Operation Manual

Bewaakt gebied » Afbeelding 162
Registratiegebied van de camera.
Vlakken buiten het registratiegebied van de camera.
Het gebied achter de wagen wordt weergegeven, wanneer aan de volgende
voorwaarden is voldaan.
Het contact is ingeschakeld.
De achteruitversnelling is ingeschakeld.
1)
De achterklep is volledig gesloten.
De rijsnelheid is niet hoger dan 10 km/h.
Let op
De displayweergave kan door het bedienen van de symbooltoets » Af-
beelding 158 op pagina 147 worden afgebroken.
Na het uit de achteruitversnelling schakelen vindt een automatische display-
weergave van de parkeerhulp plaats (variant 2, 3) » pagina 147.
Orientatielijnen en functietoetsen
Afbeelding 163 Infotainmentdisplay: Oriënteringslijnen / functietoetsen
Lees en bekijk eerst en op bladzijde 149.
Op het display worden samen met het bewaakte gebied achter de wagen ook
oriënteringslijnen weergegeven.
A
B
Afstand van de oriënteringslijnen achter de wagen » Afbeelding 163
De afstand bedraagt circa 40 cm (veiligheidsafstandsgrens).
De afstand bedraagt circa 100 cm.
De afstand bedraagt circa 200 cm.
De afstand tussen de zijlijnen komt ongeveer overeen met de wagenbreedte
incl. de buitenspiegels.
Functietoetsen » Afbeelding 163
Uitschakelen van de weergave van het gebied achter de wagen.
Beeldscherminstelling - Helderheid, contrast, kleur.
Uit-/inschakelen van de akoestische signalen van de parkeerhulp.
Uit-/inschakelen van de verkleinde parkeerhulpweergave.
Wisselen naar de parkeerhulpweergave.
VOORZICHTIG
De op het display weergegeven voorwerpen kunnen dichterbij of verder af zijn
dan in werkelijkheid. Dat is vooral in de volgende situaties het geval.
Uitstekende voorwerpen, bijvoorbeeld een trekhaak, de achterzijde van een
vrachtwagen enz.
Wanneer u van een horizontale ondergrond een helling of berg op- of afrijdt.
Wanneer u van een helling of berg een horizontale ondergrond oprijdt.
Let op
De oriënteringslijnen zijn onbeweeglijk, daarom wisselt de afstand van de
strepen achter de wagen afhankelijk van de beladingstoestand aan de achter-
zijde van de wagen alsmede van de helling van het wegdek.
Inparkeersysteem
Inleiding voor het onderwerp
In dit hoofdstuk vindt u informatie over de volgende onderwerpen:
Werking
151
Parkeerruimte zoeken 152
Inparkeren 152
Uit een parallel aan de rijbaan liggende parkeerruimte uitparkeren 153
A
B
C
1)
Het gebied achter de wagen kan nog enkele seconden na het uit de achteruitversnelling schakelen wor-
den weergegeven.
150
Rijden