Operation Manual

1-28
VOORDAT U DE MACHINE GEBRUIKT
Inhoudsopgave
Papiertypen die in elke lade kunnen worden gebruikt
De volgende papiertypen kunnen in elke lade worden geladen.
"
" in de tabel geeft aan "kan niet worden gebruikt".
*1 "Zwaar papier" is zwaar papier tot 209
g
/m
2
(110 lbs. index).
*2 Dun papier van 55 g/m
2
tot 59 g/m
2
(13 lbs. tot 16 lbs.) kan worden gebruikt.
Afdrukzijde naar boven of naar beneden
Papier is geladen met de afdrukzijde naar boven of naar beneden afhankelijk van de papiertype en -lade.
De stand waarin geperforeerd papier, papier met briefhoofd en voorbedrukt papier wordt geladen is anders dan dat van
ander papier.
Zie voor informatie "Voorbeeld: plaatsingsstand van geperforeerd papier, briefhoofdpapier en voorbedrukt papier"
(pagina 1-29).
Papierlade 1 tot 4
Plaats het papier met de afdrukzijde naar boven.
Als het papiertype echter "Geperforeerd", "Briefpapier" of "Voorbedrukt" is, laad het papier dan met de afdrukzijde naar
beneden*.
Handinvoerlade
Plaats het papier met de afdrukzijde naar beneden.
Als het papiertype echter "Geperforeerd", "Briefpapier" of "Voorbedrukt" is, laad het papier dan met de afdrukzijde naar
boven*.
* Als "Uitschakelen van duplex" is ingeschakeld in de systeeminstellingen (beheerder), laad het papier dan op de
normale manier (met de bedrukte zijde omhoog in lade 1 tot lade 4; bedrukte zijde omlaag in de handinvoerlade).
Lade 1/Lade 2/Lade 3/Lade 4 Handinvoerlade
Normaal papier Toegestaan Toegestaan
Voorbedrukt Toegestaan Toegestaan
Gerecycled papier Toegestaan Toegestaan
Briefpapier Toegestaan Toegestaan
Geperforeerd Toegestaan Toegestaan
Kleur Toegestaan Toegestaan
Zwaar papier*
1
Toegestaan
Etiketten Toegestaan
Transparanten Toegestaan
Enveloppen Toegestaan
Dun papier*
2
Toegestaan