SCX-5835_5935 Series Multifunctionele printer Gebruikershandleiding mogelijkheden die tot de verbeelding spreken Bedankt dat u een product van Samsung hebt gekocht.
Copyright © 2008 Samsung Electronics Co., Ltd. Alle rechten voorbehouden. Deze gebruikershandleiding dient uitsluitend ter informatie. Alle informatie in deze gebruikershandleiding kan zonder voorafgaande kennisgeving worden gewijzigd. Samsung Electronics kan niet aansprakelijk worden gesteld voor directe of indirecte schade als gevolg van of in verband met het gebruik van deze gebruikershandleiding. • • • • Samsung en het Samsung-logo zijn handelsmerken van Samsung Electronics Co., Ltd.
Inhoud COPYRIGHT 2 INHOUD 3 INLEIDING 28 AAN DE SLAG 33 NETWERKINSTALLATIE 40 BASISINSTELLINGEN 44 11 16 24 26 Veiligheidsinformatie Informatie over wettelijke voorschriften Informatie over deze gebruikershandleiding De functies van uw nieuwe laserproduct 28 28 29 30 31 31 31 32 32 32 32 Apparaatoverzicht Voorkant Achterkant Overzicht van het bedieningspaneel Informatie over de Status-LED Het aanraakscherm en handige knoppen Aanraakscherm De knop Machine Setup De knop Job Status De knop Power S
Inhoud AFDRUKMEDIA EN LADE 47 AFDRUKKEN 54 45 45 45 45 45 45 46 46 46 Land wijzigen Time-out van taken instellen De energiebesparingsfunctie gebruiken De standaardlade en het papier instellen Via het bedieningspaneel Op de computer Standaardinstellingen wijzigen De instelling lettertype wijzigen Informatie over het toetsenbord 47 47 47 48 48 48 48 49 49 49 50 51 51 52 52 52 52 53 53 53 53 Originelen voorbereiden Originelen plaatsen Op de glasplaat van de scanner In de automatische documentinvoer Afd
Inhoud KOPIËREN 68 SCANNEN 75 62 62 62 62 62 63 63 63 63 63 64 64 65 65 65 66 66 67 Wat is Hulpprogramma Direct afdrukken? Afdrukken Via het snelkoppelingspictogram Via het contextmenu De standaardafdrukinstellingen wijzigen Uw apparaat instellen als standaardprinter Afdrukken naar een bestand (PRN) Afdrukken in Macintosh Een document afdrukken Printerinstellingen wijzigen Meerdere pagina’s op één vel papier afdrukken Dubbelzijdig afdrukken Afdrukken in Linux Afdrukken vanuit een toepassing Bestanden
Inhoud 78 81 81 82 82 82 82 82 83 83 83 83 83 83 83 83 84 84 84 84 84 85 85 85 85 85 86 86 86 87 Een ingescand origineel naar verschillende bestemmingen verzenden als e-mailbijlage E-mailadressen opslaan Originelen inscannen en naar uw computer verzenden (Scan nr pc) Voor een via USB aangesloten apparaat Met een op een netwerk aangesloten apparaat Originelen scannen en verzenden via SMB/FTP (Scannen naar server) Scannen naar SMB/FTP voorbereiden Scannen en verzenden naar een SMB-/FTP-server Meerdere docum
Inhoud 92 92 92 92 92 93 93 93 93 93 93 93 93 93 93 94 94 94 94 94 94 95 95 95 95 95 95 96 96 96 96 96 96 97 EEN USB-GEHEUGENAPPARAAT GEBRUIKEN 98 98 99 99 99 99 99 99 99 99 100 100 100 100 100 100 100 101 Handmatig ontvangen in telefoonmodus Automatisch ontvangen in antwoordapparaat/faxmodus Handmatig faxen ontvangen via een bijkomend telefoontoestel Ontvangen in veilige ontvangstmodus Ontvangen faxen dubbelzijdig afdrukken Faxen ontvangen in het geheugen De documentinstellingen aanpassen Dubbelzijdig
Inhoud DOC VAK GEBRUIKEN 102 Over Doc vak 102 102 Informatie over het scherm Documentenvak 102 Het scherm Documentenvak 103 Het scherm Vak toevoegen 103 Het scherm Een vak bewerken 103 Het scherm Documentenlijst 103 Documenten in een documentenvak opslaan 103 Documenten van een documentenvak opslaan 104 Documenten opslaan tijdens kopiëren, scannen of faxen DE STANDAARD WORKFLOW GEBRUIKEN 105 Over de standaard workflow 105 105 Informatie over het scherm standard workflow 105 Het scherm Workflow 106 Het
Inhoud 124 SmarThru Office gebruiken 125 Het programma SetIP gebruiken 125 Het programma installeren 125 Het MAC-adres van uw apparaat afdrukken 125 Netwerkinstellingen opgeven 126 Gebruik in Linux van de Unified Driver Configurator 126 De Unified Driver Configurator openen 126 Printers configuration 127 Scanners configuration 127 Ports configuration ONDERHOUD 128 Een rapport over het apparaat afdrukken 128 128 128 128 128 128 128 128 129 129 129 130 130 130 130 De levensduur van de verbruiksartikelen c
Inhoud 151 De tonercassette vervangen 152 Voorzorgsmaatregelen die u in acht moet nemen bij de installatie van accessoires 152 Een geheugenmodule upgraden 152 Een geheugenmodule installeren 153 Toegevoegde accessoires activeren in de eigenschappen van het PSstuurprogramma 153 De levensduur van verbruiksartikelen controleren 153 De rubbermat van de ADI vervangen SPECIFICATIES 154 Algemene specificaties 154 155 156 156 157 158 Specificaties van de printer Specificaties van de scanner Specificaties van het
Veiligheidsinformatie Deze waarschuwingen en voorzorgsmaatregelen moeten eventuele beschadigingen aan uw apparaat en verwondingen aan uzelf of anderen voorkomen. Lees deze instructies aandachtig voor u het apparaat in gebruik neemt. Gebruik uw apparaat, net als andere elektrische toestellen, met gezond verstand. Neem alle waarschuwingen en instructies in acht die op het apparaat en in de bijbehorende documentatie worden vermeld. Bewaar dit document goed nadat u het gelezen hebt.
Bedrijfsomgeving Waarschuwing Niet gebruiken als de stekker beschadigd is of als het stopcontact niet geaard is. Dit kan een elektrische schok of brand veroorzaken. Buig het netsnoer niet en plaats er geen zware voorwerpen op. Op het netsnoer stappen of het door een zwaar voorwerp verpletteren kan een elektrische schok of brand veroorzaken. Plaats niets op het apparaat (water, kleine metalen of zware voorwerpen, kaarsen, brandende sigaretten enz.). Dit kan een elektrische schok of brand veroorzaken.
Bedieningswijze Opgepast Trek het papier niet uit de printer tijdens het afdrukken. Dit kan het apparaat beschadigen. Bij het afdrukken van grote hoeveelheden kan de onderzijde van het uitvoergebied heet worden. Houd kinderen uit de buurt. Kinderen kunnen brandwonden oplopen. Houd uw hand niet tussen het apparaat en de papierlade. U kunt zich kwetsen. Gebruik geen tang of scherpe metalen voorwerpen om vastgelopen papier te verwijderen. Dit kan het apparaat beschadigen.
Installatie / verplaatsen Waarschuwing Plaats het apparaat niet in een omgeving waar veel stof, vocht of waterlekken aanwezig zijn. Dit kan een elektrische schok of brand veroorzaken. Opgepast Schakel de stroom uit, maak alle kabels los en til het apparaat met minstens twee personen op om het te verplaatsen. Het apparaat zou kunnen vallen en verwondingen veroorzaken of het apparaat beschadigen. Plaats geen deksel op het apparaat of plaats het niet in een luchtdichte ruimte, zoals een kast.
Onderhoud / controle Opgepast Trek het netsnoer van het apparaat uit het stopcontact als u de binnenkant van het apparaat wilt reinigen. Reinig uw apparaat niet met benzeen, verdunningsmiddel of alcohol, en spuit geen water in het apparaat. Dit kan een elektrische schok of brand veroorzaken. Houd reinigingsproducten uit de buurt van kinderen. Kinderen kunnen zich eraan kwetsen. Gebruik het apparaat niet terwijl u verbruiksartikelen vervangt of de binnenkant van het apparaat reinigt. U kunt zich kwetsen.
Informatie over wettelijke voorschriften Dit apparaat werd mileubewust ontworpen en gecertificeerd conform verschillende veiligheidsvoorschriften. Verklaring inzake laserveiligheid De printer is in de VS gecertificeerd volgens de eisen van DHHS 21 CFR, hoofdstuk 1 subhoofdstuk J voor Klasse I(1) laserproducten en buiten de VS als Klasse I laserproduct volgens de eisen van IEC 825. Laserproducten van klasse I worden niet als gevaarlijk beschouwd.
Kwik Bevat kwik en moet weggegooid worden conform de plaatselijke voorschriften, de wetten van de staten en de federale wetten (alleen VSA) WAARSCHUWING OMTRENT PERCHLORAAT Deze waarschuwing voor perchloraat is alleen van toepassing op primaire CR (Mangaandioxide) lithiumbatterijen in het product die UITSLUITEND in Californië (VSA) worden verkocht of gedistribueerd. Perchloraat bevattend materiaal – vereist mogelijk speciale verwerking. Zie www.dtsc.ca.gov/hazardouswaste/perchlorate.
Op correcte wijze wegwerpen van dit product (elektrisch en elektronisch afvalmateriaal) (Geldt voor de Europese Unie en voor andere Europese landen waar afval gescheiden wordt ingezameld) Deze markering op het apparaat of in de handleiding geeft aan dat het niet met de rest van het huishoudelijk afval mag worden weggegooid. Gelieve het apparaat van het andere afval te scheiden om eventuele schade aan het milieu of de gezondheid als gevolg van een onverantwoord afvalbeheer te voorkomen.
RFID (RADIO FREQUENCY INTERFACE DEVICE) RFID-apparatuur is onderworpen aan de volgende twee voorwaarden: (1) het apparaat mag geen interferentie veroorzaken, en (2) het apparaat moet alle ontvangen interferentie accepteren, inclusief interferentie die een ongewenste werking van het apparaat kan veroorzaken.
Fax-identificatie Volgens de Telephone Consumer Protection Act van 1991 is het verboden om een computer of elektronisch apparaat te gebruiken voor het verzenden van berichten via een faxapparaat zonder vermelding van de volgende gegevens in een marge boven- of onderaan elke verzonden pagina of op de eerste pagina van het bericht: 1. verzenddatum en -tijd 2. naam van het bedrijf, de bedrijfsafdeling of afzender; en 3. telefoonnummer van het verzendapparaat, bedrijf, bedrijfsafdeling of de persoon.
