Operation Manual

Handmatig schakelen (tiptronic)
Afbeelding 151
Keuzehendel / multifunctie-
stuurwiel
Lees en bekijk eerst en op bladzijde 134.
De tiptronic biedt de mogelijkheid om handmatig via de keuzehendel of het
multifunctiestuurwiel te schakelen. Deze stand kan zowel bij stilstand als ook
tijdens het rijden worden gekozen.
De actueel ingeschakelde versnelling wordt op het display » Afbeelding 149 op
pagina 134 weergegeven.
Bij het schakelen op het schakeladvies letten » pagina 43.
Omschakelen naar handmatig schakelen
De keuzehendel vanuit stand D/S naar rechts resp. bij wagens met rechts
stuur naar links drukken.
Bij het omschakelen naar handmatig schakelen tijdens het rijden wordt de mo-
menteel ingeschakelde versnelling aangehouden.
Opschakelen
De keuzehendel naar voren
+
» Afbeelding 151 drukken.
De peddel
+
» Afbeelding 151 kort naar het stuurwiel trekken.
Terugschakelen
De keuzehendel naar achteren
-
» Afbeelding 151 aantippen.
De peddel
-
» Afbeelding 151 kort naar het stuurwiel trekken.
Tijdelijk naar handmatig schakelen in stand D/S omschakelen
Een van de schakelpeddels
-
/
+
kort naar het stuurwiel » Afbeelding 151
trekken.
Indien de schakelpeddels
-
/
+
gedurende meer dan 1 minuut niet worden be-
diend, wordt het handmatig schakelen uitgeschakeld. De tijdelijke omschake-
ling naar handmatig schakelen kan ook zelf worden uitgeschakeld door de
peddel
+
langer dan 1 seconde naar het stuurwiel te trekken.
Let op
In sommige gevallen, bijvoorbeeld bij bergafwaarts rijden, kan het voordelig
zijn handmatig te schakelen. Door het terugschakelen wordt de belasting van
de remmen en daarmee de remslijtage verminderd » pagina 131.
Bij het accelereren schakelt de versnellingsbak kort voor het bereiken van
het maximaal toegestane motortoerental automatisch op naar de volgende
versnelling.
Als een lagere versnelling wordt gekozen, schakelt de versnellingsbak pas
terug wanneer een te hoog motortoerental niet meer mogelijk is.
Wegrijden en rijden
Lees en bekijk eerst en op bladzijde 134.
Wegrijden
De motor starten.
Het rempedaal intrappen en vasthouden.
De grendelknop in pijlrichting
1
» Afbeelding 150 op pagina 135 drukken en
ingedrukt houden.
De keuzehendel in de gewenste stand plaatsen » pagina 134 en de grendel-
knop weer loslaten.
Het rempedaal loslaten en gas geven.
Stoppen (tijdens het rijden)
Het rempedaal intrappen en de wagen op zijn plaats houden.
Het rempedaal intrappen en ingetrapt houden tot de rit wordt voortgezet.
Bij het tijdelijk stoppen, bijvoorbeeld bij een kruising, moet stand N niet wor-
den ingeschakeld.
Kick-down
Met de kick-down-functie is het mogelijk de maximale acceleratie van de wa-
gen tijdens het rijden te bereiken.
Als het gaspedaal volledig wordt ingetrapt, wordt in elke stand voor vooruitrij-
den de kick-down-functie geactiveerd.
De versnellingsbak schakelt, afhankelijk van snelheid en motortoerental, een
of zelfs meerdere versnellingen terug en de wagen accelereert.
Het overschakelen naar een hogere versnelling gebeurt pas als het maximaal
voorgeschreven motortoerental wordt bereikt.
In de neutraalstand in stand E rijden (vrijloop)
De keuzehendel in stand D/S zetten.
136
Rijden