QO *HEUXLNVDDQZLM]LQJ 6
5HLQLJHQ IHUWLJ LQ 6WG $ % & 5HVHW VHF
nl Inhoudsopgave Veiligheidsvoorschriften . . . . . . . . . . . . 4 Bij aflevering . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4 Bij de installatie . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4 Dagelijks gebruik . . . . . . . . . . . . . . . . 4 Bij kinderen in het huishouden . . . . . . 4 Deurvergrendeling . . . . . . . . . . . . . . . 4 Bij schade . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 5 Bij het afvoeren van het apparaat . . . . 5 Kennismaking met het apparaat . . . . . . 5 Bedieningspaneel . . . . . . . . . .
nl Veiligheidsvoorschriften Bij aflevering – Controleer onmiddellijk of de verpakking en de afwasautomaat tijdens het transport beschadigd zijn. Een beschadigd apparaat niet in gebruik nemen maar contact opnemen met uw leverancier. – Het verpakkingsmateriaal milieuvriendelijk volgens de geldende voorschriften afvoeren. – Laat kinderen niet met de verpakking en de onderdelen daarvan spelen. Kans op stikken door vouwdozen en folie.
nl Bij schade – Reparaties en ingrepen mogen alleen door een vakkundig monteur worden uitgevoerd. Hierbij mag het apparaat niet op het lichtnet zijn aangesloten. Stekker uit het stopcontact trekken of de zekering losdraaien resp. uitschakelen. Kraan dichtdraaien. Bij het afvoeren van het apparaat – Het afgedankte apparaat onmiddellijk onbruikbaar maken om eventuele ongelukken te voorkomen. – Het apparaat op een milieuvriendelijke wijze (laten) afvoeren.
nl Menuoverzicht De instellingen vindt u in de afzonderlijke hoofdstukken. • š § ‘ › p ˜ ’ Waterhardheid •:‹‹ - •:‹ˆ Intensief drogen š:‹‹ - š:‹‚ Glansspoelmiddel §:‹‹ - §:‹‡ Warmwater ‘:‹‹ - ‘:‹‚ Pieptoon Programma-einde ›:‹‹ - ›:‹„ Taal p:‹‚ - p:‚Š Automatische uitschakeling ˜:‹‹ - ˜:‹ƒ Boordcomputer ’:‹‹ - ’:‹‚ Taal instellen De taal op het display )2 is van p:‹‚ tot p:‚Š instelbaar. In de fabriek is de taal p:‹‚ (Deutsch) ingesteld.
nl Wateronthardingsinstallatie Voor een goed afwasresultaat heeft de afwasautomaat zacht water, d.w.z. water met weinig kalk nodig. Anders zetten zich witte kalkresten op het serviesgoed en de binnenkant van de spoelruimte af. Leidingwater met een hardheidsgraad boven 7° dH (1,2 mmol/l) moet onthard worden. Dit gebeurt met behulp van onthardingszout (regenereerzout) in de wateronthardingsinstallatie van de afwasmachine.
nl Onthardingszout $ Gebruik van onthardingszout Onmiddellijk vóór het inschakelen van het apparaat zout bijvullen. Hiermee bereikt u dat de overgelopen zoutoplossing onmiddellijk wordt uitgespoeld en corrosie aan het spoelreservoir wordt voorkomen. – De schroefdop van het voorraadreservoir 1b eraf draaien. – Het reservoir met water vullen (alleen nodig bij het eerste gebruik). – Hierna onthardingszout bijvullen (geen keukenzout of tabletten). Hierdoor wordt het water verdrongen en loopt weg.
nl Glansspoelmiddel % Als indicatie Glansspoelmiddel bijvullen P op het bedieningspaneel brandt, dan is er nog glansspoelmiddel voor 1 – 2 afwasbeurten aanwezig. U moet glansspoelmiddel bijvullen. Glansspoelmiddel hebt u nodig voor streeploos gedroogd serviesgoed en heldere glazen. Gebruik alleen glansspoelmiddel voor huishoudelijke afwasautomaten. Gecombineerde reinigingsproducten met glansspoelcomponenten kunnen alleen tot een waterhardheid van 21° dH (37° fH, 26° Clarke, 3,7 mmol/l) gebruikt worden.