De stekker van het netsnoer vervangen (alleen voor het VK) Belangrijk Het netsnoer van dit apparaat is voorzien van een standaardstekker (BS 1363) van 13 ampère en een zekering van 13 ampère. Als u de zekering vervangt, moet u hiervoor een geschikt type van 13 ampère gebruiken. Nadat u de zekering hebt gecontroleerd of vervangen, moet u de afdekkap van de zekering weer sluiten. Als u de afdekkap van de zekering kwijt bent, mag u de stekker niet gebruiken tot u er een nieuwe afdekkap op hebt gezet.
OpenSSL-licentie Copyright (c) 1998-2001 The OpenSSL Project. Alle rechten voorbehouden. Herdistributie en gebruik in bron- en binaire vorm, met of zonder wijzigingen, zijn toegestaan mits aan de volgende voorwaarden is voldaan: 1. In een herdistributie van de broncode moeten de bovenvermelde copyrightinformatie, de lijst met voorwaarden en de volgende afwijzing behouden blijven. 2.
MEDEWERKERS ZIJN IN GEEN ENKEL GEVAL AANSPRAKELIJK VOOR DIRECTE, INDIRECTE, INCIDENTELE, BIJZONDERE, MORELE OF GEVOLGSCHADE (MET INBEGRIP VAN, MAAR NIET BEPERKT TOT, DE AANSCHAF VAN VERVANGENDE GOEDEREN OF DIENSTEN, VERLIES VAN GEBRUIKSNUT, GEGEVENS OF WINSTEN, OF ONDERBREKING VAN DE BEDRIJFSVOERING), ONGEACHT DE OORZAAK EN DE AANSPRAKELIJKHEIDSGROND, HETZIJ IN CONTRACT, STRIKTE AANSPRAKELIJKHEID OF ONRECHTMATIGE DAAD (INCLUSIEF NALATIGHEID OF ANDERSZINS) OP ENIGE WIJZE VOORTVLOEIEND UIT HET GEBRUIK VAN DEZ
Informatie over deze gebruikershandleiding Deze gebruikershandleiding bevat basisinformatie over het apparaat en biedt tevens gedetailleerde informatie over de verschillende procedures die doorlopen worden bij het gebruik van het apparaat. Zowel beginnende als professionele gebruikers kunnen deze handleiding raadplegen voor installatie en gebruik van het apparaat. • • • • • • Lees de veiligheidsinformatie voor u het apparaat in gebruik neemt.
Meer informatie Meer informatie over de instelling en het gebruik van uw apparaat vindt u in de volgende papieren of schermbronnen. Materiaalbenaming Beschrijving Beknopte installatiehandleiding Deze handleiding geeft informatie over het instellen van het apparaat. U moet de instructies uit de handleiding volgen om het apparaat gebruiksklaar te maken.
De functies van uw nieuwe laserproduct Uw nieuw apparaat is uitgerust met een aantal speciale functies die de kwaliteit van de documenten die u afdrukt verbeteren. Speciale functies Afdrukken met een hoge snelheid en uitstekende kwaliteit • • • U kunt afdrukken met een resolutie tot 1.200 dpi effectieve uitvoer. Uw apparaat drukt tot 33 ppm van A4-formaat af en tot 35 ppm van Letter-formaat. Uw apparaat kan tot 17 vellen van A4-formaat en tot 18 vellen van letter-formaat dubbelzijdig afdrukken.
Gebruik van USB-flashgeheugenapparaat U kunt een USB-geheugenapparaat op verschillende manieren met uw apparaat gebruiken. • U kunt bijvoorbeeld documenten scannen en opslaan op het geheugenapparaat. • U kunt rechtstreeks afdrukken vanaf het geheugenapparaat. Functies per model Het apparaat voorziet in alles wat u nodig hebt voor de verwerking van documenten: van afdrukken en kopiëren tot meer geavanceerde netwerkoplossingen voor uw bedrijf.
Inleiding 1.
Achterkant 1 USB-poort host 6 Duplex-eenheid 2 USB-poort 7 Achterklep 3 Netwerkpoort 8 Aansluiting netsnoer 4 Aansluiting telefoonlijn 9 Stroomschakelaar 5 Uitgang voor bijkomend telefoontoestel (EXT) 10 Klep moederbord Inleiding_ 29
Overzicht van het bedieningspaneel 1 Machine Setup Hiermee gaat u naar de apparaatinstellingen en de geavanceerde instellingen. (Zie "Machine Setup" op pagina 108.) 2 Job Status Toont lopende taken, taken in wachtrij en voltooide taken. 3 Status Geeft de status van uw apparaat weer. (Zie "Informatie over de Status-LED" op pagina 31.) 4 Weergavescherm Hier worden de status van het apparaat en eventuele vragen tijdens een bewerking weergegeven.
Informatie over de Status-LED Het aanraakscherm en handige knoppen De kleur van de Status-LED geeft de huidige status van het apparaat aan. Aanraakscherm Status Uit Groen Knipperen • • Het apparaat is offline. Het apparaat bevindt zich in de energiebesparingsmodus. Wanneer er gegevens binnenkomen of een knop wordt ingedrukt, gaat het apparaat automatisch online. • Als het lampje langzaam knippert, ontvangt het apparaat gegevens van de computer.
De knop Machine Setup De knop Power Saver Als u op deze knop Machine Setup drukt, kunt u de huidige apparaatinstellingen overlopen of wijzigen. (Zie "Machine Setup" op pagina 108.) Als het apparaat niet wordt gebruikt, bespaart u elektriciteit door te drukken op de knop voor de energiebesparingsmodus. Door deze knop één seconde lang ingedrukt te houden gaat het apparaat over in energiebesparende modus. (Zie "De energiebesparingsfunctie gebruiken" op pagina 45.
Aan de slag 2. In dit hoofdstuk wordt stap voor stap uitgelegd hoe u het met USB verbonden apparaat en de software instelt. In dit hoofdstuk vindt u de volgende onderwerpen: • • • • • De hardware installeren Meegeleverde software Systeemvereisten Het stuurprogramma van uw met USB verbonden apparaat installeren Uw printer lokaal delen De hardware installeren Dit deel beschrijft de stappen voor de installatie van de hardware, zoals toegelicht in de Beknopte installatiehandleiding.
Meegeleverde software Installeer de printersoftware nadat u de printer hebt geïnstalleerd en op uw computer hebt aangesloten. Als u Windows of Macintosh OS gebruikt, installeert u de software vanaf de meegeleverde cd-rom. Als u Linux OS gebruikt, downloadt u de software van de website van Samsung (www.samsung.com/printer) en installeert u deze op uw computer.
Systeemvereisten Macintosh Vereisten (aanbevolen) Het systeem moet aan de volgende vereisten voldoen: BESTURING SSYSTEEM Windows Het apparaat ondersteunt de volgende Windows-besturingssystemen.
Het stuurprogramma van uw met USB verbonden apparaat installeren 4. Selecteer Typische installatie voor een lokale printer. en klik vervolgens op Volgende. Een lokale printer is een printer die via een USB-kabel rechtstreeks op uw computer is aangesloten. Als uw apparaat met een netwerk is verbonden, slaagt u de volgende stappen over en gaat u door met de installatie van het stuurprogramma van uw met het netwerk verbonden apparaat.
• Als u het apparaat niet wilt aansluiten op dit moment, klikt u op Volgende en op Nee in het volgende venster. Vervolgens wordt de installatie gestart. Er wordt echter geen testpagina afgedrukt aan het eind van de installatieprocedure. • Het installatievenster in de gebruikershandleiding verschilt mogelijk van het venster dat u ziet, afhankelijk van de gebruikte printer en interface. 5. Zodra de installatie is voltooid, verschijnt er een venster met de vraag of u een testpagina wilt afdrukken.
Linux Hulpprogramma Printerinstellingen installeren U moet het Linux-softwarepakket downloaden van de website van Samsung om de printersoftware te installeren. Volg onderstaande stappen om de software te installeren. 1. Controleer of het apparaat op uw computer is aangesloten en ingeschakeld is. 2. Wanneer het venster Administrator Login verschijnt, typt u root in het veld Login en voert u het systeemwachtwoord in.
Windows Instellen als hostcomputer Instellen als hostcomputer 1. Installeer het stuurprogramma van uw printer. (Zie "Het stuurprogramma van uw met USB verbonden apparaat installeren" op pagina 36, "Het stuurprogramma van een met een netwerk verbonden apparaat installeren" op pagina 41.) 2. Klik op het menu Start in Windows. 3. In Windows 2000 selecteert u Instellingen > Printers. • In Windows XP/2003 selecteert u Printers en faxen.
Netwerkinstallatie 3. In dit hoofdstuk wordt stap voor stap uitgelegd hoe u een met een netwerk verbonden apparaat en de software instelt.
5. Typ het wachtwoord zodra het aanmeldingsbericht verschijnt. Als u het invoergebied voor het wachtwoord aanraakt, verschijnen er vraagtekens. Voer het wachtwoord in met behulp van het numerieke toetsenblok op het bedieningspaneel. Druk op OK nadat u het wachtwoord hebt ingevoerd. (Fabrieksinstellingen: 1111.) 6. Druk op het tabblad Instelling > Netwerkinstellingen. 7. Selecteer TCP/IP-protocol. 8. Druk op IP-instelling. 9.
• Als uw apparaat niet in de lijst voorkomt, klikt u op Bijwerken om de lijst te vernieuwen of selecteert u TCP/IP-poort toevoegen. om uw apparaat aan het netwerk toe te voegen. Als u het apparaat aan het netwerk wilt toevoegen, moet u de poortnaam en het IP-adres voor het apparaat invoeren. Om het IP-adres of het MAC-adres van uw apparaat te controleren, drukt u een netwerkconfiguratiepagina af.
Linux 18. Klik op Voeg toe. Als de printer niet correct werkt, maakt u de installatie van het stuurprogramma ongedaan en installeert u het opnieuw. Doe het volgende om de installatie van het stuurprogramma voor Macintosh ongedaan te maken. a) Zorg ervoor dat de printer op uw computer is aangesloten en ingeschakeld is. b) Plaats de meegeleverde cd-rom met software in het cd-romstation. c) Dubbelklik op het cd-rompictogram op het bureaublad van uw Macintosh-computer. d) Dubbelklik op de map MAC_Installer.
Basisinstellingen 4. Nadat de installatie is voltooid, kunt u de standaardinstellingen van het apparaat opgeven. Raadpleeg het volgende hoofdstuk om waarden in te stellen of te wijzigen. In dit hoofdstuk wordt stap voor stap uitgelegd hoe u het apparaat instelt.
