Operation Manual

4-93
FAX
Inhoudsopgave
5
Druk op [START].
Het scannen begint.
Als u de pagina's van het origineel in de documentinvoerlade hebt geplaatst, worden alle pagina's gescand.
Er klinkt een pieptoon ten teken dat het scannen is voltooid.
Als u het origineel op de glasplaat scant, moet u pagina voor pagina scannen.
Wanneer het scannen voltooid is, plaats dan het volgende origineel en druk op de toets [START]. Herhaal dit tot alle
pagina's zijn gescand en druk dan op [Lezen Klaar].
Er klinkt een pieptoon ten teken dat het scannen is voltooid.
Om het scannen te annuleren...
Druk op de toets [STOP] ( ) om de bewerking te annuleren.
Voor rondzendtransmissies gelden wijzigingen in de afdrukvoorwaarden van het transmissierapport voor alle bestemmingen.
Als u de instelling voor het transmissierapport wilt annuleren...
Druk op de toets [Annuleren] in het scherm van stap 4.
Systeeminstellingen (Beheerder): Instelling Afdrukken Transactierapport
Hiermee worden de afdrukvoorwaarden voor afdruktransacties ingesteld.
De standaard fabrieksinstelling is .
Enkele Verzending: Volledig Rapport Afdrukken/ /Geen Afgedrukt Rapport
Distribueren: /Alleen Foutrapport Afdrukken/Geen Afgedrukt Rapport
Ontvangen: Volledig Rapport Afdrukken/Alleen Foutrapport Afdrukken
Vertrouwelijke ontvangst (faxmodus): /Geen Afgedrukt Rapport
Systeeminstellingen (Beheerder): Origineel afdrukken op transactierapport
Hiermee wordt een deel van het verzonden origineel op het transmissierapport afgedrukt.
Alleen Foutrapport Afdrukken
Volledig Rapport Afdrukken
Geen Afgedrukt Rapport
Kennisgevingspagina Afdrukken