenschappen van de afdruktaak met behulp van de volgende vier tabbladen die bovenaan in het venster worden weergegeven.
Afdrukfuncties 6 Klik op OK in het venster LPR GUI om met afdrukken te beginnen. 7 Het venster Printing verschijnt. Hierin kunt u de status van de afdruktaak controleren. Klik op Cancel als u de huidige afdruktaak wilt annuleren. Bestanden afdrukken U kunt een groot aantal bestandstypen afdrukken op dit apparaat door de standaard-CUPS-methode direct vanaf de opdrachtregel toe te passen.
Afdrukfuncties • • • 4 Driver: Hiermee kunt u een ander printerstuurprogramma bekijken of selecteren. Klik op Options als u de standaardopties van het apparaat wilt instellen. Jobs: de lijst met afdruktaken weergeven. Klik op Cancel job om de geselecteerde taak te annuleren. Schakel het selectievakje Show completed jobs in om een lijst met vorige afdruktaken weer te geven. Classes: Hier ziet u de klasse waartoe uw apparaat behoort.
Afdrukfuncties Printerinstellingen wijzigen Het UNIX-printerstuurprogramma Print Job Manager waarin de gebruiker verschillende afdrukopties kan selecteren in printer Properties. 4. Speciale functies 110 ► Het tabblad Text Stel de tekenafstand, regelafstand of de kolommen op de afdruk in. ► Het tabblad HPGL/2 De volgende sneltoetsen kunnen worden gebruikt: "H" voor Help, "O" voor OK, "A" voor Apply en "C" voor Cancel.
Faxfuncties 17 4. Speciale functies 111 19 Automatisch opnieuw kiezen Als de lijn van het gekozen nummer bezet is of als het faxapparaat van de ontvanger niet antwoordt, wordt het nummer automatisch opnieuw gekozen. De tijd voor een nieuwe kiespoging is afhankelijk van de standaardinstellingen voor uw land. U kunt ook de wachttijd tussen twee kiespogingen en het aantal kiespogingen wijzigen. Wanneer Opnieuw kiez.? op het display verschijnt, drukt u op OK om het nummer onmiddellijk opnieuw te kiezen.
Faxfuncties 21 4. Speciale functies 112 22 Faxen ontvangen via een intern telefoontoestel Als u een intern telefoontoestel gebruikt dat is aangesloten op de EXT-aansluiting, kunt u een fax ontvangen van iemand met wie u in gesprek bent op het interne telefoontoestel zonder dat u naar het faxapparaat hoeft te gaan. Wanneer u een oproep ontvangt op een intern telefoontoestel en u hoort faxtonen, drukt u op de toetsen *9* op het intern telefoontoestel. Het apparaat ontvangt de fax.
Faxfuncties 4 Druk op OK wanneer DRPD verschijnt en begin opnieuw vanaf stap 2. • Als u uw faxnummer wijzigt of als u het apparaat aansluit op een andere telefoonlijn, moet u DRPD opnieuw instellen. • Nadat u DRPD hebt ingesteld, belt u opnieuw naar uw faxnummer om te controleren of het apparaat antwoordt met een faxtoon.
Scanfuncties 4. Speciale functies 114 24 Scannen vanaf een apparaat dat is aangesloten op een netwerk U moet het printerstuurprogramma op uw computer installeren vanaf de software-cd omdat het scanprogramma onderdeel is van het printerstuurprogramma (zie basishandleiding). 1 2 Plaats originelen in de ADI met de bedrukte zijde naar boven of plaats een enkel document met de bedrukte zijde naar onder op de glasplaat van de scanner.
Scanfuncties 25 Scannen naar e-mail Een e-mailaccount maken 4. Speciale functies 115 Scannen en per e-mail verzenden 1 Plaats originelen in de ADI met de bedrukte zijde naar boven of plaats een enkel document met de bedrukte zijde naar onder op de glasplaat van de scanner. 2 Selecteer (Scannen) > Naar email sc. op het bedieningspaneel. 1 De SyncThru™ Web Service weergeven (zie "SyncThru™ Web Service gebruiken" op pagina 130).
Scanfuncties 4. Speciale functies 116 26 Scannen naar een FTP-/SMB-server • De map waarin de gescande afbeelding wordt opgeslagen, moet zich in de root van de server bevinden. Een FTP-/SMB-server instellen 1 De SyncThru™ Web Service weergeven (zie "SyncThru™ Web Service gebruiken" op pagina 130). 2 3 4 Selecteer Address Book > Individual > Add. 5 Voer het poortnummer van de server in, een getal tussen 1 en 65535. Schakel het selectievakje naast Add FTP of Add SMB in.
Scanfuncties 27 4. Speciale functies 117 28 Scannen vanuit een programma voor het bewerken van afbeeldingen U kunt documenten ook scannen en importeren via software voor het bewerken van afbeeldingen, zoals Adobe Photoshop, als de software TWAIN-compatibel is. Volg de onderstaande stappen om te scannen met TWAIN-compatibele software. 1 Controleer of de printer op uw computer is aangesloten en ingeschakeld is.
Scanfuncties 4 Klik met de rechtermuisknop op het pictogram van het apparaatstuurprogramma in Printers en faxapparaten en kies Zoeken starten. 5 6 De toepassing Nieuwe scan wordt gestart. 7 4. Speciale functies 118 29 Scannen met Samsung Scanassistent 1 Controleer of de printer op uw computer is aangesloten en ingeschakeld is. Geef uw scanvoorkeuren op en klik op Voorbeeld om te zien welke invloed uw voorkeuren op de afbeelding hebben.
