Operation Manual

Airbagsysteem
Beschrijving van het airbagsysteem
Inleiding voor het onderwerp
In dit hoofdstuk vindt u informatie over de volgende onderwerpen:
Systeembeschrijving 15
Airbagactivering 15
Het airbagsysteem biedt in samenwerking met omgegespte veiligheidsgordels
een extra inzittendenbescherming bij ernstige aanrijdingen van voren en van
opzij.
De status van het airbagsysteem wordt door het controlelampje
in het in-
strumentenpaneel weergegeven » pagina 37.
ATTENTIE
De beste beschermende werking van de airbags wordt alleen in combi-
natie met omgegespte veiligheidsgordels bereikt.
De airbag is geen vervanging van de veiligheidsgordel, maar een deel van
het totale passieve veiligheidsconcept van de wagen.
Om ervoor te zorgen dat de inzittenden bij het activeren van de airbags
zo optimaal mogelijk worden beschermd, moet de instelling van de voor-
stoelen aan de lichaamsgrootte zijn aangepast » pagina 8, Juiste en veilige
zithouding.
Wanneer u tijdens het rijden geen veiligheidsgordels hebt omgegespt, te
ver naar voren leunt of een andere verkeerde zitpositie inneemt, staat u bij
een ongeval bloot aan een verhoogd gevaar voor letsel.
ATTENTIE
Aanwijzingen voor het behandelen van het airbagsysteem
Als zich een storing voordoet, het airbagsysteem direct door een specia-
list laten controleren. Anders bestaat het gevaar dat de airbags bij een on-
geval niet worden geactiveerd.
Aan de delen van het airbagsysteem mag geen enkele verandering wor-
den aangebracht.
ATTENTIE (vervolg)
Alle werkzaamheden aan het airbagsysteem evenals het in- en uitbou-
wen van onderdelen van het systeem vanwege andere reparatiewerkzaam-
heden (bijvoorbeeld het stuurwiel uitbouwen) mogen alleen door een spe-
cialist worden uitgevoerd.
Nooit wijzigingen aan de voorbumper of aan de carrosserie aanbrengen.
Geen afzonderlijke delen van het airbagsysteem manipuleren, omdat dit
tot activeren van een airbag kan leiden.
Als de airbag is geactiveerd, moet het airbagsysteem worden vervangen.
Systeembeschrijving
Lees en bekijk eerst op bladzijde 15.
Het opblazen van de airbag gebeurt in een fractie van een seconde.
Als de airbags worden geactiveerd, vullen ze zich met gas en ontvouwen zich.
Bij het opblazen van de airbag komt een grijs-wit of rood, onschadelijk gas vrij.
Dat is volkomen normaal en betekent niet dat er in de wagen brand is uitge-
broken.
Het airbagsysteem bestaat (afhankelijk van de wagenuitvoering) uit de
volgende onderdelen.
Voorairbag voor de bestuurder en de bijrijder » pagina 16.
Bestuurdersknie-airbag » pagina 17.
Zij-airbags » pagina 18.
Hoofdairbags » pagina 19.
Airbagcontrolelampje in het instrumentenpaneel » pagina 37.
Sleutelschakelaar voor bijrijdersvoorairbag » pagina 20.
Controlelampje voor de bijrijdersvoorairbag in het middenstuk van het dash-
board » pagina 20.
Airbagactivering
Lees en bekijk eerst op bladzijde 15.
Het airbagsysteem is alleen bij ingeschakeld contact actief.
15
Airbagsysteem