Operation Manual

Als op de functietoets
Nummer
wordt gedrukt, wordt een scherm voor het in-
voeren van een nummer geopend.
Op de functietoets
Oproepen
of
Telefoonboek
drukken om een telefoonnummer
uit de betreffende lijst voor deze sneltoets over te nemen.
Op de functietoets
drukken om de vermeldingen in alle ingaveregels na het
bevestigen met
OK
in een keer te wissen.
Als het invoeren in het menu Verkort kiezen is afgesloten, op de functietoets
OK
drukken.
De ingevoerde naam wordt in het hoofdmenu TELEFOON in de sneltoets weer-
gegeven. Het ingegeven telefoonnummer is aan de sneltoets toegewezen.
Verbinding tot stand brengen via sneltoets
Kort op een bezette sneltoets drukken. Er wordt een verbinding opgebouwd
met het telefoonnummer dat onder de sneltoets is opgeslagen.
Bezette sneltoetsen bewerken
Als de bezetting van een sneltoets moet worden gewijzigd, op de betreffende
sneltoets blijven drukken tot het menu Verkort kiezen voor de bewerking wordt
geopend.
De bezetting van de sneltoetsen blijft in het apparaat opgeslagen, maar wordt
pas weer weergegeven als de betreffende simkaart opnieuw met de mobiele-te-
lefoonvoorbereiding wordt gekoppeld.
Sneltoets
Voicemail
Ook onder de sneltoets
Voicemail
is af fabriek nog geen telefoonnummer opgesla-
gen, omdat dit afhankelijk is van de betreffende provider en het betreffende land.
De omschrijving van deze sneltoets ligt echter vast en kan niet worden gewijzigd.
Hieronder moet het voicemailnummer voor het snel beluisteren van ingesproken
berichten worden opgeslagen.
Ingaveveld: verdere ingavemogelijkheden
- Wisselt tussen hoofdletters en kleine letters en omgekeerd.
- Opent het ingaveveld voor het ingeven van cijfers en speciale tekens. De
toets verandert in
A-Z
. Op
A-Z
drukken om weer naar het invoerscherm voor let-
ters terug te keren.
– Toets voor het ingeven van spaties.
of
- Om de cursor in de ingaveregel naar links of rechts te bewegen.
- Wissen van tekens in de ingaveregel vanaf de cursor van rechts naar links.
Telefoongesprek
Indien een verbindingsopbouw met een telefoonnummer is gestart of een ge-
sprek is aangenomen, wisselt het hoofdmenu TELEFOON naar de weergave Tele-
foongesprek.
Ontvangen telefoonoproep
Een ontvangen telefoonoproep wordt op het beeldscherm door "Ontvangen op-
roep" en het telefoonnummer van de beller aangegeven. Is het nummer van de
beller in het telefoonboek opgeslagen, dan wordt in plaats van het telefoon-
nummer de naam van de beller getoond.
Op de functietoets
drukken om het gesprek aan te nemen.
Op de functietoets
drukken om het gesprek te weigeren.
Tijdens een telefoongesprek
Door tijdens een telefoongesprek op de functietoets
te drukken, wordt het
actuele gesprek "in de wacht gezet" (weergave: "Gesprek in wacht..."). Dit bete-
kent dat de verbinding blijft bestaan, maar het gesprek niet in de wagen wordt
doorgegeven.
Door opnieuw op de functietoets
te drukken, kan het gesprek worden voort-
gezet.
Door tijdens een telefoongesprek op de functietoets
te drukken, wordt de
verbinding met het actuele telefoonnummer beëindigd en wisselt het apparaat
naar het hoofdmenu TELEFOON.
Tweede telefoongesprek tot stand brengen
Tijdens een telefoongesprek op de functietoets
drukken om het actuele ge-
sprek "in de wacht" te zetten, zoals hierboven beschreven.
Een nieuw telefoonnummer kiezen of een opgeslagen telefoonnummer selec-
teren.
Als een tweede gesprek tot stand is gebracht, kan er tussen beide gesprekken
worden gewisseld ("wisselgesprek"), zoals hierna beschreven.
"Aankloppen" en wisselen tussen twee deelnemers
Indien er wordt gebeld tijdens het voeren van een telefoongesprek, verschijnt
het nummer of de naam van de beller onder het actuele gesprek in het beeld-
scherm (functie: "Aankloppen").
In de regel "Ontvangen oproep" op de functietoets
drukken om de tweede
oproep af te wijzen.
In de regel "Ontvangen oproep" op de functietoets
drukken om de tweede
oproep te beantwoorden. De verbinding met de eerste gesprekspartner wordt
onderbroken, maar niet beëindigd (weergave: "Gesprek in wacht...").
20
Telefoon