Scanfuncties 30 Scannen met SmarThru 4 1 2 3 4 Controleer of de printer op uw computer is aangesloten en ingeschakeld is. Plaats originelen in de ADI met de bedrukte zijde naar boven of plaats een enkel document met de bedrukte zijde naar onder op de glasplaat van de scanner. Dubbelklik op het pictogram SmarThru 4. SmarThru wordt weergegeven. • Scan to: u kunt een afbeelding scannen en opslaan in een toepassing of map, e-mailen of publiceren op een website.
Scanfuncties 31 Scannen met SmarThru Office • Om SmarThru Office te gebruiken, moet u het programma handmatig installeren van de meegeleverde CD. Selecteer Geavanceerde installatie > Aangepaste installatie en selecteer SmarThru Office om te installeren. • U kunt de functie OCR (Optical Character Recognition, optische tekenherkenning) van het programma SmarThru Office gebruiken. 1 Controleer of de printer op uw computer is aangesloten en ingeschakeld is.
Scanfuncties 4. Speciale functies 121 32 Scannen in Macintosh Als u niet kunt scannen met Fotolader moet u Mac OS opwaarderen tot de laatste versie. Fotolader werkt naar behoren in Mac OS X 10.3.9 of hoger en in Mac OS X 10.4.7 of hoger. Scannen via een apparaat dat is aangesloten via USB 1 Controleer of de printer op uw computer is aangesloten en ingeschakeld is.
Scanfuncties - - Klik op de menubalk op Apparaten > Blader door apparaten…. Selecteer uw apparaat bij de optie TWAINapparaten. Zorg ervoor dat het selectievakje Gebruik TWAIN-software is ingeschakeld. Klik op Verbind. Als er een waarschuwingsbericht wordt weergegeven, klikt u op Poort wijzigen om een poort te selecteren. Als de TWAIN-interface wordt weergegeven, klikt u op Poort wijzigen op het tabblad Voorkeuren om een nieuwe poort te selecteren. • 5 6 Voor 10.6 selecteert u uw apparaat bij GEDEELD.
Scanfuncties 5 6 7 8 Klik op Properties. Plaats originelen in de ADI met de bedrukte zijde naar boven of plaats een enkel document met de bedrukte zijde naar onder op de glasplaat van de scanner. Klik in het venster Scanner Properties op Preview. Het document wordt gescand en er verschijnt een voorbeeld van de afbeelding in het Preview Pane. 4. Speciale functies 123 10 Selecteer de gewenste optie. 11 Scan uw afbeelding en sla deze op.
Functies voor gedeelde map gebruiken Met deze functie kan het geheugen van het apparaat als een gedeelde map worden gebruikt. Het voordeel van deze functie is dat u gemakkelijk gebruik kunt maken van de gedeelde map via het scherm van uw computer. • U kunt deze functie gebruiken bij de modellen die over een opslagapparaat beschikken. • De beheerder kan de id en het wachtwoord instellen om de toegang van de gebruiker te beperken.
Gebruik van geheugen-/harde schijffuncties 4. Speciale functies 125 37 Afhankelijk van de opties of het model zullen sommige menu’s mogelijk niet op het display verschijnen. Als dit het geval is, zijn deze opties niet van toepassing op uw apparaat.
5. Onderhoud Dit hoofdstuk introduceert beheerprogramma’s waarmee u de mogelijkheden van uw apparaat maximaal kunt benutten. Er wordt ook informatie gegeven over het onderhoud van de tonercassette.
De tonercassette bewaren 5. Onderhoud Tonercassettes bevatten componenten die gevoelig zijn voor licht, temperatuur en vochtigheid. Samsung raadt u aan deze aanbevelingen te volgen met het oog op optimale prestaties, de hoogste kwaliteit en de langste gebruiksduur van uw nieuwe Samsung-tonercassette. Bewaar deze cassette op de plaats waar de printer wordt gebruikt; idealiter in een omgeving met gecontroleerde temperatuur en vochtigheid.
De tonercassette bewaren 2 Gebruik tonercassette Samsung Electronics raadt het gebruik van tonercassettes van andere merken dan Samsung af, met inbegrip van generische, hervulde of gerecycleerde tonercassettes of tonercassettes van witte producten. De printergarantie van Samsung dekt geen schade aan het apparaat die ontstaan is door het gebruik van een bijgevulde cassette, gerecyclede cassette of een tonercassette van een ander merk dan Samsung.
Tips voor het verplaatsen en opbergen van uw apparaat • U mag het apparaat bij het verplaatsen niet ondersteboven of op zijn kant houden. Er kan hierbij toner vrijkomen in het apparaat waardoor er schade aan het apparaat kan ontstaan of de afdrukkwaliteit kan verslechteren. • Als u het apparaat verplaatst, moet u ervoor zorgen dat ten minste twee mensen het apparaat goed vasthouden. 5.
Nuttige beheerprogramma´s 4 Samsung AnyWeb Print Met dit hulpprogramma kunt u van schermen in Windows Internet Explorer een schermopname of afdrukvoorbeeld maken en afdrukken, op een veel eenvoudigere manier dan in het gebruikelijke programma. Klik op Start > Alle programma’s > Samsung Printers > Samsung AnyWeb Print > Download the latest version om naar de website te gaan waar u het hulpprogramma kunt downloaden. 5.