De taal op het display wijzigen De energiebesparingsfunctie gebruiken Voer de volgende stappen uit om de taal op het display te wijzigen. 1. Druk op Machine Setup op het bedieningspaneel. 2. Druk op Beheerinstelling. 3. Typ het wachtwoord met behulp van het numeriek toetsenblok zodra het aanmeldingsbericht verschijnt en druk op OK. (Zie "Het verificatiewachtwoord instellen" op pagina 44.) 4. Druk op het tabblad Algemeen. 5. Druk op de pijl-omlaag om naar het volgende scherm te gaan en druk op Taal. 6.
• • • • 5. Klik op het tabblad Papier. 6. Selecteer een lade en de bijbehorende opties, zoals papierformaat en papiersoort. 7. Druk op OK. Macintosh Macintosh ondersteunt deze functie niet. Macintosh-gebruikers moeten de standaardinstelling handmatig wijzigen als ze op basis van andere instellingen willen afdrukken. 1. Open een Macintosh-toepassing en selecteer het bestand dat u wilt afdrukken. 2. Open het menu Bestand (voor Mac OS X 10.4 Archief) en klik op Druk af. 3. Ga naar het paneel Papierinvoer. 4.
Afdrukmedia en lade 5. In dit hoofdstuk wordt uitgelegd hoe u originelen en afdrukmedia in uw apparaat plaatst. In dit hoofdstuk vindt u de volgende onderwerpen: • • • • • • • • Originelen voorbereiden Originelen plaatsen Afdrukmedia selecteren De grootte van de lade wijzigen Originelen voorbereiden • • • • • • Papier in de lade plaatsen Afdrukken op speciale afdrukmedia Papierformaat en -type instellen De uitvoersteun aanpassen 1. Licht het deksel van de scanner op.
• • • • Om een pagina uit een boek of tijdschrift te kopiëren, opent u het deksel van de scanner tot tegen de aanslag en sluit u het daarna weer. Als het boek of tijdschrift dikker is dan 30 mm, kopieert u met het deksel open. Doe dit voorzichtig om te voorkomen dat het scannerglas breekt. U kunt zich kwetsen. Plaats uw hand niet onder het scannerdeksel terwijl u het sluit. Het scannerdeksel kan eraf vallen en uw hand kwetsen. Kijk bij het kopiëren of scannen niet in het licht binnen in de scanner.
De grootte van de lade wijzigen Papier in de lade plaatsen De lade is standaard ingesteld op het papierformaat Letter of A4, afhankelijk van het land waar u de printer hebt gekocht. Om het formaat te wijzigen moet u de papiergeleiders aanpassen. 1. Klap de achterste plaat van de lade volledig uit om de lade langer te maken. Lade 1/optionele lade Plaats de afdrukmedia die u het meest gebruikt in lade 1. Lade 1 kan tot 500 vellen gewoon papier bevatten.
4. Stel het type en formaat van het papier voor de lade in als u een document wilt afdrukken. Voor informatie over het instellen van het papierformaat en -type op het bedieningspaneel. (Zie "Papierformaat en -type instellen" op pagina 53.) • • a) b) c) d) e) Als u problemen ondervindt met de papiertoevoer, moet u nagaan of het papier voldoet aan de specificaties van de afdrukmedia. Probeer vervolgens vel voor vel door te voeren langs de multifunctionele lade.
a) Om af te drukken vanuit een toepassing, opent u de toepassing en het menu afdrukken. b) Open Voorkeursinstellingen voor afdrukken. (Zie "Voorkeursinstellingen voor afdrukken openen" op pagina 58.) c) Druk op het tabblad Papier in Voorkeursinstellingen voor afdrukken en selecteer het juiste papiertype. Als u op een etiket wilt gebruiken, stelt u het papiertype in op Etiketten. d) Selecteer Handmatige invoer bij papierbron en druk vervolgens op OK. e) Start het afdrukken vanuit de toepassing.
• • • Enveloppen met een verwijderbare strip of met meer dan één zelfklevende vouwbare klep moeten van een kleefmiddel zijn voorzien dat gedurende 0,1 seconde bestand is tegen de fixeertemperatuur van het apparaat. Controleer de specificaties van uw apparaat voor informatie over de fixeertemperatuur. (Zie "Algemene specificaties" op pagina 154.) De extra kleppen en strips kunnen kreuken, scheuren en papierstoringen veroorzaken en kunnen zelfs de fixeereenheid beschadigen.
• • over de fixeertemperatuur. (Zie "Algemene specificaties" op pagina 154.) De inkt op het voorbedrukt papier mag niet ontvlambaar zijn en mag de printerrollen niet beschadigen. Voor u voorbedrukt papier in de lade plaatst, controleert u of de inkt op het papier droog is. Natte inkt kan tijdens het fixeerproces loskomen van het voorbedrukte papier waardoor de afdrukkwaliteit vermindert.
Afdrukken 6. In dit hoofdstuk worden de meest gangbare afdruktaken toegelicht.
Hieronder beschrijven we de algemene stappen die vereist zijn om af te drukken vanuit verschillende Windows-toepassingen. 3. Selecteer in het menu Document de menu-optie Annuleren. Eenvoudige afdruktaken in Macintosh. (Zie "Afdrukken in Macintosh" op pagina 63.) Eenvoudige afdruktaken in Linux. (Zie "Afdrukken in Linux" op pagina 65.) Het volgende venster Voorkeursinstellingen voor afdrukken is voor Notepad in Windows XP.
3. Selecteer de gewenste paginaopmaak. Specificatie van de paginaopmaak: • Poster 2x2: het document zal vergroot worden en in 4 pagina’s worden verdeeld. • Poster 3x3: het document zal vergroot worden en in 9 pagina’s worden verdeeld. • Poster 4x4: het document zal vergroot worden en in 16 pagina’s worden verdeeld. 4. Selecteer de waarde Posteroverlap.
Een document aan een bepaald papierformaat aanpassen 4. Watermerkopties selecteren. U kunt de naam, stijl, grootte en grijswaarde van het lettertype selecteren in de sectie Tekenstijl en de hoek van het watermerk instellen in de sectie Hoek watermerk. 5. Klik op Toevoegen om het nieuwe watermerk aan de lijst Huidige watermerken toe te voegen. 6. Wanneer u klaar bent met bewerken klikt u op OK of Afdrukken tot het menu Afdrukken wordt afgesloten.
Een nieuwe paginaoverlay maken Een paginaoverlay verwijderen Als u een paginaoverlay wilt gebruiken, moet u een nieuwe paginaoverlay met uw logo of met een afbeelding maken. 1. Maak of open een document met de tekst of afbeelding die u voor de overlay wilt gebruiken. Zorg ervoor dat de tekst of afbeelding precies op de plaats staat waar ze als overlay moet worden afgedrukt. 2. Ga naar de Voorkeursinstellingen voor afdrukken als u het document als een overlay wilt opslaan.
Afdrukstand Het tabblad Papier Met behulp van dit menu kunt u selecteren in welke richting informatie op een pagina wordt afgedrukt. • Staand: met deze optie kunt u afdrukken over de breedte van de pagina, zoals in een brief. • Liggend: met deze optie kunt u afdrukken over de lengte van de pagina, zoals bij een spreadsheet. • 180 graden draaien: met deze optie kunt u de pagina 180 graden draaien. Gebruik de opties in het tabblad Papier om de basisinstellingen van papierverwerking op te geven.
Kaarten: kaart van 90 tot 163 g/m2. Bankpost: bankpostpapier van 105 tot 120 g/m2. Archiefpapier: 70 tot 90 g/m2. Selecteer deze optie als u de afdruk voor langere tijd wilt bijhouden, bijvoorbeeld voor uw archief. Geavanceerd: met deze optie kunt u de eerste pagina op een ander papiertype afdrukken dan de rest van het document door de lade in te stellen voor het afdrukken van de eerste pagina.
Het tabblad Geavanceerd Taakinstellingen Gebruik het tabblad Geavanceerd om verschillende afdrukopties in te stellen. Klik op het tabblad Geavanceerd om de onderstaande opties weer te geven. Met deze optie kunt u kiezen of het bestand moet worden afgedrukt of opgeslagen via de optionele harde schijf. • Afdrukmodus: de standaard Afdrukmodus is Normaal, bedoeld om af te drukken zonder het afdrukbestand op te slaan op de optionele harde schijf.
3. Klik op Opslaan. Als u instellingen opslaat onder vooraf ingesteld, worden alle huidige stuurprogrammainstellingen opgeslagen. Om de bewaarde instelling te gebruiken, kiest u het uit de vervolgkeuzelijst Vooraf ingest.. De printer is nu ingesteld om af te drukken volgens de door u geselecteerde instellingen. Om de opgeslagen instelling te verwijderen, selecteert u ze uit de vervolgkeuzelijst Vooraf ingest. en klikt u op Wissen.
Uw apparaat instellen als standaardprinter 3. Selecteer papierformaat, -oriëntatie, -schaal en andere opties, en zorg ervoor dat uw apparaat is geselecteerd. Klik op OK. 1. Klik op het menu Start in Windows. 2. In Windows 2000 selecteert u Instellingen > Printers. • In Windows XP/2003 selecteert u Printers en faxen. • In Windows 2008/Vista selecteert u Configuratiescherm > Hardware en geluiden > Printers. • In Windows 7 selecteert u Configuratiescherm > Hardware en geluiden > Apparaten en Printers.
• • Dubbelzijdig afdrukken (voor Mac OS X 10.4 Dubbelzijdig): met deze optie kunt u afdrukken op beide zijden van het papier. (Zie "Dubbelzijdig afdrukken" op pagina 64.) Keer paginarichting om: met deze optie kunt u de pagina 180 graden draaien. • • Grafisch Het tabblad Grafisch bevat opties voor de selectie van de Resolutie. Selecteer Grafisch in de vervolgkeuzelijst onder Richting om toegang te krijgen tot de grafische functies.
5. Als u op Druk af klikt, drukt de printer op beide zijden van het papier af. 4. Wijzig de eigenschappen van de afdruktaak met behulp van de volgende vier tabbladen die bovenaan in het venster worden getoond. Als u meer dan 2 kopieën afdrukt, kunt u de eerste kopie en de tweede op hetzelfde vel papier afdrukken. Druk niet af op beide zijden van het papier als u meer dan 1 kopie afdrukt.
