Operation Manual

24
Aansluiten op videoapparatuur
De projector heeft een COMPUTER/COMPONENT aansluiting, een S-VIDEO aansluiting en een VIDEO
aansluiting voor de video-invoer. Zie de onderstaande afbeelding voor het aansluiten van audiovisuele
apparatuur.
De beeldkwaliteit is het beste bij een componentsignaal, vervolgens bij een S-videosignaal en dan bij
een videosignaal. Als uw audiovisuele apparatuur een component-uitgangsaansluiting heeft, moet u de
COMPUTER/COMPONENT aansluiting (INPUT1) op de projector voor de videoverbinding gebruiken.
Bij gebruik van een S-videokabel
Bij gebruik van een 3 RCA (Component) naar 15-pins D-sub kabel
ø3,5 mm ministekker
naar RCA (tulpstekker)
audiokabel (los
verkrijgbaar)
3 RCA (Component) naar
15-pins D-sub kabel
(optioneel, AN-C3CP)
Naar de audio-uitgangsaansluiting
Naar de component-uitgangsaansluiting (Y, CB/PB, CR/PR)
Naar de INPUT1
aansluiting
Naar de AUDIO
INPUT aansluiting
ø3,5 mm ministekker
naar RCA (tulpstekker)
audiokabel (los
verkrijgbaar)
Naar de audio-uitgangsaansluiting
Naar de S-video-uitgangsaansluiting
Naar de INPUT2
aansluiting
Naar de
AUDIO
INPUT
aansluiting
S-videokabel
(los verkrijgbaar)
XR-1X_NL_CD_[g] 04.6.7, 8:46 PM24