Nuttige beheerprogramma´s SyncThru™ Web Service overzicht 5. Onderhoud 131 ► Het tabblad Settings Op dit tabblad kunt u de configuratie van uw apparaat en netwerk instellen. U moet zich aanmelden als beheerder om dit tabblad weer te geven. Afhankelijk van uw model zullen sommige menu’s mogelijk niet verschijnen. • Het tabblad Machine Settings: Stelt de door uw machine geleverde opties in. • Het tabblad Network Settings: Toont opties voor de netwerkomgeving.
Nuttige beheerprogramma´s ► Het tabblad Maintenance Op dit tabblad kunt u uw apparaat onderhouden door de firmware te upgraden en contactgegevens voor het versturen van e-mails in te stellen. U kunt ook verbinding maken met de website van Samsung of stuurprogramma's downloaden door het menu Link te selecteren. • Firmware Upgrade: Bijwerken van de firmware van uw apparaat. • Contact Information: Contactgegevens tonen.
Nuttige beheerprogramma´s 4 5 Schakel het selectievakje voor Enable in om E-mail Notification te gebruiken. Klik op de knop Add om een gebruiker van e-mailmelding in te stellen. Stel de naam van de ontvanger in en het (de) emailadres(sen) met meldingsitems waarvoor u een waarschuwing wilt ontvangen. 6 5. Onderhoud Informatie over de systeembeheerder instellen Deze instelling is nodig om gebruik te kunnen maken van de optie e-mailmelding. 1 Open een webbrowser in Windows, zoals Internet Explorer.
Nuttige beheerprogramma´s 6 Samsung Easy Printer Manager gebruiken (alleen voor Windows) 5. Onderhoud De Samsung Easy Printer Manager-interface bestaat uit verschillende kaders die in de onderstaande tabel worden beschreven: Samsung Easy Printer Manager is een Windows-programma waarbinnen alle printerinstellingen van Samsung op een enkele plaats samengebracht zijn. Samsung Easy Printer Manager combineert printerinstellingen met omgevingsfactoren, instellingen/taakopties en startopties.
Nuttige beheerprogramma´s Printerinformatie Toepassingsinformatie 3 In dit kader staat algemene informatie over uw apparaat. U kunt deze informatie controleren, zoals de naam van het printermodel, het IPadres (of poortnummer) en de printerstatus. Knop Problemen oplossen: Deze knop verandert in Probleemoplossingsgids als er een fout optreedt. U kunt direct naar het desbetreffende deel in de gebruikershandleiding gaan. 2 5.
Nuttige beheerprogramma´s Overzicht interface instellingen voor gevorderde gebruikers De interface voor gevorderde gebruikers is bedoeld voor de beheerder van het netwerk en de printers. ► Apparaatinstellingen Klik op Apparaatinstellingen > Koppelen aan programma om verschillende apparaatinstellingen te configureren. ► Instellingen voor scannen naar pc Dit menu bevat instellingen waarmee u profielen voor scannen naar pc kunt maken of verwijderen. 5.
Nuttige beheerprogramma´s ► Taakaccountbeheer Levert een overzicht van informatie over de verdeling van afdruktaken per specifieke gebruiker. Deze verdeling kan aangemaakt en toegepast worden op op apparaten via taakaccountancysoftware zoals SyncThru™ of de CounThru™ administratiesoftware. 5.
Nuttige beheerprogramma´s 5. Onderhoud 138 7 Gebruiken van Samsung-printerstatus (alleen voor Windows) Samsung-printerstatus is een programma dat de status van de printer controleert en u daarvan op de hoogte houdt. • Het venster Samsung-printerstatus en de inhoud die in deze gebruikershandleiding worden getoond, kunnen verschillen afhankelijk van de gebruikte printer of het gebruikte besturingssysteem. • Controleer welke besturingssystemen compatibel zijn met uw apparaat (zie basishandleiding).
Nuttige beheerprogramma´s 5. Onderhoud 139 8 Gebruiken van Smart Panel (alleen voor Macintosh en Linux) Tonerniveau 1 Hier wordt het resterende tonerniveau in de cassette(s) weergegeven. Het apparaat en het aantal tonercassette(s) in het bovenstaande venster kunnen verschillen afhankelijk van de gebruikte printer. Niet alle apparaten beschikken over deze functie. 2 Waarschuw.inst Selecteer de gewenste instellingen in het elling venster Opties. 3 Benod.
Nuttige beheerprogramma´s 5. Onderhoud Overzicht Smart Panel Als er een fout optreedt tijdens het gebruik, kunt u de fout controleren in Smart Panel. U kunt Smart Panel ook handmatig starten. Voor Mac OS 10.5 klikt u op Afdrukken en faxen in Systeemvoorkeuren > Open afdrukwachtrij... van een printer > Hulpprogramma. Macintosh Linux Voor Mac OS 10.6 klikt u op Afdrukken en faxen in Systeemvoorkeuren > Open afdrukwachtrij... van een printer > Printerinstelling > Hulpprogramma > Open Printerhulpprogramma.
Nuttige beheerprogramma´s Wijzigen van de instellingen van Smart Panel Klik in Linux met de reechtermuisknop op het pictogram Smart Panel en selecteer Opties. Selecteer de gewenste instellingen in het venster Opties. 5. Onderhoud Unified Driver Configurator openen 1 Dubbelklik op Unified Driver Configurator op het bureaublad. U kunt ook op pictogram van het menu Startup klikken en Samsung Unified Driver > Unified Driver Configurator selecteren.