Afdrukken met een PS-printer Printereigenschappen configureren In het venster Printer Properties onder Printers configuration kunt u de verschillende eigenschappen van uw printer wijzigen. 1. Open Unified Driver Configurator. Schakel indien nodig over naar Printers configuration. 2. Selecteer uw apparaat in de lijst met beschikbare printers en klik op Properties. 3. Het venster Printer Properties wordt geopend. Het PPD-stuurprogramma van de PS-printer vindt u op de meegeleverde software-cd.
Informatie over de Voorkeursinstellingen voor afdrukken van het PS-stuurprogramma Druk niet af op beide zijden van etiketten, transparanten, enveloppen of dik papier. Dit kan een papierstoring veroorzaken en het apparaat beschadigen. Voorkeursinstellingen voor afdrukken openen 1. Open het document dat u wilt afdrukken. 2. Selecteer Afdrukken in het menu Bestand. Het venster Afdrukken wordt geopend. 3. Selecteer het PS-stuurprogramma van uw apparaat uit de lijst Printer selecteren. 4.
Kopiëren 7. In dit hoofdstuk wordt stap voor stap uitgelegd hoe u documenten kopieert. In dit hoofdstuk vindt u de volgende onderwerpen: • • • • • Informatie over het scherm Kopie Normaal kopiëren De instellingen per kopie wijzigen Informatie over het scherm Kopie Raadpleeg het hoofdstuk over het Documentenvak voor meer informatie over het gebruik van Doc vak. (Zie "Doc vak gebruiken" op pagina 102.
Het tabblad Afbeelding 5. Geef zo nodig het aantal kopieën op met behulp van het numerieke toetsenblok. Als u originelen op de glasplaat van de scanner op meer dan twee exemplaren wilt kopiëren verschijnt het bericht Nog een pagina? nadat de eerste pagina is gekopieerd. Als u Nee selecteert, begint het apparaat de rest van de originelen te kopiëren en sorteert het de gekopieerde vellen. De optie Uitvoer Gesorteerd staat immers standaard ingesteld. 6.
Kopieën vergroten of verkleinen Druk op het tabblad Basis > Verkleinen/Vergroten. Gebruik vervolgens de pijl-links en de pijl-rechts om een afbeelding op het papier te vergroten of te verkleinen. Druk op meer om de specifieke waarden weer te geven. • Origineel (100%): hiermee drukt u tekst en afbeeldingen op hetzelfde formaat af als op de originelen. • Auto aanpassen: hiermee verkleint of vergroot u het origineel op basis van het formaat van het afdrukmateriaal.
De vorm van het gekopieerde resultaat bepalen Druk op het tabblad Basis > Uitvoer en gebruik vervolgens de pijl-links en de pijl-rechts om de waarde Gesorteerd of Niet-gesorteerd te selecteren. Als u beide zijden van het origineel op de glasplaat van de scanner wilt kopiëren verschijnt het bericht Nog een pagina? nadat de eerste pagina is gekopieerd.
Identiteitskaart kopiëren Hierbij wordt één zijde van het origineel op de bovenste helft van het vel papier afgedrukt en de andere zijde op de onderste helft, zonder het origineel te verkleinen. Deze functie is met name handig voor het kopiëren van kleine documenten zoals visitekaartjes. 5. Selecteer Uit, 2-op-1 of 4-op-1. • Uit: hiermee kopieert u een origineel op één vel papier. • 2-op-1: hiermee kopieert u twee afzonderlijke originelen op één pagina.
Klonen Boekje kopiëren De originele afbeelding wordt meerdere keren afgedrukt op één pagina. Het aantal afbeeldingen per vel wordt automatisch bepaald op basis van de grootte van het origineel en het papierformaat. Deze kopieerfunctie is alleen beschikbaar als u de originelen op de glasplaat van de scanner plaatst. Het apparaat drukt automatisch af op een of beide zijden van het papier, waarna het wordt gevouwen zodat u een boekje met alle pagina’s in de juiste volgorde bekomt.
Transparanten kopiëren Achtergrondafbeeldingen wissen Als u transparanten nodig hebt voor een presentatie gebruikt u deze functie om de gegevens te kopiëren. Deze functie is handig als u originelen kopieert die kleuren op de achtergrond bevatten, bijvoorbeeld in kranten of catalogi. 1. Plaats de originelen in de ADI met de bedrukte zijde naar boven. Plaats één document met de bedrukte zijde naar onder op de glasplaat en sluit het scannerdeksel. (Zie "Originelen plaatsen" op pagina 47.) 2.
Scannen 8. Met de scanfunctie zet u tekst en afbeeldingen om in digitale bestanden die u op de computer kunt opslaan.
Het tabblad Basis In dit gedeelte worden het tabblad Basis van Scan nr e-mail, Scan nr pc en het basisscherm Scannen naar server uitgelegd. Scan nr e-mail • • • • • • • • Van: e-mailadres van afzender. Aan/CC/BCC: e-mailadressen van ontvangers. CC (carbon copy) voor het verzenden van een kopie naar bijkomende bestemmeling. BCC (blind carbon copy) heeft dezelfde functie als CC, maar geeft de naam van de bestemmeling niet weer. Onderwerp/Bericht: onderwerp en berichttekst van het e-mailbericht.
• • • Dubbelzijdig: hiermee stelt u in of het origineel enkelzijdig (1-zijdig), dubbelzijdig (2-zijdig) of dubbelzijdig moet worden ingescand waarbij de achterzijde 180 graden wordt gedraaid (2-zijdig, draaien kant 2). Resolutie: hiermee selecteert u de scanresolutie. Opsl nr vak: stelt het apparaat zo in dat originelen in het documentenvak worden opgeslagen voor later gebruik. • • Scan naar rand: hiermee scant u originelen van rand tot rand. (Zie "Scan naar rand" op pagina 83.
Een ingescand origineel naar verschillende bestemmingen verzenden als e-mailbijlage a) Voer het IP-adres in als decimale notatie met punten of als een hostnaam. b) Voer het poortnummer van de server in, een getal tussen 1 en 65535. Het standaardpoortnummer is 25. 1. Plaats originelen in de ADI met de bedrukte zijde naar boven of plaats een enkel origineel op de glasplaat van de scanner met de bedrukte zijde naar onder. (Zie "Originelen plaatsen" op pagina 47.
E-mailadressen opslaan E-mailadressen invoeren via het adresboek Er bestaan twee soorten e-mailadressen: Lokaal in het geheugen van het apparaat en Globaal op de LDAP-server. Deze verschillen afhankelijk van de plaats waar ze zijn opgeslagen. Lokaal betekent dat e-mailadressen worden opgeslagen in het geheugen van het apparaat, terwijl Globaal impliceert dat de e-mailadressen op een opgegeven (LDAP-) server worden opgeslagen.
Met een op een netwerk aangesloten apparaat Zorg ervoor dat het printerstuurprogramma vanaf de software-cd op uw computer wordt geïnstalleerd; het scanprogramma maakt immers deel uit van het printerstuurprogramma. (Zie "Het stuurprogramma van een met een netwerk verbonden apparaat installeren" op pagina 41.) 1. Controleer of uw apparaat en uw computer met een netwerk zijn verbonden en of Samsung Scanbeheer op uw computer is geïnstalleerd. 2.
Samsung Scanbeheer gebruiken Meerdere documenten scannen en meteen naar de SMB/FTP-server(s) versturen U kunt verschillende scantaken in een enkel bestand opnemen. Zo kunt u het document versturen met een enkele toegang tot de server. Wanneer het apparaat in energiebesparingsmodus schakelt, worden de taken in de segmentlijst verwijderd om toegang door ongewenste gebruikers te vermijden. Als u het printerstuurprogramma hebt geïnstalleerd is het programma Samsung Scanbeheer ook geïnstalleerd.
• • Toepassing verwijderen: hiermee kunt u een item verwijderen dat door de gebruiker werd toegevoegd in de Lijst met beschikbare bestemmingen. Bestandsindeling: hiermee kunt u de vorm selecteren van de ingescande gegevens die opgeslagen moeten worden. U hebt de keuze uit BMP, JPEG, PDF en TIFF. Scaneigenschappen • • • • • • • • Computer-id: geeft de status van uw computer weer. Doelmap: hiermee kunt u de locatie van de standaard opslagmap kiezen. Resolutie: hiermee kunt u de scanresolutie instellen.
Type origineel Achtergrond wissen U kunt het documenttype van het origineel instellen om de kwaliteit te verbeteren van het document dat wordt gescand. Druk op Scan > Scan nr e-mail (of Scan nr pc of Scannen naar server) > het tabblad Afbeelding > Type origineel. Selecteer de gewenste optie en druk op OK. • Tekst: instelling voor originelen met tekst of lijntekeningen. • Tekst/Foto: instelling voor originelen met tekst en foto’s. • Foto: instelling voor halftoonfoto’s.
Scannen met een TWAIN-compatibel programma PDF-codering Om uw PDF-bestanden te coderen moet u parameters instellen voor coderingsniveau, wachtwoord, toegangsmachtiging enzovoort. Als u documenten met andere software wilt scannen, moet u TWAIN-compatibele software gebruiken, zoals Adobe Photoshop. Volg onderstaande stappen om te scannen met TWAIN-compatibele software. 1. Controleer of de printer op uw computer is aangesloten en ingeschakeld is. 2.
Windows Vista 1. Controleer of de printer op uw computer is aangesloten en ingeschakeld is. 2. Plaats originelen in de ADI met de bedrukte zijde naar boven of plaats een enkel origineel op de glasplaat van de scanner met de bedrukte zijde naar onder. (Zie "Originelen plaatsen" op pagina 47.) 3. Selecteer in het menu Start Configuratiescherm > Hardware en geluiden > Scanners en camera’s. 4. Dubbelklik op Een document of foto scannen. De toepassing Windows Faxen en scannen wordt gestart.
1. 2. 3. 4. Klik op Smart Panel in het menu Scanbeheer op de statusbalk. Selecteer het juiste apparaat in Scanbeheer. Druk op Eigenschappen. Gebruik De knop Scan instellen om de bestemming van bestanden of de scaninstellingen te wijzigen, toepassingen toe te voegen of te verwijderen en het formaat van bestanden te wijzigen. Via Poort wijzigen kunt u het scanapparaat wijzigen. (Lokaal of netwerk) 5. Klik op OK wanneer u klaar bent.
Zo slaat u instellingen op voor de volgende scantaak: 1. Selecteer de gewenste instelling in de vervolgkeuzelijst Job Type. 2. De volgende keer dat u het venster Scanner Properties opent, zijn de opgeslagen instellingen automatisch geselecteerd voor de scantaak. Hulppro gramma ’s Naam Functie Save Hiermee slaat u de afbeelding op. Undo Hiermee maakt u de laatste bewerking ongedaan. Redo Hiermee herstelt u de laatste ongedaan gemaakte bewerking.