nl Indicatie glansspoelmiddel bijvullen uitschakelen Als de glansspoelmiddelindicatie P stoort (bijv. bij gebruik van gecombineerde reinigingsmiddelen met glansspoelcomponenten) dan kan deze worden uitgeschakeld. – Ga te werk zoals onder „Dosering glansspoelmiddel instellen” is beschreven en de waarde op §:‹‹ zetten. Hiermee is de indicatie glansspoelmiddel P bijvullen uitgeschakeld. Serviesgoed Ongeschikt servies – Bestek en servies met houten onderdelen.
nl Inruimen Kopjes en glazen – Grove etensresten verwijderen. Afspoelen onder stromend water is niet nodig. – Het serviesgoed zodanig inruimen dat – het stevig staat en niet kan omvallen; – alle soorten serviesgoed met de opening naar beneden staan; – serviesgoed met een ronding of een holte schuin staat zodat het water er vanaf kan lopen; – het de twee sproeiarmen 1: en 1Z tijdens het ronddraaien niet belemmert. Hele kleine voorwerpen niet in de machine afwassen.
nl Tip Erg vervuild serviesgoed (pannen) moet in de onderste korf worden ingeruimd. Door de sterkere sproeistraal verkrijgt u zo een beter afwasresultaat. Tip Andere voorbeelden hoe u uw afwasautomaat optimaal kunt inruimen, vindt u op onze homepage. U kunt deze gratis downloaden. Ons internetadres vindt u op de achterkant van deze gebruiksaanwijzing.
nl Verstellen van de korfhoogte De bovenste servieskorf 12 kan in de hoogte op 3 standen versteld worden om in de bovenste of onderste servieskorf meer plaats te creëren. Hoogte van het apparaat 81,5 cm Stand 1 max. ø Stand 2 max. ø Stand 3 max. ø Bovenste korf 16 cm 18,5 cm 21 cm Onderste korf 30 cm 27,5 cm 25 cm – De bovenste servieskorf 12 uittrekken. – Om de korf te laten zakken: de twee hendels links en rechts aan de buitenkant van de korf een voor een naar binnen drukken.
nl Afwasmiddel U kunt zowel tabletten als poedervormige of vloeibare afwasmiddelen voor de wasmachine gebruiken, maar nooit handafwasmiddel. Afhankelijk van de vervuiling kan met poedervormig of vloeibaar afwasmiddel de dosering individueel worden aangepast. Tabs bevatten voor alle afwasprogramma’s voldoende werkzame stoffen. Moderne, krachtige afwasmiddelen hebben meestal een laag alkalische receptuur met fosfaat en enzymen. Fosfaten binden de kalk in het water.
nl Tip Als het serviesgoed niet erg vuil is, kunt u normalerwijze volstaan met minder afwasmiddel dan is aangegeven. Geschikte reinigings- en onderhoudsmiddelen kunt u online op onze internetsite of bij de Servicedienst bestellen (zie achterkant). Gecombineerde reinigingsmiddelen Naast de gebruikelijke afwasmiddelen (Solo) wordt een aantal producten aangeboden met extra functies.
nl Programma-overzicht In dit overzicht staat het maximaal mogelijke aantal programma’s vermeld. De bij uw apparaat behorende programma’s kunt u op het bedieningspaneel aflezen.
nl Extra functies * Afhankelijk van het model Instelbaar via de toetsen extra functies h. Ÿ Tijd besparen (VarioSpeed) * Met de functie >>Tijd besparen<< kan de looptijd – afhankelijk van het gekozen afwasprogramma – met ca. 20% tot 50% verkort worden. De op een bepaald ogenblik optredende wijziging van de looptijd wordt op de cijferindicatie 8 aangegeven. Om bij verkorte looptijd optimale reinigingsresultaten te bereiken worden water- en energieverbruik verhoogd.