Nuttige beheerprogramma´s 5. Onderhoud Printers configuration Printers configuration bevat twee tabbladen: Printers en Classes. ► Het tabblad Printers Klik op het pictogram van het apparaat links in het venster Unified Driver Configurator om de printerconfiguratie van het huidige systeem weer te geven. 142 1 Schakelt naar Printers configuration. 2 Hier worden alle geïnstalleerde apparaten weergegeven. 3 Hiermee worden de status, modelnaam en URI van uw apparaat weergegeven.
Nuttige beheerprogramma´s ► Het tabblad Classes Op het tabblad Classes wordt een lijst met beschikbare apparaatklassen weergegeven. 1 Hiermee geeft u alle apparaatklassen weer. 2 Hiermee geeft u de status van de klasse en het aantal apparaten in de klasse aan. • Refresh: vernieuwt de lijst met klassen. • Add Class: hiermee kunt u een nieuwe apparaatklasse toevoegen. • Remove Class: hiermee verwijdert u de geselecteerde apparaatklasse. 5.
6. Problemen oplossen In dit hoofdstuk vindt u nuttige informatie over wat u moet doen als er een probleem optreedt.
Problemen met papierinvoer Toestand 6. Problemen oplossen 145 Voorgestelde oplossing Het papier loopt vast tijdens het afdrukken. Verwijder het vastgelopen papier. Papier kleeft aan elkaar. • Controleer de maximale papiercapaciteit van de lade. • Zorg dat u een geschikte papiersoort gebruikt. • Haal het papier uit de lade en buig het of waaier het uit. • In vochtige omstandigheden kunnen bepaalde papiersoorten aan elkaar blijven kleven. Invoerprobleem met een aantal vellen tegelijk.
Problemen met de voeding en het netsnoer 6. Problemen oplossen 146 Klik op deze koppeling om een animatie te bekijken over het oplossen van problemen met de netvoeding. Toestand Het apparaat krijgt geen stroom, of de verbindingskabel tussen de computer en het apparaat is niet goed aangesloten. Voorgestelde oplossing • Sluit het apparaat eerst op de netvoeding aan. Als het apparaat een knop bedieningspaneel heeft, drukt u hierop. • Maak de kabel van het apparaat los en sluit deze opnieuw aan.
Afdrukproblemen Toestand 6. Problemen oplossen Mogelijke oorzaak Het apparaat drukt Het apparaat krijgt geen stroom. niet af. 147 Voorgestelde oplossing Sluit het apparaat eerst op de netvoeding aan. Als het apparaat een knop (Aan/uit) op het bedieningspaneel heeft, drukt u hierop. Het apparaat is niet als standaardprinter Selecteer uw printer als standaardprinter in Windows. geselecteerd. Controleer het volgende: • De klep aan de voorzijde is niet gesloten. Sluit de voorklep.
Afdrukproblemen Toestand Mogelijke oorzaak Het apparaat drukt Mogelijk is het printerstuurprogramma niet af. niet goed geïnstalleerd. Het apparaat werkt niet goed. 6. Problemen oplossen 148 Voorgestelde oplossing Deïnstalleer het stuurprogramma van uw printer en installeer het programma opnieuw. Kijk of het display van het bedieningspaneel een systeemfout aangeeft. Neem contact op met een medewerker van de klantenservice.
Afdrukproblemen Toestand Mogelijke oorzaak Het apparaat drukt De kabel van het apparaat zit los of is defect. wel af, maar de tekst is niet correct, vervormd of niet volledig. 6. Problemen oplossen 149 Voorgestelde oplossing Maak de kabel van het apparaat los en sluit hem opnieuw aan. Druk een document af dat u eerder wel correct hebt kunnen afdrukken. Sluit de kabel en het apparaat indien mogelijk aan op een andere computer en druk een document af dat u eerder wel correct hebt kunnen afdrukken.
Afdrukproblemen Toestand Mogelijke oorzaak 6. Problemen oplossen 150 Voorgestelde oplossing Het apparaat drukt Incompatibiliteit tussen het PDF-bestand Het bestand kan worden afgedrukt door het PDF-bestand af te drukken en de Acrobat-producten. als een afbeelding. Schakel Afdrukken als afbeelding uit de het PDF-bestand niet juist af. afdrukopties van Acrobat in. Sommige delen van afbeeldingen, Een PDF-bestand als afbeelding afdrukken neemt meer tijd tekst of illustraties in beslag. ontbreken.
Problemen met de afdrukkwaliteit 6. Problemen oplossen 151 Vuil aan de binnenkant van het apparaat of verkeerd geplaatst papier kan leiden tot een verminderde afdrukkwaliteit. Raadpleeg de onderstaande tabel om het probleem te verhelpen. Toestand Lichte of vage afdrukken Voorgestelde oplossing • Als u een verticale witte strook of vaag gedeelte op de afdruk ziet, is de toner bijna op. Plaats een nieuwe tonercassette. • Mogelijk voldoet het papier niet aan de papierspecificaties.