Faxen 9. Dit hoofdstuk bevat informatie over het gebruik van het apparaat als faxtoestel. In dit hoofdstuk vindt u de volgende onderwerpen: • • • • • • • • • • • • Voorbereiden om te faxen Informatie over het faxscherm Een fax verzenden Een fax ontvangen De documentinstellingen aanpassen Een faxgids instellen • • Wij raden het gebruik aan van traditionele analoge telefoondiensten (PSTN: openbaar telefoonnet) wanneer u telefoonlijnen aansluit om de fax te gebruiken.
• • • • • • • • Het tabblad Afbeelding : hiermee verwijdert u het laatst ingevoerde cijfer. : hiermee verwijdert u alle cijfers van het geselecteerde nummer. Verwijderen: hiermee verwijdert u het geselecteerde faxnummer. Alles verwijd.: hiermee verwijdert u alle faxnummers uit het invoergebied. Adres: hiermee haalt u veelgebruikte faxnummers rechtstreeks op uit het apparaat of van SyncThru™ Web Service. (Zie "Een faxgids instellen met behulp van SyncThru™ Web Service" op pagina 94.
Een fax verzenden Een fax handmatig verzenden 1. Druk op Fax in het hoofdscherm. 2. Plaats de originelen in de ADI met de bedrukte zijde naar boven. In deze methode wordt er een fax verzonden met behulp van On Hook Dial op het bedieningspaneel. 1. Druk op Fax in het hoofdscherm. 2. Plaats de originelen in de ADI met de bedrukte zijde naar boven. 3. Pas de documentinstellingen aan op het tabblad Afbeelding. 4. Selecteer de opties voor Dubbelzijdig en Resolutie op het tabblad Basis. 3.
Uitgestelde faxverzending Meerdere faxen verzenden in een enkele transmissie U kunt het apparaat zo instellen dat een fax op een later tijdstip (tijdens uw afwezigheid) wordt verzonden. 1. Druk op Fax in het hoofdscherm. 2. Plaats de originelen in de ADI met de bedrukte zijde naar boven. 3. Pas de documentinstellingen aan op het tabblad Afbeelding en het tabblad Basis. 4. Druk op het tabblad Geavanceerd > Uitgesteld verzenden. Druk op Aan. 5.
Een fax ontvangen Handmatig faxen ontvangen via een bijkomend telefoontoestel In deze sectie wordt beschreven hoe u een fax ontvangt en welke bijzondere ontvangstmethoden u daarvoor kunt gebruiken. De ontvangstmodus wijzigen Uw apparaat is standaard ingesteld op faxmodus. Als u een fax ontvangt, beantwoordt het apparaat de oproep na een opgegeven aantal belsignalen en wordt de fax automatisch ontvangen. Voer de volgende stappen uit als u de faxmodus wilt wijzigen in een andere modus. 1.
Faxen ontvangen in het geheugen Achtergrond wissen Aangezien het apparaat meerdere taken tegelijk kan uitvoeren, kan het een fax ontvangen terwijl u kopieert of afdrukt. Als u een fax ontvangt tijdens het kopiëren of afdrukken, slaat het apparaat de inkomende fax in het geheugen op. Zodra u klaar bent met kopiëren of afdrukken, wordt de fax automatisch afgedrukt. Als u originelen op gekleurd papier of krantenknipsels scant, kunt u donkere achtergronden lichter maken, verminderen of verwijderen.
• Snelkiesnummer: in dit veld wordt automatisch het eerste beschikbare nummer ingevuld. Als u een ander nummer wilt toewijzen, gebruikt u de pijl-links en de pijl-rechts. • Faxnummer: hier voert u het faxnummer in (alleen cijfers), indien nodig met een netnummer. 4. Druk op OK. Groepsfaxnummers opslaan (Groepsnummer) 1. Druk op Fax > tabblad Basis > Groep. 2. Druk op Nieuw. 3. Druk op het invoergebied in Groeps-id: en voer een naam in zodra het toetsenbord verschijnt.
3. Voer een Wachtw. en Faxnr. ontvanger in met behulp van het numeriek toetsenblok op het bedieningspaneel. De verzender moet aan u het wachtwoord hebben doorgegeven. 4. Druk op OK. Een fax opvragen uit een extern postvak Met deze optie kunt u een fax opvragen (polling) die in een postvak op een ander apparaat is opgeslagen. Voordat u de fax opvraagt, moet de verzender u Postvaknr. en Wachtw. doorgeven. (Zie "Een postvak gebruiken" op pagina 95.) 1. Druk op Fax in het hoofdscherm. 2.
Een fax verzenden tijdens daluren U kunt het apparaat instellen om een fax te verzenden tijdens de daluren zodat u bespaart op de telefoonkosten. Als u een fax verzendt met deze functie, worden de faxgegevens opgeslagen in het geheugen van het apparaat en wordt de fax pas verzonden tijdens de daluren. 1. Druk op Machine Setup op het bedieningspaneel. 2. Druk op Beheerinstelling. Zodra het aanmeldingsbericht verschijnt, voert u het wachtwoord in en drukt u op OK.
De faxtoon voor einde faxontvangst instellen De faxtoon die aangeeft dat de faxontvangst voltooid is kan worden in- en uitgeschakeld. 1. Druk op Machine Setup op het bedieningspaneel. 2. Druk op Beheerinstelling. Zodra het aanmeldingsbericht verschijnt, voert u het wachtwoord in en drukt u op OK. (Zie "Het verificatiewachtwoord instellen" op pagina 44.) 3. Druk op het tabblad Instelling > Fax instellen. 4. Druk op de pijl-omlaag aan de rechterkant. 5. Druk op Geluid bij einde fax. 6. Druk op Aan. 7.
Een USB-geheugenapparaat gebruiken 10. In dit hoofdstuk wordt uitgelegd hoe u een USB-geheugenapparaat samen met uw apparaat kunt gebruiken. In dit hoofdstuk vindt u de volgende onderwerpen: • • • • • Over een USB-geheugenapparaat Informatie over het scherm USB Scannen naar een USB-geheugenapparaat Over een USB-geheugenapparaat De instellingen van de scanfunctie wijzigen Afdrukken vanaf een USB-geheugenapparaat Steek een USB-geheugenapparaat in de USB-geheugenpoort aan de voorkant van het apparaat.
Informatie over het scherm USB De instellingen van de scanfunctie wijzigen Als u de USB-functie wilt gebruiken drukt u op USB in het hoofdscherm. Als In dit gedeelte leest u hoe u de documentinstellingen aanpast voor elke scantaak, zoals resolutie, dubbelzijdig afdrukken, formaat van het origineel, type, kleurmodus, tonerdichtheid enzovoort. De opties die u wijzigt, blijven enige tijd behouden, maar wanneer deze periode is verstreken, worden de standaardwaarden voor deze opties hersteld.
• Mono: hiermee scant u in zwart-wit. 1 bit per pixel. • • • Het bestandsformaat JPEG kan niet geselecteerd worden in de optie Bestandsindeling als Mono werd geselecteerd voor Kleurmodus. Tonersterkte U kunt de tonerdichtheid van de gescande uitvoer selecteren. Als het origineel licht of vaag is, drukt u op de pijl-rechts om het resultaat donkerder te maken. Druk op USB > Naar USB scannen > het tabblad Afbeelding > Tonersterkte.
Afdrukken vanaf een USB-geheugenapparaat U kunt bestanden die opgeslagen zijn op een USB-geheugenapparaat rechtstreeks afdrukken. U kunt TIFF-, BMP-, JPEG- en PRN-bestanden afdrukken. Bestandstypen die de door de optie Rechtstreeks afdrukken worden ondersteund: • PRN: alleen bestanden die zijn gemaakt met het bijgeleverde stuurprogramma zijn compatibel. PRN-bestanden kunnen worden gecreëerd door Naar bestand in te schakelen voor het afdrukken.
Doc vak gebruiken 11. In dit hoofdstuk wordt uitgelegd hoe u Doc vak met uw apparaat gebruikt. In dit hoofdstuk vindt u de volgende onderwerpen: • • Over Doc vak Informatie over het scherm Documentenvak • Over Doc vak Documenten in een documentenvak opslaan Het scherm Documentenvak Met de functie Doc vak kunt u gescande gegevens op de harde schijf opslaan. Gebruikers kunnen de opgeslagen gegevens naar verschillende bestemmingen verzenden, zoals printer, fax, e-mail of FTP/SMB-server.
Het scherm Vak toevoegen U kunt een nieuw vak maken om uw gescande gegevens in op te slaan. Druk op Toevoeg. om een nieuw documentenvak toe te voegen op het scherm Doc vak. Hieronder worden enkele beperkingen voor het documentenvak opgegeven. • U kunt maximaal 100 documentenvakken maken. • Een documentenvak kan tot 200 opgeslagen documenten bevatten. • Een vaknaam mag maximum 20 tekens lang zijn. • Een algemeen ( ) vak wordt standaard gecreëerd.
6. Stel de scaninstellingen in. 7. Druk op Start om te beginnen scannen. Documenten opslaan tijdens kopiëren, scannen of faxen Tijdens kopiëren, scannen of faxen kunt u de gescande originelen opslaan in Doc vak in uw apparaat. 1. Plaats de originelen met de bedrukte zijde naar boven in de DADI. U kunt ook één origineel document met de bedrukte zijde naar onder op de glasplaat van de scanner plaatsen. 2. Druk op het tabblad Kopie > Basis > Opsl nr vak.
de standaard workflow gebruiken 12. In dit hoofdstuk wordt uitgelegd hoe u de standaard workflow met uw apparaat gebruikt. In dit hoofdstuk vindt u de volgende onderwerpen: • • Over de standaard workflow Informatie over het scherm standard workflow • Over de standaard workflow Het scherm Workflow Standard Workflow is een functie waarmee gebruikers op een handige manier taken kunnen uitvoeren met vooraf ingestelde takensets of zogeheten workforms.
Tabbladen Mijn werkformulier en Openbaar werkformulier Het scherm Workform maken U kunt een nieuwe workform maken. Om een nieuwe workform toe te voegen drukt u op Maken op het tabblad Mijn werkformulier of Openbaar werkformulier. U kunt tot 100 workforms maken. Tabblad Invr. • • • • • • • • • • • • • • Type: geeft aan of de workform door de maker is vergrendeld. Naam: toont de naam van de workform. Invr.: toont de invoermodulenaam van de workform.
