Operation Manual

5-70
SCANNER/INTERNETFAX
Inhoudsopgave
KLEURENMODUS WIJZIGEN
Met deze procedure wordt de kleurenmodus waarmee het origineel wordt gescand gewijzigd wanneer op [START]
wordt gedrukt.
Deze functie kan niet worden gebruikt in de modus Internetfax.
Modus Scanmethode
Auto Grijstinten
De machine neemt waar of een origineel in kleur of zwartwit is en selecteert automatisch scannen
in kleur of in zwartwit (Mono2 of grijstinten).
Mono2
Meerkleuren Het origineel wordt gescand in kleur. Deze modus is ideaal voor originelen in kleur, zoals catalogi.
Grijstinten De kleuren in het origineel worden gescand in zwart-wit in gradaties van grijs (grijsschaal).
Mono2 De kleuren van het origineel worden gescand in zwart of wit. Deze modus is ideaal voor originelen
met alleen tekst.
1
Selecteer de scanmodus en geef het scherm kleurmodusinstellingen weer.
(1) Druk op de tab van de modus die u wilt gebruiken.
(2) Druk op de toets [Kleurmodus].
WEERGAVE-INSTELLINGEN (pagina 5-54)
2
Lees het weergegeven bericht en druk
op [OK].
De melding verschijnt niet in USB-geheugenmodus. Ga door
met de volgende stap.
Bij een gemengde rondzendtransmissie wordt de afbeelding verzonden in Mono2.
3
Selecteer de kleurenmodus.
(1) Druk op de toets van de gewenste
kleurmodus.
Als [Automatisch] is geselecteerd, selecteer dan of u het
origineel wilt scannen in grijstinten of in mono2 nadat de
machine heeft gedetecteerd dat het een zwart-wit
origineel is. Als de bestandsindeling is ingesteld op JPEG
zal er in grijstinten worden gescand.
(2) Druk op [OK].
De afbeelding wordt verzonden in [Mono2]
als een fax- of I-faxbestemming wordt
gebruikt.
OK
Scannen/Kleurmodus
OK
Grijstinten
Mono
Mono
Grijstinten
Auto
Meerkleuren
(1) (2)