Problemen met de afdrukkwaliteit Toestand Tonervlekken A aB bC c A aB bC c A aB bC c A aB bC c A aB bC c Onregelmatigheden A aBb C A aBb C A aBb C A aBb C A aBb C 6. Problemen oplossen 152 Voorgestelde oplossing • Mogelijk voldoet het papier niet aan de specificaties. Het papier kan bijvoorbeeld te vochtig of te ruw zijn. • Mogelijk is de transportrol vuil. Reinig de binnenkant van het apparaat. • Het papierpad is mogelijk aan een reinigingsbeurt toe.
Problemen met de afdrukkwaliteit Toestand Verticale strepen 6. Problemen oplossen 153 Voorgestelde oplossing Als de pagina zwarte, verticale strepen vertoont: • Er zitten mogelijk krassen op het oppervlak (drumgedeelte) van de tonercassette in het apparaat. Verwijder de tonercassette en plaats een nieuwe. Als de pagina witte verticale strepen vertoont: • Het oppervlak van het LSU-gedeelte in het apparaat kan vuil zijn. Reinig de binnenkant van het apparaat.
Problemen met de afdrukkwaliteit Toestand 6. Problemen oplossen 154 Voorgestelde oplossing Verticaal terugkeren- Als de bedrukte zijde van de pagina met gelijke intervallen afwijkingen vertoont: de afwijkingen • De tonercassette is mogelijk beschadigd. Als u nog steeds dezelfde problemen ondervindt, verwijdert u de tonercassette en plaatst u een nieuwe. • Er zit mogelijk toner op sommige onderdelen van het apparaat.
Problemen met de afdrukkwaliteit Toestand 6. Problemen oplossen 155 Voorgestelde oplossing Er blijven tonerdeel- De toner hecht mogelijk niet aan dit papiertype. tjes hangen rond vet- • Wijzig de instelling van de printer en probeer het opnieuw. Ga naar Voorkeursinstellingen voor afdrukken, gedrukte tekens of klik op het tabblad Papier en stel het papiertype in op Kringlooppapier. donkere foto’s • Controleer of u het juiste papiertype hebt geselecteerd.
Problemen met de afdrukkwaliteit Toestand Gekruld of gegolfd 6. Problemen oplossen Voorgestelde oplossing • Plaats het papier op de juiste manier in de lade. • Controleer de papiersoort en de kwaliteit van het papier. Papier kan krullen als de temperatuur of de vochtigheid te hoog is. • Draai de stapel papier in de lade om. Probeer ook eens om het papier 180° te draaien in de lade. Vouwen of kreuken • Plaats het papier op de juiste manier in de lade.
Problemen met de afdrukkwaliteit Toestand 6. Problemen oplossen 157 Voorgestelde oplossing Volledig gekleurde of • Mogelijk is de tonercassette niet goed geplaatst. Verwijder de cassette en plaats deze opnieuw. zwarte pagina’s • Mogelijk is de tonercassette defect. Verwijder de tonercassette en plaats een nieuwe. A Losse toner • Het apparaat moet mogelijk worden gerepareerd. Neem contact op met een medewerker van de klantenservice. • Reinig de binnenkant van het apparaat.
Problemen met de afdrukkwaliteit Toestand Horizontale strepen 6. Problemen oplossen 158 Voorgestelde oplossing Controleer bij horizontale zwarte strepen of vegen het volgende: • De tonercassette is mogelijk verkeerd geplaatst. Verwijder de cassette en plaats deze opnieuw. • Mogelijk is de tonercassette defect. Verwijder de tonercassette en plaats een nieuwe. Lost dit het probleem niet op, dan moet het apparaat waarschijnlijk worden hersteld. Neem contact op met een medewerker van de klantenservice.
Problemen met kopiëren Toestand 6. Problemen oplossen 159 Voorgestelde oplossing Kopieën zijn te licht of te donker. Pas Tonersterkte in Kopieerfunctie aan om de achtergrond van kopieën lichter of donkerder te maken. Er verschijnen vegen, strepen, vlekken of stippen op kopieën. • Gebruik Tonersterkte in Kopieerfunctie om de achtergrond van uw kopieën lichter te maken als de onregelmatigheden zich op het origineel bevinden.
Problemen met scannen Toestand De scanner doet het niet. 6. Problemen oplossen 160 Voorgestelde oplossing • Zorg ervoor dat u het te scannen origineel op de glasplaat plaatst met de bedrukte zijde naar onder en in de automatische documentinvoer met de bedrukte zijde naar boven. • Er is mogelijk niet voldoende geheugen beschikbaar voor het document dat u wilt scannen. Ga na of de prescanfunctie werkt. Probeer een lagere scanresolutie.
Problemen met scannen 6. Problemen oplossen 161 Toestand Voorgestelde oplossing Het volgende bericht verschijnt op het computerscherm: • Er wordt mogelijk een kopieer- of afdruktaak uitgevoerd. Probeer uw taak opnieuw uit te voeren nadat de voorgaande taak is voltooid. • Apparaat kan niet in de gewenste H/W- • De geselecteerde poort is momenteel in gebruik. Start uw computer opnieuw op en probeer het opnieuw. modus staan.
Problemen met faxen Toestand 6. Problemen oplossen 162 Voorgestelde oplossing Het apparaat werkt niet, het dis- • Trek de stekker van het netsnoer uit het stopcontact en steek deze er weer in. play blijft leeg of de toetsen rea- • Controleer of er stroom staat op het stopcontact. geren niet. • Controleer of de aan/uit-schakelaar is ingeschakeld en of de aan/uit-knop is ingedrukt. Geen kiestoon. • Controleer of het telefoonsnoer op de juiste wijze is aangesloten.