Meldingsfunctie Tabblad Eigensch. U kunt het resultaat van de verwerking van de taak doorgeven aan een e-mail. Controleer of u Melding voltooien hebt ingeschakeld in Machine Setup > Beheerinstelling > tabblad Instelling > Standaard workflowbeheer. (Zie "Standaard workflowbeheer" op pagina 118.) Goedkeuringsfunctie Voor de uitvoering van de verzendingsmodule kunt u goedkeuring bekomen van de beheerder. • • • • • Naam van workform: hiermee stelt u de naam van de workform in. Uitgest. start.
Status van het apparaat en geavanceerde instellingen 13. In dit hoofdstuk leest u hoe u de huidige status van het apparaat controleert en hoe u geavanceerde instellingen instelt. Lees dit hoofdstuk aandachtig door als u optimaal gebruik wilt maken van de verschillende functies van het apparaat.
De status van het apparaat controleren Algemene instellingen U kunt de apparaatgegevens overlopen en bepaalde functies van het apparaat valideren. 1. Druk op Machine Setup op het bedieningspaneel. 2. Druk op Apparaatstatus > het tabblad Apparaatinfo. Stel de parameters van uw apparaat voor u het in gebruik neemt alsvolgt in: 1. Druk op Machine Setup op het bedieningspaneel. 2. Druk op Beheerinstelling. Zodra het aanmeldingsbericht verschijnt, voert u het wachtwoord in en drukt u op OK.
Optie Ladebeheer Beschrijving Hiermee kunt u de lade en het papier voor een bepaalde afdruktaak instellen. Ladebevestigingsbericht activeert het venster waarin u wordt gevraagd om het papierformaat en de papiersoort in te stellen voor de net geopende lade. • Automatische ladekeuze: met deze optie Aan en zowel lade1 als lade2 gevuld met papier van Letter-formaat, zal het apparaat automatisch via lade2 afdrukken als lade1 leeg is.
Optie Beschrijving Achtergr. hoofdvenst. Om de achtergrondafbeelding van de LCD UI van het apparaat te wijzigen drukt u op Aangepast, selecteert u een aangepaste achtergrondafbeelding uit de lijst en drukt u vervolgens op Laden. Gebruikers kunnen hun eigen achtergrondafbeeldingen registreren vanaf SyncThru™ Web Service. Klik op Settings > Machine Settings > System > Home Window Customization en voeg uw afbeeldingen aan de lijst toe.
Fax instellen Optie Het apparaat beschikt over diverse opties voor het instellen van het faxsysteem. U kunt de standaardinstellingen alsvolgt naar wens aanpassen: 1. Druk op Machine Setup op het bedieningspaneel. 2. Druk op Beheerinstelling. Zodra het aanmeldingsbericht verschijnt, voert u het wachtwoord in en drukt u op OK. 3. Druk op het tabblad Instelling > Fax instellen. De faxopties verschillen van land tot land, afhankelijk van de internationale voorschriften voor communicatieapparatuur.
Optie Beschrijving Instelling ongewenste faxen Als deze functie is ingeschakeld, worden faxberichten geweigerd die afkomstig zijn van een extern nummer dat in het geheugen is opgeslagen onder ongewenste faxnummers. U kunt maximaal tien ongewenste faxnummers invoeren. Druk op Instelling ongewenste faxen, kies het nummer en klik op Bewerken. Voer vervolgens de laatste cijfers van het faxnummer in (1~7 cijfers). Belvolume Met deze functie past u het belvolume aan.
Toegangsbeheer • • Optie Via SyncThru™ Web Service kunnen beheerders gebruikers onderbrengen in verschillende groepen afhankelijk van de rol van iedere gebruiker. De autorisatie, verificatie en account van elke gebruiker zullen worden beheerst door de definitie van de rol van de groep. Als bijvoorbeeld groep A enkel is gemachtigd om de kopieerfunctie te gebruiken, kunnen gebruikers in groep A het apparaat enkel gebruiken om te kopiëren: ze kunnen dus niet faxen of scannen.
Optie Accountingmet hode optie Beschrijving Geen accounting Hiermee worden accounting-functies uitgeschakeld. Netwerkaccoun ting U kunt de netwerkaccount voor gebruikers instellen met behulp van de invoegtoepassing SyncThru™ Web Admin Service voor taakbeheer. Wanneer gebruikers hun kopieer-, fax- of scantaak op het apparaat uitvoeren, zal de accountmodule dat registreren. U kunt het rapport bekijken op de SyncThru™ Web Admin Service.
Voor de configuratie van netwerkverificatie moet u External Authentication Server configureren in Security > Network Security 5. Klik op de knop Apply. 6. Klik op Authority en selecteer de Role Name overeenkomstig de huidige rol van de gebruiker. • Gebruikers kunnen een nieuwe groepsrol creëren door te klikken op de knop Add. 7. Klik op User Profile en selecteer de gebruikers. • U kunt een nieuwe groepsrol creëren door te klikken op de knop Add.
Informatie verbergen Standaard acccountinglijst 1. Voer het IP-adres van uw apparaat als URL in een browser in en klik op Ga naar om toegang te krijgen tot de SyncThru™ Web Service van uw apparaat. 2. Meld u aan als beheerder op SyncThru™ Web Service. (Zie "Gebruiken SyncThru™ Web Service" op pagina 122.) 3. Selecteer Security > User Access Control > Accounting > Standard Accounting List. 4. Selecteer Standard Accounting.
Optionele service Beheer van het documentenvak Als u de optionele functies voor dit apparaat wilt toevoegen, moet u de optionele kit installeren en het apparaat vervolgens zodanig instellen dat deze functies ingeschakeld en geactiveerd worden. Voer de volgende stappen uit om deze functies in te schakelen: 1. Druk op Machine Setup op het bedieningspaneel. 2. Druk op Beheerinstelling. Zodra het aanmeldingsbericht verschijnt, voert u het wachtwoord in en drukt u op OK. 3.
Een rapport afdrukken Optie U kunt een rapport afdrukken met de configuratie van het apparaat, een lijst met lettertypen enzovoort. 1. Druk op Machine Setup op het bedieningspaneel. 2. Druk op Beheerinstelling. Zodra het aanmeldingsbericht verschijnt, voert u het wachtwoord in en drukt u op OK. 3. Druk op het tabblad Afdrukken/Rapport. Optie Suboptie Afdrukk.
U kunt de statusinformatie van het apparaat ook afdrukken of controleren met SyncThru™ Web Service. Open de webbrowser op een computer die is aangesloten op het netwerk en typ het IP-adres van het apparaat. Wanneer SyncThru™ Web Service wordt geopend, klikt u op Information > Print information.
Items Optie Doc vak Geb vak Sys vak Standard Workflow Favor. Mijn werkformulier Openbaar werkformulier USB USB formatteren Via USB afdrukken Naar USB scannen Basis Geavanceerd Afbeelding Uitvoer Beheerinstelling Items Algemeen Apparaatinfo Datum & Tijd Standaardinstellingen Afmetingen Timers Taal Energiebesparing Ladebeheer Luchtdrukaanpassing Contentiebeheer Geluid Beheer van verbruiksartikelen Apparaattest Afb.
Beheerprogramma’s 14. Dit hoofdstuk introduceert beheerprogramma’s waarmee u de mogelijkheden van uw apparaat maximaal kunt benutten.
E-mail Notification Setup Als u deze optie instelt ontvangt u e-mailmeldingen over de status van uw apparaat. 1. Open een webbrowser in Windows, zoals Internet Explorer. Typ het IP-adres van het apparaat (http://xxx.xxx.xxx.xxx) in het adresveld en druk op de Enter-toets of klik op Ga naar. 2. De ingesloten website wordt geopend. 3. Selecteer Machine Settings in E-mail Notification Setup. 4. Geef de vereiste instellingen op. Windows Dubbelklik op dit pictogram in Windows.
5 Instelling stuurprogram ma Geef alle apparaatopties die u nodig hebt op in het venster Voorkeursinstellingen. Deze functie is alleen beschikbaar in Windows. (Zie "Informatie over Voorkeursinstellingen voor afdrukken" op pagina 58.) SmarThru Office gebruiken Scannen 1. Klik op het pictogram voor scannen. • In het Windows XP-besturingssysteem kunt u het opstartprogramma SmarThru Office gebruiken dat zich rechts op de taakbalk bevindt om het venster Scaninstelling te openen.
Verzenden naar Het programma installeren FTP 1. Plaats de cd met stuurprogramma’s die met het apparaat werd meegeleverd. Als de stuurprogramma-cd automatisch wordt uitgevoerd, sluit u het venster. 2. In het menu Start selecteert u Deze computer en vervolgens opent u station X. (X staat voor de letter die aan uw cd-romstation is toegewezen.) 3. Dubbelklik op Application > SetIP. 4. Dubbelklik op Setup.exe om het programma te installeren. 5. Klik op OK. 6.
Gebruik in Linux van de Unified Driver Configurator Printers configuration Printers configuration heeft twee tabbladen: Printers en Classes. Het tabblad Printers Unified Driver Configurator is een hulpprogramma dat hoofdzakelijk bestemd is voor de configuratie van apparaten. U moet Unified Linux Driver installeren om Unified Driver Configurator te gebruiken (zie "Linux Unified Driver installeren" op pagina 38).
Het tabblad Classes Op het tabblad Klassen wordt een lijst met beschikbare apparaatklassen weergegeven. 3 • Hiermee toont u leverancier, model en type van de scanner. Properties: hiermee kunt u de scaneigenschappen wijzigen en een document scannen. Ports configuration In dit venster kunt u de lijst met beschikbare poorten weergeven, de status van elke poort controleren en een poort vrijgeven die bezet wordt door een afgebroken taak. 1 Hiermee geeft u alle apparaatklassen weer.
Onderhoud 15. In dit hoofdstuk vindt u informatie over het onderhoud van het apparaat en de tonercassette.
Uw apparaat reinigen 3. Verwijder met een droge, niet-pluizende doek eventueel stof en gemorste toner in en rond de ruimte voor de tonercassette. Als er problemen met de afdrukkwaliteit opduiken of als u uw apparaat in een stofrijke omgeving gebruikt, moet u uw apparaat regelmatig schoonmaken. Zo garandeert u de beste afdrukcondities en een langere levensduur.
Scannereenheid reinigen U krijgt de beste kopieën als u de scannereenheid schoon houdt. Wij raden u aan om de scannereenheid aan het begin van elke dag te reinigen. Herhaal dit indien nodig in de loop van de dag. 1. Bevochtig een niet-pluizende, zachte doek of een velletje keukenrol met een beetje water. 2. Open het deksel van de scanner. 3. Veeg de glasplaat en het glas van de automatische documentinvoer schoon en droog ze daarna af.