nl Afwassen Programmagegevens De programmagegevens (verbruikswaarden) vindt u in de korte handleiding. Ze hebben betrekking op normale omstandigheden en de instelwaarde van de waterhardheid •:‹…. Verschillende factoren zoals de temperatuur van het water en de druk in de waterleiding zijn hierbij van invloed en kunnen tot afwijkingen leiden. Aqua-Sensor * * Afhankelijk van het model De Aqua-Sensor is een optisch meetsysteem (met lichtstraal) waarmee de vertroebeling van het afwaswater wordt gemeten.
nl Display Einde van het programma Het display )2 geeft behalve informatie bij het programmaverloop ook extra informatie over bijv. de sproeidruk. Wilt u dat deze informatie niet langer wordt weergegeven, ga dan als volgt te werk. – Deur openen. – AAN/UIT-schakelaar ( inschakelen. – Programmatoets # ingedrukt houden en de START-toets )" net zolang indrukken tot de cijferindicatie 8 •:‹... brandt. – Beide toetsen loslaten.
nl Automatisch uitschakelen na afloop van het programma of binnenverlichting* * afhankelijk van het model Om energie te besparen kan de afwasautomaat 1 min. of 120 min. na afloop van het programma automatisch worden uitgeschakeld. De instelling is van ˜:‹‹ tot ˜:‹ƒ kiesbaar. ˜:‹‹ Het apparaat wordt niet automatisch uitgeschakeld. De binnenverlichting 1" brandt als de deur geopend is, onafhankelijk van de in- of uitgeschakelde AAN-/ UIT-schakelaar (. Bij gesloten deur is de belichting uit.
nl Wijzigen van het programma Na het indrukken van de START-toets )" kan het programma niet gewijzigd worden. Wijzigen van het programma is alleen mogelijk door het programma af te breken (Reset). Intensief drogen Tijdens het glansspoelen wordt de temperatuur verhoogd waardoor het droogresultaat wordt verbeterd. De looptijd kan hierdoor iets verlengd worden. (Wees voorzichtig met gevoelig serviesgoed!) – Deur openen. – AAN/UIT-schakelaar ( inschakelen.
nl Zeven Sproeiarmen De zeven 1j zorgen ervoor dat grove etensresten in het spoelwater niet in de afvoerpomp terechtkomen. Door deze etensresten kunnen de zeven verstopt raken. Het zevensysteem bestaat uit een grove zeef, een vlakke fijne zeef en een microzeef. – Na elke afwasbeurt de zeven op etensresten controleren. – Zeefcylinder zoals afgebeeld losdraaien en het zeefsysteem eruit halen. Kalk en etensresten in het afwaswater kunnen de sproeiopeningen en de lagers van de sproeiarmen 1: en 1Z blokkeren.
nl Storingen zelf verhelpen De ervaring leert dat veel storingen die in het dagelijks gebruik optreden, door u zelf verholpen kunnen worden. Hiermee bespaart u natuurlijk kosten en bent u er zeker van dat de machine snel weer gebruikt kan worden. In het volgende overzicht vindt u eventuele oorzaken van de storingen en nuttige aanwijzingen om deze te verhelpen.
nl ... bij het inschakelen Het apparaat start niet. – Zekering van de huisinstallatie niet in orde. – De stekker zit niet in het stopcontact. – De deur van het apparaat is niet goed dicht. – Zeef aan de kraan verstopt. – Apparaat uitschakelen en de stekker uit het stopcontact trekken. – Kraan dichtdraaien. – Zeef in de toevoerslang schoonmaken. ... bij het instellen De instelling kan niet gewijzigd worden, een programma start. – Verkeerde programmatoets ingedrukt.
nl ... bij de afwas Abnormale schuimvorming – Handafwasmiddel in het reservoir voor glansspoelmiddel. Gemorst glansspoelmiddel leidt tot overmatige schuimvorming. Daarom moet u het gemorste glansspoelmiddel met een doekje verwijderen. Het programma stopt tijdens de afwas. – Stroomtoevoer onderbroken. – Watertoevoer onderbroken. Klappende geluiden van de vulventielen – Wordt veroorzaakt door de ligging van de waterleiding maar heeft geen invloed op het functioneren van het apparaat.