Problemen met faxen Toestand Een ontvangen faxbericht is gedeeltelijk blanco of is van slechte kwaliteit. 6. Problemen oplossen 163 Voorgestelde oplossing • Er is mogelijk een probleem met het faxapparaat van de verzender. • Een slechte telefoonlijn kan verbindingsproblemen veroorzaken. • Controleer het apparaat door een kopie te maken. • De tonercassette heeft de geschatte levensduur bijna bereikt. Vervang de tonercassette. Sommige woorden van een ontvangen faxbericht zijn uitgerekt.
Problemen met het besturingssysteem 6. Problemen oplossen 164 1 Algemene Windows-problemen Toestand Tijdens de installatie verschijnt het bericht "Bestand in gebruik". Voorgestelde oplossing Sluit alle softwaretoepassingen af. Verwijder alle software uit de opstartgroep en start vervolgens Windows weer op. Installeer het printerstuurprogramma opnieuw. Het bericht "Algemene Sluit alle andere toepassingen af, start Windows opnieuw op en probeer opnieuw af te drukken.
Problemen met het besturingssysteem 6. Problemen oplossen 165 2 Algemene Macintosh-problemen Toestand Voorgestelde oplossing Het apparaat drukt het PDFHet bestand kan worden afgedrukt door het PDF-bestand af te drukken als een afbeelding. Schakel bestand niet juist af. Sommige Afdrukken als afbeelding uit de afdrukopties van Acrobat in. delen van afbeeldingen, tekst of illustraties ontbreken. Een PDF-bestand als afbeelding afdrukken neemt meer tijd in beslag.
Problemen met het besturingssysteem 6. Problemen oplossen 166 3 Algemene Linux-problemen Toestand Voorgestelde oplossing Het apparaat drukt niet af. • Controleer of het printerstuurprogramma is geïnstalleerd. Open Unified Driver Configurator en selecteer het tabblad Printers in Printers configuration om de lijst met beschikbare printers weer te geven. Controleer of uw apparaat in de lijst staat. Als dit niet zo is, opent u Add new printer wizard om uw apparaat in te stellen.
Problemen met het besturingssysteem 6. Problemen oplossen 167 Toestand Voorgestelde oplossing Het apparaat drukt geen volledige pagina’s af. Slechts de helft van de pagina wordt afgedrukt. Dit is een bekend probleem dat zich voordoet bij gebruik van een kleurenprinter met versie 8.51 of een oudere versie van Ghostscript, 64-bits Linux OS. Dit probleem is bij bugs.ghostscript.com gemeld als Ghostscript Bug 688252. Het probleem is opgelost in AFPL Ghostscript versie 8.52 en hoger.
Problemen met het besturingssysteem 6. Problemen oplossen 168 Toestand Voorgestelde oplossing Het apparaat komt niet voor in de scannerlijst. • Controleer of uw apparaat met uw computer is verbonden, op de juiste manier op de USB-poort is aangesloten en ingeschakeld is. • Controleer of het scannerstuurprogramma voor uw apparaat op uw computer is geïnstalleerd. Open het venster Unified Linux Driver Configurator, ga naar Scanners configuration en klik op Drivers.
Problemen met het besturingssysteem 6. Problemen oplossen 169 4 Veelvoorkomende PostScript-problemen De volgende problemen hebben specifiek betrekking op de PS-taal en kunnen optreden als er meerdere printertalen worden gebruikt. Probleem Het PostScript-bestand kan niet worden afgedrukt Mogelijke oorzaak Mogelijk is het PostScriptstuurprogramma niet correct geïnstalleerd. Oplossing • Installeer het PostScript-stuurprogramma (zie "Installatie van de software" op pagina 4).
Problemen met het besturingssysteem 6. Problemen oplossen 170 Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing Als u op een Macintoshcomputer een document afdrukt met Acrobat Reader 6.0 of hoger worden de kleuren niet op de juiste wijze afgedrukt Mogelijk komt de resolutie-instelling in het printerstuurprogramma niet overeen met de resolutie-instelling in Acrobat Reader. Controleer of de resolutie-instelling in uw printerstuurprogramma overeenkomt met de resolutie-instelling in Acrobat Reader.
Contact SAMSUNG worldwide If you have any comments or questions regarding Samsung products, contact the Samsung customer care center. Country/Region Customer Care Center ALBANIA 42 27 5755 ARGENTINE 0800-333-3733 171 Country/Region Customer Care Center Web Site CANADA 1-800-SAMSUNG (726-7864) www.samsung.com CHILE 800-SAMSUNG (726-7864) www.samsung.com 400-810-5858 www.samsung.com Web Site www.samsung.com CHINA ARMENIA 0-800-05-555 AUSTRALIA 1300 362 603 www.samsung.
Contact SAMSUNG worldwide Country/Region Customer Care Center Web Site EL SALVADOR 800-6225 www.samsung.com ESTONIA 800-7267 www.samsung.com FINLAND 030-6227 515 www.samsung.com FRANCE 01 48 63 00 00 www.samsung.com GERMANY 01805 - SAMSUNG (726-7864 € 0,14/min) www.samsung.com GEORGIA 8-800-555-555 www.samsung.com GREECE 8011-SAMSUNG (80111 7267864) from land line, local charge/ GUATEMALA 1-800-299-0013 www.samsung.com HONDURAS 800-7919267 www.samsung.