Problemen oplossen 16. In dit hoofdstuk vindt u nuttige informatie over wat u moet doen als er een probleem optreedt. In dit hoofdstuk vindt u de volgende onderwerpen: • • • • • • Toner herverdelen Vastgelopen originele documenten verwijderden Tips om papierstoringen te voorkomen Toner herverdelen Wanneer de tonercassette bijna leeg is: • verschijnen er witte strepen of lichtere vlekken op de afdruk. • verschijnt de volgende melding op het display: Tonercassette is bijna leeg. Bestel een nieuwe..
Vastgelopen originele documenten verwijderden 5. Open de binnenste klep van de ADI. Verwijder voorzichtig het vastgelopen papier. Als een origineel vastloopt in de ADI, verschijnt er een waarschuwingsbericht op het display. Trek het vastgelopen papier voorzichtig en langzaam naar buiten om te voorkomen dat het scheurt. Gebruik de glasplaat van de scanner voor originelen van dik, dun of gemengd papier om papierstoringen te voorkomen. 1. Verwijder alle resterende pagina’s uit de ADI. 2.
Tips om papierstoringen te voorkomen 2. Trek lade 1 uit. U kunt de meeste papierstoringen voorkomen door het juiste type afdrukmedia te gebruiken. Raadpleeg de volgende richtlijnen als er een papierstoring optreedt. • Zorg ervoor dat de verstelbare geleiders correct zijn ingesteld. (Zie "Papier in de lade plaatsen" op pagina 49.) Plaats niet te veel papier in de lade. Zorg dat de papierstapel niet boven de maximummarkering aan de binnenzijde van de lade uitkomt.
In optionele lade 2 In de multifunctionele lade Klik op deze koppeling om een animatie te bekijken over hoe u vastgelopen papier kunt verwijderen. 1. Trek de optionele lade 2 naar buiten. 2. Verwijder het vastgelopen papier uit het apparaat. Klik op deze koppeling om een animatie te bekijken over hoe u vastgelopen papier kunt verwijderen. 1. Als het papier niet op de juiste wijze wordt ingevoerd, trekt u het uit het apparaat. 2. Open en sluit de klep aan de voorzijde om verder te gaan met afdrukken.
Binnen in het apparaat 2. Trek het papier voorzichtig uit de uitvoerlade. Klik op deze koppeling om een animatie te bekijken over hoe u vastgelopen papier kunt verwijderen. Het gebied rond de fixeereenheid is heet. Wees voorzichtig wanneer u papier uit het apparaat verwijdert. 1. Open de klep aan de voorzijde en trek de tonercassette naar buiten door ze voorzichtig naar beneden te drukken.
Rond de duplex-eenheid 6. Vouw de duplex-geleider volledig uit. Klik op deze koppeling om een animatie te bekijken over hoe u vastgelopen papier kunt verwijderen. Als de duplex-eenheid niet op de juiste manier wordt teruggeplaatst, kan er zich een papierstoring voordoen. Zorg ervoor dat de duplex-eenheid op de juiste manier wordt geplaatst. 1. Haal de duplex-eenheid uit het apparaat. 7. Open de klep bij de fixeereenheid door de hendel van de fixeereenheid naar rechts te drukken. 2.
4. Vouw de duplex-geleider volledig uit. Informatie over displaymeldingen Op het display van het bedieningspaneel verschijnen meldingen om de status van het apparaat of fouten te melden. Raadpleeg de onderstaande tabellen voor de betekenis van de meldingen en verhelp het probleem indien nodig. • Als het bericht niet in de tabel voorkomt, schakelt u het apparaat uit en weer in en probeert u de afdruktaak opnieuw uit te voeren. Neem contact op met de klantenservice als het probleem zich blijft voordoen.
Bericht Betekenis Voorgestelde oplossingen Het origineel is in de scanner vastgelopen De poortsensor is niet snel genoeg geactiveerd na de activering van de scansensor. Als het apparaat ingeschakeld is, wordt er vastgelopen papier gedetecteerd in de ADI. Open de klep van de ADI en verwijder het vastgelopen origineel. Origineel vastgelopen tijdens het omkeren van het papier in de scanner. Het document heeft de duplex-sensor niet op tijd kunnen activeren terwijl het werd omgekeerd.
Bericht De tonercassette is versleten. Plaats een nieuwe. Tonercassette is leeg. Plaats een nieuwe. Tonercassette is bijna leeg. Bestel een nieuwe. Betekenis De tonercassette is leeg. Het apparaat drukt niet meer af. De tonercassette heeft het einde van haar levensduur bereikt. De tonercassette is bijna leeg. Voorgestelde oplossingen U kunt de optie selecteren in Stop, Doorgaan. Als u Stop selecteert, stopt het apparaat met afdrukken.
Probleem Het papier blijft vastlopen. Afdrukproblemen Voorgestelde oplossingen • • • • Er ligt te veel papier in de lade. Verwijder het teveel aan papier. Gebruik de multifunctionele lade om af te drukken op speciale materialen. U gebruikt een verkeerde papiersoort. Gebruik alleen papier dat aan de specificaties voor het apparaat voldoet. (Zie "Specificaties van de afdrukmedia" op pagina 158.) Misschien zitten er materiaalresten in het apparaat. Open de voorklep en verwijder de resten.
Mogelijke oorzaak Voorgestelde oplossingen (Vervolg) Het apparaat drukt niet af. Het document is zo groot dat er niet voldoende ruimte op de harde schijf van de computer is om toegang te krijgen tot de afdruktaak. Maak extra ruimte op de harde schijf vrij en druk het document opnieuw af. Het apparaat haalt papier uit de verkeerde invoer. De papieroptie die in de Voorkeursinstelling en voor afdrukken is geselecteerd, is mogelijk onjuist.
Mogelijke oorzaak Voorgestelde oplossingen De kwaliteit van de afgedrukte foto’s is niet goed. De afbeeldingen zijn niet duidelijk. De resolutie van de foto is zeer laag. Verklein de afmetingen van de foto. Als u de afmetingen van de foto in het programma vergroot, wordt de resolutie verlaagd. Er komt voor het afdrukken ter hoogte van de uitvoerlade stoom uit het apparaat. Het gebruik van geperforeerd papier kan damp veroorzaken tijdens het afdrukken. Dit is geen probleem.
Probleem Gekleurde of zwarte achtergrond Tonervlekken Verticaal terugkerende afwijkingen Schaduwvlekken A Voorgestelde oplossingen Probleem Als er in lichte gedeelten te veel toner wordt gebruikt (grijze achtergrond): • Gebruik papier met een lager gewicht. (Zie "Specificaties van de afdrukmedia" op pagina 158.) • Controleer de omgevingsvoorwaarden: bijzonder droge omstandigheden of een hoge luchtvochtigheid (meer dan 80% RV) kunnen leiden tot een grijzere achtergrond.
Probleem Effen kleur of zwarte pagina’s A Losse toner Voorgestelde oplossingen • • • • • • • Openingen in tekens A Horizontale strepen Probleem Mogelijk is de tonercassette niet goed geplaatst. Verwijder de cassette en plaats deze opnieuw. Mogelijk is de tonercassette defect. Verwijder de tonercassette en plaats een nieuwe. (Zie "De tonercassette vervangen" op pagina 151.) Het apparaat moet mogelijk worden hersteld. Neem contact op met de klantenservice. Reinig de binnenkant van het apparaat.
Probleem Afdruk geeft gemakkelijk af. • • Kopieerpapier loopt regelmatig vast. • • • De tonercassette gaat korter mee dan verwacht. Problemen met scannen Doe het volgende • • • Vervang het papier in de lade door papier uit een ander pak. In vochtige omstandigheden mag u papier niet te lang ongebruikt in het apparaat laten zitten. Toestand De scanner doet het niet. Voorgestelde oplossingen • • Waaier de stapel papier uit en leg deze ondersteboven terug in de lade.
Problemen met faxen Toestand Toestand Voorgestelde oplossingen Het apparaat doet niets, het display blijft leeg en de toetsen reageren niet. • Geen kiestoon. • • • Trek de stekker van het netsnoer uit het stopcontact en steek deze er weer in. Controleer of er stroom staat op het stopcontact. Controleer of het telefoonsnoer op de juiste wijze is aangesloten. Controleer of de wandcontactdoos in orde is door er een ander telefoontoestel op aan te sluiten.
Veelvoorkomende PostScript-problemen Veelvoorkomende problemen onder Windows De volgende problemen hebben specifiek betrekking op de PS-taal en kunnen optreden als er meerdere printertalen worden gebruikt. Probleem Het PostScript-bestand kan niet worden afgedrukt. Mogelijke oorzaak Mogelijk is het PostScript-stuurpro gramma niet correct geïnstalleerd. Oplossing • • • Installeer het PostScript-stuurprogra mma.
Veelvoorkomende Linux-problemen Toestand Het apparaat drukt niet af. Toestand Voorgestelde oplossingen • • • • • Controleer of het printerstuurprogramma is geïnstalleerd. Open Unified Driver Configurator en selecteer het tabblad Printers in Printers configuration om de lijst met beschikbare printers weer te geven. Kijk of het apparaat in de lijst staat. Als dit niet zo is, opent u Add new printer wizard om uw apparaat in te stellen. Controleer of het apparaat is ingeschakeld.
Veelvoorkomende Macintosh-problemen Toestand Voorgestelde oplossingen De foutmelding "Cannot open port device file" verschijnt als ik een document afdruk. Wijzig nooit de parameters van een afdruktaak (via LPR GUI bijvoorbeeld) terwijl er een afdruktaak wordt uitgevoerd. Diverse versies van CUPS-server breken de afdruktaak af als de afdrukopties worden gewijzigd en proberen vervolgens de taak vanaf het begin opnieuw uit te voeren.
Verbruiksartikelen en opties 17. In dit hoofdstuk wordt beschreven hoe u verbruiksartikelen, toebehoren en onderdelen voor onderhoud voor uw apparaat kunt aanschaffen. In dit hoofdstuk vindt u de volgende onderwerpen: • • • • • • Aankoopmogelijkheden Verkrijgbare verbruiksartikelen Beschikbare accessoires Verkrijgbare onderdelen voor onderhoud De tonercassette vervangen • • • De verkrijgbare accessoires kunnen verschillen van land tot land.
Verkrijgbare onderdelen voor onderhoud 1. Open de voorklep. 2. Verwijder de tonercassette. Om kwaliteits- en doorvoerproblemen als gevolg van versleten onderdelen te vermijden en ervoor te zorgen dat uw printer goed blijft presteren, moeten de volgende onderdelen vervangen worden als het opgegeven aantal pagina’s is afgedrukt of de levensduur van het desbetreffende onderdeel is verstreken. Onderdelen Gemiddeld aantal afdrukkena Benaming van onderdeel Rubbermat van de ADI Ong. 50.