nl Servicedienst Als u de storing niet zelf kunt verhelpen, neem dan contact op met de Servicedienst. De contactgegevens van de dichtstbijzijnde Servicedienst vindt u op de achterkant van deze gebruiksaanwijzing of in de bijgesloten lijst met Servicedienstadressen. Geef aan de Servicedienst typenummer (ENr. = 1) en het FD-nummer (FD = 2) op. U vindt deze gegevens op het typeplaatje 9B op de deur van het apparaat. Om de afwasautomaat goed te laten functioneren moet hij vakkundig worden aangesloten.
nl – Het apparaat niet in de buurt van een warmtebron (radiator, boiler, fornuis of andere apparaten die warmte afgeven) installeren en niet onder een kookplateau inbouwen. – Na het plaatsen van het apparaat moet de stekker gemakkelijk te bereiken zijn. – Bij sommige modellen: In de kunststof behuizing aan de wateraansluiting bevindt zich een elektrisch ventiel, in de toevoerslang bevinden zich de aansluitingsleidingen. De slang niet doorsnijden, de kunststof behuizing niet in water onderdompelen.
nl Aansluiten op de waterafvoer Warmwateraansluiting * – De noodzakelijke handelingen vindt u in het montagevoorschrift. Eventueel een sifon met aansluitnippel monteren. – Afvoerslang met behulp van de meegeleverde onderdelen op de aansluitnippel van de sifon aansluiten. Let erop dat de waterafvoerslang niet geknikt, ingedrukt of ineen gestrengeld is en dat een stop in de afvoer het wegstromen van het water niet belemmert! * Afhankelijk van het model De afwasautomaat kan op koud of warm water tot max.
nl Elektrische aansluiting Transport – Het apparaat uitsluitend via een volgens de voorschriften aangebracht, randgeaard stopcontact op 220 V tot 240 V en 50 Hz of 60 Hz aansluiten. Zie het typeplaatje 9B voor de vereiste zekering. – Het stopcontact moet zich in de buurt van het apparaat bevinden en ook na het inbouwen gemakkelijk bereikbaar zijn. – Veranderingen in de aansluiting mogen alleen door een vakkundig monteur worden uitgevoerd.
nl Afvoeren van de verpakking en van uw oude apparaat Zowel de verpakking van het nieuwe apparaat als het oude apparaat bevat waardevolle grondstoffen en materiaal dat hergebruikt kan worden. De afzonderlijke delen a.u.b. gesorteerd afvoeren. U kunt bij uw leverancier of bij de gemeente informeren hoe u uw oude apparaat en het verpakkingsmateriaal kunt (laten) afvoeren. Verpakking Alle kunststof delen van het apparaat zijn gemerkt met een gestandaardiseerd afkortingsteken (bijv. >PS< polystyreen).
.LQGHUEHYHLOLJLQJ GHXUYHUJUHQGHOLQJ â .LQGHUEHYHLOLJLQJ DFWLYHUHQ 'HXU RSHQHQ ELM JHDFWLYHHUGH NLQGHUEHYHLOLJLQJ .
$48$ 6723 JDUDQWLH QO YHUYDOW ELMâDSSDUDWHQ ]RQGHU $TXD 6WRS $OVâDDQYXOOLQJ RSâGHâJDUDQWLH DDQVSUDNHQ WHJHQRYHU GHâYHUNRSHU LQâGHâNRRSRYHUHHQNRPVW HQâDOV DDQYXOOLQJ RSâRQ]H JDUDQWLH RSâKHW DSSDUDDW ZRUGW XâVFKDGHORRV JHVWHOG DOV DDQ RQGHUVWDDQGH YRRUZDDUGHQ ZRUGW YROGDDQ $OVâGRRU HHQâIRXW LQâRQV $TXD 6WRS V\VWHHP ZDWHUVFKDGH ZRUGW YHURRU]DDNW YHUJRHGHQ ZLM GHâVFKDGH DDQ SDUWLFXOLHUH JHEUXLNHUV 2PâKHW ZDWHUEHYHLOLJLQJVV\VWHHP WHâJDUDQGHUHQ PRHW KHW DSSDUDDW RSâKHW HOHNWULFLWHLWVQHW ]LMQ DDQJHVO