Contact SAMSUNG worldwide Country/Region Customer Care Center Web Site 173 Country/Region Customer Care Center MACEDONIA 023 207 777 MEXICO 01-800-SAMSUNG (726-7864) MOLDOVA 00-800-500-55-500 MONTENEGRO 020 405 888 MOROCCO 080 100 2255 www.samsung.com 02-5805777 NIGERIA 080-SAMSUNG (726-7864) www.samsung.com 0 801 1SAMSUNG (172678) www.samsung.com PHILIPPINES www.samsung.
Contact SAMSUNG worldwide Country/Region Customer Care Center Web Site 174 Country/Region Customer Care Center Web Site SERBIA 0700 SAMSUNG (0700 726 7864) www.samsung.com TRINIDAD & TOBAGO 1-800-SAMSUNG (726-7864) www.samsung.com SINGAPORE 1800-SAMSUNG (726-7864) www.samsung.com TURKEY 444 77 11 www.samsung.com U.A.E 800-SAMSUNG (726-7864) www.samsung.com U.K 0330 SAMSUNG (726-7864) www.samsung.com U.S.A 1-800-SAMSUNG (726-7864) www.samsung.com 0-800-502-000 www.samsung.
Verklarende woordenlijst 175 Toegangspunt De onderstaande woordenlijst helpt u vertrouwd te raken met het product en de terminologie die in deze gebruikershandleiding wordt gebruikt en verband houdt met afdrukken. Een toegangspunt of draadloos toegangspunt (AP of WAP) is een apparaat dat draadlozecommunicatieapparaten verbindt in een draadloos netwerk (WLAN) en dienst doet als een centrale zender en ontvanger van WLAN-radiosignalen. 802.11 ADF 802.
Verklarende woordenlijst 176 Bitdiepte CCD Een grafische computerterm die beschrijft hoeveel bits er nodig zijn om de kleur van één pixel in een bitmapafbeelding te vertegenwoordigen. Een hogere kleurdiepte geeft een breder scala van te onderscheiden kleuren. Naarmate het aantal bits toeneemt, wordt het aantal mogelijke kleuren te groot voor een kleurtabel. Een 1-bits kleur wordt doorgaans monochroom of zwart-wit genoemd. CCD (Charge Coupled Device) is hardware die de scantaak mogelijk maakt.
Verklarende woordenlijst 177 Dekkingsgraad Standaard Dit is de afdrukterm die wordt gebruikt om het tonergebruik bij het afdrukken te meten. Een dekkingsgraad van 5% betekent bijvoorbeeld dat een vel A4-papier 5% aan afbeeldingen of tekst bevat. Dus als het papier of origineel ingewikkelde afbeeldingen of veel tekst bevat, is de dekkingsgraad en daarmee het tonergebruik hoger.
Verklarende woordenlijst 178 DNS Duplex DNS (Domain Name Server) is een systeem dat domeinnaaminformatie opslaat in een gedistribueerde database op netwerken, zoals het internet. Een mechanisme dat een vel papier automatisch omkeert zodat het apparaat beide zijden van het vel kan bedrukken (of scannen). Een printer met een duplexeenheid kan afdrukken op beide zijden van een vel papier tijdens één printcyclus.
Verklarende woordenlijst 179 Emulatie EtherTalk Emulatie is een techniek waarbij met één apparaat dezelfde resultaten worden behaald als met een ander. Een protocolsuite die Apple Computer ontwikkelde voor computernetwerken. Deze suite was opgenomen in de oorspronkelijke Macintosh (1984) en wordt nu door Apple ingezet voor TCP/IP-netwerken. Een emulator kopieert de functies van één systeem naar een ander systeem, zodat het tweede systeem zich als het eerste gedraagt.
Verklarende woordenlijst 180 Fixeereenheid Halftoon Het onderdeel van een laserprinter dat de toner op het afdrukmateriaal fixeert. De eenheid bestaat uit een rol die het papier verwarmt en een rol die druk uitoefent. Nadat toner op het papier is aangebracht, maakt de fixeereenheid gebruik van hitte en druk om ervoor te zorgen dat de toner aan het papier hecht. Dat verklaart ook waarom het papier warm is als het uit een laserprinter komt.
Verklarende woordenlijst 181 Intranet IPP Een besloten netwerk dat gebruikmaakt van internetprotocollen, netwerkconnectiviteit en eventueel het openbaar telecommunicatiesysteem om werknemers op een veilige manier bedrijfsgegevens te laten uitwisselen of verrichtingen te laten uitvoeren. De term kan nu en dan ook enkel verwijzen naar de meest zichtbare dienst, de interne website.
Verklarende woordenlijst 182 ISO JBIG De Internationale organisatie voor standaardisatie (ISO) is een internationale organisatie die normen vastlegt en samengesteld is uit vertegenwoordigers van nationale standaardiseringsorganisaties. De ISO produceert wereldwijd industriële en commerciële normen.
Verklarende woordenlijst 183 MAC-adres MH Het MAC-adres (Media Access Control) is een uniek adres dat aan een netwerkadapter is gekoppeld. Het MAC-adres is een unieke naam van 48 bits die gewoonlijk wordt genoteerd als 12 hexadecimale tekens die telkens per twee worden gegroepeerd (bijvoorbeeld 00-00-0c-34-11-4e).
