Operation Manual

5-79
SCANNER/INTERNETFAX
Inhoudsopgave
2
Speciale functies selecteren.
(1) Druk op de toets [Spec. Functies].
(2) Druk op [Programma].
SPECIALE FUNCTIES (pagina 5-74)
3
Roep het opgeslagen programma op.
(1) Druk op de gewenste programmatoets.
(2) Druk op [OK].
4
Selecteer de aanvullende instellingen.
Bij gebruik van een programma kunnen de volgende
instellingen extra worden opgegeven:
Weergave-instellingen:scanformaat origineel*,
bestandindeling, kleurmodus
Verzendinstellingen
Speciale functies: Timer-verzending, Kaart Formaat,
Bestand, Snelbestand, Transmissie
Rapport
* Indien in dit programma opgeslagen, kan het niet extra
worden opgegeven.
Welk scherm verschijnt hangt af van de bestemming die is opgeslagen in het programma.
U kunt de modus hier niet wijzigen.
Functies die in het programma zijn opgeslagen kunnen hier niet worden geannuleerd.
5
Druk op [START].
Het scannen begint.
Als u de pagina's van het origineel in de documentinvoerlade hebt geplaatst, worden alle pagina's gescand.
Er klinkt een pieptoon ten teken dat het scannen is voltooid.
Als u het origineel op de glasplaat scant, moet u pagina voor pagina scannen.
Wanneer het scannen voltooid is, plaats dan het volgende origineel en druk op de toets [START]. Herhaal dit tot alle
pagina's zijn gescand en druk dan op [Lezen Klaar].
Er klinkt een pieptoon ten teken dat het scannen is voltooid.
Om het scannen te annuleren...
Druk op de toets [STOP] ( ) om de bewerking te annuleren.
Programma
Program 3
Program 1
Program 5
Program 7
Program 9
Program 11
Program 4
Program 2
Program 6
Program 8
Program 10
Program 12
1
2
OK
(1) (2)
Auto
Auto
Bestand
Snelbestand
Verzendinst.
USB-geh.scanFaxenInternetfax PC scan
Spec. Functies
Kleurmodus
Best.Indeling
Resolutie
Belichting
Origineel
Scannen
Zenden:
Tekst
200X200dpi
PDF
PDF
Programma : Program C
xxx@xx.xxx.com
Adresoverzicht
A4
Mono
Scannen: