Operation Manual

3-64
PRINTER
Inhoudsopgave
E-MAIL AFDRUKKEN
U kunt een e-mail account configureren in het apparaat, zodat het apparaat uw mailserver periodiek controleert, en
automatisch ontvangen e-mailbijlagen afdrukt zonder de printerdriver te gebruiken.
Instellingen configureren
Als u de functie e-mail afdrukken wilt gebruiken, moet u op het apparaat een e-mailaccount configureren. Als u een
account wilt configureren, klikt u op [Toepassingsinstellingen] en vervolgens op [Instellingen voor e-mail afdrukken] in
het menu van de webpagina. (Beheerderrechten zijn vereist.) Raadpleeg de Starthandleiding voor de procedure om
de webpagina's te openen.
Werken met de functie e-mail afdrukken
Als u een bestand wilt afdrukken met de functie e-mail afdrukken, gebruikt u het e-mailprogramma op uw computer
om de bestanden als bijlage naar het e-mailadres van het apparaat te zenden.
U kunt stuuropdrachten in het e-mailbericht typen voor het aantal kopieën en de print-format. U typt opdrachten
volgens de indeling "opdrachtnaam=waarde".
De bedieningscommando's kunnen bijvoorbeeld de volgende zijn:
*1 Dit werkt alleen als er een afwerkingeenheid is geinstalleerd.
*2 Kan worden weggelaten behalve wanneer de authenticatie geschiedt via een gebruikernummer.
Functie Opdrachtnaam Waarden Voorbeeld
Kopieën COPIES 1-999
Nietjes*
1
STAPLEOPTION NONE, ONE
Uitvoer COLLATE OFF, ON
2-zijdige afdruk DUPLEX OFF, TOP, LEFT, RIGHT
Accountnummer*
2
ACCOUNTNUMBER Nummer (5 tot 8 cijfers)
Bestandstype LANGUAGE PCL, PCLXL, POSTSCRIPT, PDF, TIFF,
JPG, XPS
Papier PAPER Naam van beschikbaar papier (A4, LETTER,
enz.)
Document
Archiveren
FILE OFF, ON
FOLDERNAME Maximaal 28 tekens
Snelbestand QUICKFILE OFF, ON
Aanpassen aan
pagina
FITIMAGETOPAGE OFF, ON
Typ de opdrachten als platte tekst. Als u de opdrachten typt in Rich Text (HTML), werken de opdrachten niet.
Typ de opdracht "Config" in het e-mailbericht en u ontvangt een lijst van de stuuropdrachten.
Als niets is opgegeven in de hoofdtekst (het bericht) van de e-mail, wordt afgedrukt volgens de "Standaardinstellingen" in
de systeeminstellingen. Als u een bestand (PCL, PS of XPS) hebt afgedrukt met afdrukinstellingen, worden deze
instellingen toegepast.
Voer alleen een "Bestandstype" in als u een paginabeschrijvingstaal (PDL) opgeeft. Normaalgesproken is het niet nodig
om een bestandstype in te voeren.
COPIES=2
DUPLEX=LEFT
ACCOUNTNUMBER=11111
PAPER=A4