Verklarende woordenlijst MR MR (Modified READ) is een compressiemethode die wordt aanbevolen door ITU-T T.4. MR codeert de eerst gescande lijn met behulp van MH. De volgende regel wordt vergeleken met de eerste, het verschil wordt vastgesteld en vervolgens worden de verschillen gecodeerd en verzonden. NetWare Een netwerkbesturingssysteem dat is ontwikkeld door Novell, Inc.
Verklarende woordenlijst 185 PABX Printerstuurprogramma PABX (Private Automatic Branch Exchange) is een automatisch telefoonschakelsysteem in een besloten onderneming. Een programma dat wordt gebruikt om opdrachten te verzenden en gegevens over te brengen van de computer naar de printer. PCL Afdrukmedia Printeropdrachttaal (PCL) is een paginabeschrijvingstaal (PDL) die ontwikkeld is door HP als printerprotocol en inmiddels is uitgegroeid tot een norm in de branche.
Verklarende woordenlijst 186 Protocol Resolutie Een conventie of standaard die de verbinding, communicatie en het gegevensverkeer tussen twee computers inschakelt of controleert. De scherpte van een afbeelding, gemeten in dpi (punten per inch). Hoe hoger de dpi, hoe hoger de resolutie. PS Zie PostScript. PSTN Openbaar telefoonnet (PSTN) is het netwerk van openbare circuitgeschakelde telefoonnetwerken wereldwijd dat in een bedrijfsomgeving doorgaans via een schakelbord wordt gerouteerd.
Verklarende woordenlijst 187 SSID TIFF SSID (Service Set Identifier) is een benaming van een draadloos netwerk (WLAN). Alle draadloze apparaten in een draadloos netwerk gebruiken dezelfde SSID om met elkaar te communiceren. De SSID’s zijn hoofdlettergevoelig en kunnen tot 32 tekens lang zijn. TIFF (Tagged Image File Format) is een bestandsindeling voor bitmapafbeeldingen met een variabele resolutie. TIFF beschrijft de afbeeldingsgegevens die doorgaans afkomstig zijn van de scanner.
Verklarende woordenlijst 188 TWAIN USB Een standaard voor scanners en software. Als een TWAINcompatibele scanner wordt gebruikt met een TWAIN-compatibel programma, kan een scan worden gestart vanuit het programma; dit een API voor het vastleggen van afbeeldingen voor de besturingssystemen van Microsoft Windows en Apple Macintosh. USB (Universal Serial Bus) is een door het USB Implementers Forum, Inc. ontwikkelde standaard om computers en randapparatuur met elkaar te verbinden.
Verklarende woordenlijst 189 WIA WPS WIA (Windows Imaging Architecture) is een beeldverwerkingsarchitectuur die oorspronkelijk werd gebruikt in Windows Me en Windows XP. Een scan kan vanuit deze besturingssystemen worden gestart door middel van een WIAcompatibele scanner. WPS (Wi-Fi Protected Setup) is een standaard voor het tot stand brengen van een draadloos thuisnetwerk. Als uw draadloze toegangspunt WPS ondersteunt, kunt u de draadloze netwerkverbinding gemakkelijk configureren zonder computer.
Index 190 A speciale afdrukfuncties aangepaste instellingen 83 adresboek UNIX 96 draadloos netwerk 109 netwerkkabel afdrukresolutie instellen Linux 107 51 E algemene instelling 80 bewerken 91 groep bewerken 92 groep vastleggen 91 registreren 90 apparaatstatus 59, 63, 64, 69, 75 Linux 107 werken met 90 apparaatgegevens 59, 63, 64, 69, 75 Macintosh 105 adresboekinstellingen 90 109 afdrukfunctie 94 B UNIX afdrukken afdrukken naar een bestand 95 algemene instelling
Index 191 ontvangen in de DRPDmodus 112 ontvangen in faxmodus 111 ontvangen in telefoonmodus 111 ontvangen in veilige modus 113 algemene instelling L scannen LCDdisplay SetIP gebruiken ontvangen met een intern telefoontoestel 112 faxfunctie 111 functies lettertypeinstellingen 57 G 124, 125 gemachtigde gebruikers registreren 93 H help gebruiken Het menu Afdrukken het programma SetIP hulpprogramma Direct afdrukken 107 13, 51 104 K kopiëren 82 107 algemene Linuxproblemen 166 Meer
Index 192 Windows 16 O overlay afdrukken afdrukken 101 maken 100 verwijderen 101 P 159 problemen met papierinvoer 145 problemen met scannen 160 aanpassing aan de hoogte 85 PostScriptstuurprogramma problemen oplossen 169 Scannen vanaf een apparaat dat is aangesloten op een netwerk 114 Scannen vanuit een programma voor het bewerken van afbeeldingen 117 R Scannen in Linux 122 rapporten Scannen in Macintosh 121 service contact numbers 171 SmarThru 4 119 SmarThru Office 120 Speci
Index 193 U UNIX afdrukken 109 installatie van het stuurprogramma voor het verbonden netwerk 26 usb algemene instellingen van USB 79 79 USBkabel besturingsbestand opnieuw installeren 6, 9 stuurprogrammainstallatie 5, 7 V verklarende woordenlijst 175 W watermerk bewerken 99 maken 99 verwijderen 99 Windows installatie van het stuurprogramma voor het verbonden netwerk 16 SetIP gebruiken 13, 51 veelvoorkomende problemen onder Windows 164