Operation Manual

2-82
KOPIEERMACHINE
Inhoudsopgave
IN HET MIDDEN VAN HET PAPIER KOPIËREN
(Centreren)
Met deze toets centreert u de gekopieerde afbeelding op het papier.
Hiermee kunt u de afbeelding midden in het papier plaatsen wanneer het origineelformaat kleiner is dan het
papierformaat of wanneer u de afbeelding verkleint.
Zonder de centreerfunctie Met de centreerfunctie
1
Plaats het origineel.
Leg het origineel met de bedrukte zijde omhoog in de invoerlade of met de bedrukte zijde omlaag op de glasplaat.
Plaats het origineel in de automatische documentinvoer.
ORIGINELEN IN DE AUTOMATISCHE ORIGINEELINVOER PLAATSEN (pagina 1-37)
Plaats het origineel en geef dan het formaat origineel op.
FORMATEN ORIGINEEL (pagina 2-29)
2
Speciale functies selecteren.
(1) Druk op de toets [Spec. Functies].
(2) Druk op de toets [Beeld bewerken].
TOETS [Beeld bewerken] (pagina 2-78)
3
Selecteer Centreren.
(1) Druk op de toets [Centreren] zodat deze
wordt gemarkeerd.
(2) Druk op [OK].
U keert terug naar het scherm Speciale Functies. Druk op
[OK] om naar het basisscherm van de kopieermodus
terug te keren.
4
Druk op [START].
Het kopiëren begint.
Als u de glasplaat gebruikt om meerdere originelen te kopiëren, vindt het kopiëren plaats terwijl u elk origineel scant. Vervang
de originelen en druk op [START] wanneer u de sorteerfunctie heeft geselecteerd. Herhaal dit tot alle pagina's zijn gescand
en druk dan op [Lezen Klaar].
Als u scannen en kopiëren wilt annuleren...
Druk op de toets [STOP] ( ).
OK
Spiegel-
Beeld
Z/W
Omgekeerd
Centreren
Foto herhalen
OK
Spec. Functies
Afbeeld. bew.
(1) (2)