Operation Manual

73 Organiser
2. Druk op of om “Klokinstellingen” te selec-
teren, en druk vervolgens op .
3. Druk op of om “Zomertijd” te selecteren, en
druk vervolgens op .
4. Druk op of om “Aan” te selecteren, en druk
vervolgens op .
Tijdzone instellen (M 5-3-3)
1. Voer stap 1 t/m 3 uit onder “Datum en tijd instellen”
op pagina 71.
2.
Druk op of om “Tijdzone instellen” te selecteren,
en druk vervolgens op .
3.
Selecteer “Zone wijzigen”, en druk vervolgens op .
4. Druk op of om de woonplaats in te stellen,
en druk vervolgens op .
De tijdzone aanpassen
1. Voer stap 1 t/m 3 uit onder “Datum en tijd instellen”
op pagina 71.
2. Druk op of om “Tijdzone instellen” te selec-
teren, en druk vervolgens op .
3. Druk op of om “Aangepaste zone” te selec-
teren, en druk vervolgens op .
4. Voer met de cijfertoetsen de tijd in, en druk vervol-
gens op .
Als u herhaaldelijk op drukt, wordt afwisse-
lend – en + weergegeven.
Het alarm instellen (M 5-3-1)
Met de alarmfunctie kunt u op een opgegeven tijdstip
worden gealarmeerd.
Het alarm werkt alleen goed als u de klok heeft inge-
steld.
1. Druk op om het hoofdmenu op te roepen.
2. Druk op of om “Organiser” te selecteren, en
druk vervolgens op .
3. Druk op of om “Klok & Alarm” te selecte-
ren, en druk vervolgens op .
4. Selecteer “Alarmsignaal instellen”, en druk vervol-
gens op .
5. Selecteer “Alarmsignalen tonen”, en druk vervol-
gens op .
6. Druk op of om het gewenste alarmnummer
te selecteren, en druk vervolgens op .
U kunt maximaal 5 alarmtijden opgeven.
7. Selecteer “Tijd instellen”, en druk vervolgens op
.
8. Voer met de cijfertoetsen de alarmtijd in, en druk
vervolgens op .
Als u de alarmtijd in een 12-uursnotatie invoert,
drukt u op en wijzigt u am/pm.
9. Druk op of om “Dagelijks herhalen” te se-
lecteren, en druk vervolgens op .