Voorzorgsmaatregelen die u in acht moet nemen bij de installatie van accessoires • • • Koppel het netsnoer los. Verwijder nooit het toegangspaneel tot het moederbord als de stroom is ingeschakeld. Koppel steeds het netsnoer los als u interne of externe accessoires installeert of verwijdert om het risico op een elektrische schok te voorkomen. Ontlaad statische elektriciteit. Het moederbord en de interne accessoires (netwerkinterfacekaart of geheugenmodule) zijn gevoelig voor statische elektriciteit.
7. Sluit het netsnoer en de printerkabel opnieuw aan. Zet het apparaat aan. Als u een PS-stuurprogramma gebruikt, moet u het geheugen dat in de eigenschappen van het PS-stuurprogramma hebt toegevoegd activeren. Toegevoegde accessoires activeren in de eigenschappen van het PS-stuurprogramma Nadat u de geheugenmodule hebt geïnstalleerd, moet u de module in de printereigenschappen van het PostScript-printerstuurprogramma selecteren om de module te kunnen gebruiken. 1. Het PS-stuurprogramma installeren.
Specificaties 18. In dit hoofdstuk vindt u meer informatie over de specificaties van het apparaat, zoals de verschillende functies. In dit hoofdstuk vindt u de volgende onderwerpen: • • • • • • Algemene specificaties Specificaties van de printer Specificaties van de scanner Specificaties van het kopieerapparaat Specificaties van de fax Specificaties van de afdrukmedia Algemene specificaties Het symbool * verwijst naar een optionele functie, afhankelijk van het apparaat.
Item Beschrijving Levensduur tonercassetted Standaardlevensduur Gemiddelde capaciteit van tonercassette: 4.000 standaardpagina’s. Opgegeven gebruiksduur overeenkomstig ISO/IEC (Starttonercassette met capaciteit van 4.000 pagina’s meegeleverd.)e Hoog rendement Gemiddelde capaciteit van tonercassette: 10.000 standaardpagina’s. Opgegeven gebruiksduur overeenkomstig ISO/IEC Geheugen (uitbreidbaar)* 256 MB (Max.
Specificaties van de scanner Item Beschrijving Compatibiliteit TWAIN-norm/WIA-norm Scanmethode Kleuren-CCD a Resolutie TWAIN standaard tot 600 x 600 dpi (tot 4.800 x 4.800 dpi, softwarematig) WIA standaard tot 600 x 600 dpi Scannen naar USB 100, 200, 300 dpi Scannen en e-mailen Scannen naar server 100, 200, 300, 400, 600 dpi Bestandsformaat netwerkscan PDF, TIFF, JPEGb Effectieve scanlengte Glasplaat van de scanner: 289 mm Automatische documentinvoer: 348 mm Effectieve scanbreedte Max.
Specificaties van de fax De faxfunctie wordt niet door alle apparaten ondersteund. Item Beschrijving Compatibiliteit ITU-T G3 Telefoonlijn Openbaar telefoonnet (PSTN) of achter PABX Gegevenscodering MH/MR/MMR/JBIG/JPEG (alleen Tx) Modemsnelheid 33,6 Kbps Transmissiesnelheid Tot 3 seconden/paginaa Maximale documentlengte 356 mm Resolutie • • • Geheugen HDD-backup (Ontvangen: 2.
Specificaties van de afdrukmedia Type Formaat Gewicht van afdrukmediaa/Capaciteitb Afmetingen lade 1 / optionele lade Normaal papier Letter 216 x 279 mm 75 tot 90 g/m2 • 500 vellen van 80g/m 216 x 356 mm US Folio 216 x 330 mm A4 210 x 297 mm Oficio 216 x 343 mm JIS B5 182 x 257 mm 75 tot 90 g/m2 ISO B5 176 x 250 mm • Executive 184 x 267 mm A5 148 x 210 mm Statement 140 x 216 mm A6 105 x 148 mm Monarch-enveloppen 98 x 191 mm Envelop No.
Contact SAMSUNG worldwide If you have any comments or questions regarding Samsung products, contact the Samsung customer care center. Country/ Region Customer Care Center Web Site Country/ Region Customer Care Center Web Site HONG KONG 3698-4698 www.samsung.com/hk www.samsung.com/ hk_en/ www.samsung.com/at HUNGARY 06-80-SAMSUNG (726-7864) www.samsung.com/hu 810-800-500-55-500 www.samsung/ua www.samsung.com/ ua_ru INDIA 3030 8282 1800 110011 1800 3000 8282 www.samsung.
Country/ Region Customer Care Center Web Site PORTUGAL 80820-SAMSUNG (726-7864) www.samsung.com/pt PUERTO RICO 1-800-682-3180 www.samsung.com/latin REP. DOMINICA 1-800-751-2676 www.samsung.com/latin EIRE 0818 717 100 www.samsung.com/ie RUSSIA 8-800-555-55-55 www.samsung.ru SINGAPORE 1800-SAMSUNG (726-7864) www.samsung.com/sg SLOVAKIA 0800-SAMSUNG (726-7864) www.samsung.com/sk SOUTH AFRICA 0860 SAMSUNG (726-7864) www.samsung.com/za SPAIN 902-1-SAMSUNG(902 172 678) www.samsung.
Verklarende woordenlijst De onderstaande woordenlijst helpt u vertrouwd raken met het product en de terminologie die in deze gebruikershandleiding wordt gebruikt en verband houdt met afdrukken. met een "schijfloos werkstation" een IP-adres ophalen voordat een geavanceerd besturingssysteem wordt geladen. CCD 802.11 802.11 bevat een reeks standaarden voor draadloze-netwerkcommunicatie (WLAN) ontwikkeld door het IEEE LAN/MAN-Standards Committee (IEEE 802).
IP-netwerk. DHCP biedt ook een mechanisme voor de toewijzing van IP-adressen aan clienthosts. DIMM De DIMM (Dual In-line Memory Module) is een kleine printplaat met geheugen. DIMM slaat alle gegevens in het apparaat op, zoals afdrukgegevens of ontvangen faxgegevens. DNS DNS (Domain Name Server) is een systeem dat domeinnaaminformatie opslaat in een gedistribueerde database op netwerken, zoals het internet.
HDD ISO De HDD (Hard Disk Drive), doorgaans een harde of vaste schijf genoemd, is een niet-vluchtig opslagapparaat dat digitaal gecodeerde gegevens opslaat op sneldraaiende platen met een magnetisch oppervlak. De ISO (International Organization for Standardization) is een internationale organisatie die normen vastlegt en samengesteld is uit vertegenwoordigers van nationale standaardiseringsorganisaties. De ISO produceert wereldwijd industriële en commerciële normen.
verzonden om een afbeelding te versturen en aanbevolen wordt door ITU-T T.4. MH is een op een codeboek gebaseerd lengtecoderingsschema dat geoptimaliseerd werd om op een doeltreffende wijze witruimtes te comprimeren. Aangezien de meeste faxen voornamelijk uit witruimte bestaan, kan hiermee de verzendtijd van de meeste faxen tot een minimum worden teruggebracht. PCL MMR PDF MMR (Modified Modified READ) is een compressiemethode die wordt aanbevolen door ITU-T T.6.
Resolutie De scherpte van een afbeelding, gemeten in dpi (dots per inch). Hoe hoger de dpi, hoe hoger de resolutie. door de hitte van de fixeereenheid gesmolten, waardoor het zich aan de vezels in het papier gaat hechten. TWAIN SMB SMB (Server Message Block) is een netwerkprotocol dat hoofdzakelijk wordt toegepast op gedeelde bestanden, printers, seriële poorten en diverse verbindingen tussen de knooppunten in een netwerk. Het biedt tevens een geverifieerd communicatiemechanisme voor processen onderling.
WPA-PSK WPA-PSK (WPA Pre-Shared Key) is een speciale WPA-modus voor kleine ondernemingen en thuisgebruikers. Een gedeelde sleutel of een gedeeld wachtwoord wordt geconfigureerd in het draadloze toegangspunt (WAP) en draadloze laptop- of desktopapparaten. WPA-PSK genereert een unieke sleutel voor elke sessie tussen een draadloze client en de daarmee geassocieerde WAP voor een betere veiligheid.
Index A aanpassen ladeformaat 45 uitvoersteun 158 voorbedrukt papier 52 afdrukresolutie instellen Linux 65 Macintosh 64 Windows 59 aanraakscherm probleemoplossing 139 accessoires bestellen 150 installeren 152 faxen 93 kopiëren 74 scannen 83 apparaatgegevens 109 afdrukken naar een bestand 63 de standaardafdrukinstellingen wijzigen 62 dubbelzijdig afdrukken Macintosh 64 Windows 56, 67 een document aan een bepaald papierformaat aanpassen 57 een document afdrukken Windows 54 het afdrukpercentage wijzigen
faxhoofding instellen 89 faxnummers opslaan 93 faxtoon 97 het documenttype van het origineel selecteren 93 het laatste nummer opnieuw kiezen 90 informatie over het faxscherm 88 ontvangen 92 ontvangen in AntFaxmodus 92 ontvangen in telefoonmodus 92 ontvangen via een bijkomend telefoontoestel 92 ontvangstmodus wijzigen 92 opgeslagen documenten controleren 128 polling 94 postvak 95 resolutie aanpassen 93 tonerdichtheid aanpassen 93 uitgestelde faxverzending 91 verzenden 89 voorbereiden om te faxen 88 I Identi
deleting the data of the mailbox 95 Meerdere paginas op één vel afdrukken nup P plaatsen in de automatische documentinvoer 48 originelen op de glasplaat plaatsen 47 papier in de multifunctionele lade plaatsen 50 plaatsen in lade1 49 speciale media 51 Macintosh 64 Windows 55 Meerdere paginas per vel kopiëren 72 melding een fax in postvak ontvangen 95 plaatsing van het apparaat 33 de hoogte instellen 44 ruimte 33 menuoverzicht 120 multifunctionele lade gebruikstips 50 plaatsen 50 speciale afdrukmedia ge
storing papier verwijderen 133 tips om papierstoringen te voorkomen 133 V veiligheid informatie 11 symbolen 11 SyncThru Web Service algemene informatie 122 SMBFTPinstelling 80 verbruiksartikelen bestellen 150 de levensduur van de verbruiksartikelen controleren 128 tonercassette vervangen 151 verkrijgbare verbruiksartikelen 150 verwachte levensduur van tonercassette 130 T taal 45 TCPIPprotocol 40 tijd instellen 44 timeout van taken instellen 45 toetsenbord Informatie over het toetsenbord 46 toner unit