Operation Manual

131
Nederlands
20 Probleemoplossing
Neem bij een storing eerst onderstaande aanwijzingen in acht voordat u het apparaat ter reparatie aanbiedt. Neem contact op
met de hotline wanneer u een probleem ondanks deze aanwijzingen niet kunt verhelpen. Probeer nooit het apparaat zelf te
repareren. Daardoor vervalt de garantie op het apparaat.
Probleem Oorzaak Oplossing
Het frame kan niet
naar achteren van
het apparaat af
worden geschoven.
De transportbeveiligingsschroeven zijn niet
verwijderd.
Verwijder de transportbeveiligingsschroeven en probeer
het opnieuw.
De demontagesleutels zijn niet correct
ingestoken.
Steek de sleutels opnieuw in. Let erop dat de uitstulping
van de demontagesleutel bij het insteken van het
apparaat af moet wijzen.
Het apparaat geeft
geen muziek weer.
De aansluitkabels zijn niet correct
aangesloten.
Controleer of alle kabels correct zijn aangesloten.
De “MUTE”- of “pauzetoets” is ingedrukt. Druk opnieuw op de “MUTE”- of “pauzetoets”.
Het apparaat kan niet
worden
ingeschakeld.
De aan/uit-knop is te kort ingedrukt. Hou de aan/uit-knop langer ingedrukt.
Het bedieningspaneel is niet correct
aangebracht.
Breng het bedieningspaneel opnieuw aan.
Het contact is uitgeschakeld. Schakel het contact in.
De aansluitkabels zijn niet correct
aangesloten.
Controleer of alle kabels correct zijn aangesloten.
De zekering is doorgebrand. Vervang de zekering.
Het apparaat houdt
de opgeslagen
zenders niet vast.
De radio is niet correct aangesloten. Controleer of alle kabels correct zijn aangesloten.
De temperatuur van het apparaat is te
hoog.
Verlaag het volume.
Contacten 4 en 7 zijn niet correct
aangesloten of de voertuigfabrikant heeft
deze contacten verkeerd aangesloten.
Maak de doorzichtige connectoren van de gele en rode
kabels los en steek deze gekruist (geel op rood en rood
op geel) weer in elkaar.
De CD wordt niet
volledig ingetrokken.
De twee transportbeveiligingsschroeven
zijn niet of niet volledig verwijderd.
Verwijder de transportbeveiligingsschroeven en probeer
het opnieuw.