Operation Manual

3-52
PRINTER
Inhoudsopgave
(1) Klik op het tabblad [Taakverwerking].
(2) Selecteer de instelling voor vasthouden.
Schakel het selectievakje [Vasthouden] in . Selecteer
de methode van vasthouden in "Vasthouden
instellingen". Schakel om een wachtwoord (getal van 5 tot
8 cijfers) in te voeren het selectievakje [Wachtwoord] in
.
(3) Selecteer de instellingen voor
documentarchivering.
Selecteer de map waarin u het bestand wilt opslaan
onder "Instell. Documentarchivering". Als u [Aangepaste
map] selecteert, klikt u op de knop [Opgeslagen in] om de
map te selecteren.
Windows
(1)(2)
(3)
Als [Snelbestand] wordt geselecteerd, wordt
"Vasthouden instellingen" alleen ingesteld op
[Vasthouden na afdr.].
Wanneer u [Snelbestand] selecteert, wordt het
wachtwoord dat is opgegeven in "Vasthouden
instellingen" gewist en kan het niet worden gebruikt.
Als u een bestand wilt opslaan in een aangepaste
map, moet u deze eerst maken met "Documentarch.
Beheer" in de systeeminstellingen (beheerder). Als
een wachtwoord is ingesteld voor een aangepaste
map, geef dan het "Mapwachtwoord" op in het
mapselectiescherm.
Wanneer [Vasthouden] is ingeschakeld bij
[Afdrukbeleid] op het tabblad [Configuratie], is het
selectievakje [Vasthouden] altijd ingeschakeld en is
wijzigen niet mogelijk.
In een IPv6-omgeving kunnen bestanden alleen
worden opgeslagen in de hoofdmap.