Operation Manual

BR 700
Nederlands
59
Het apparaat na de werkzaamheden op
een vlakke, niet-brandbare ondergrond
neerzetten. Niet in de buurt van licht
ontvlambare materialen
(bijv. houtspanen, boomschors, droog
gras, brandstof) neerzetten –
brandgevaar!
Als het apparaat niet volgens voorschrift
(bijv. door geweld van buitenaf, door
stoten of vallen) werd uitgeschakeld,
voor het opnieuw in gebruik nemen
beslist controleren of het apparaat in
een bedrijfszekere staat verkeert – zie
ook "Voor het starten". Vooral op
lekkage van het brandstofsysteem en de
goede werking van de
veiligheidsinrichtingen letten. Een niet-
bedrijfszeker apparaat in geen geval
verder gebruiken. In geval van twijfel
contact opnemen met een
geautoriseerde dealer.
Bladblazer gebruiken
Het apparaat wordt op de rug gedragen.
De rechterhand bedient de blaaspijp via
de bedieningshandgreep.
Alleen stapsgewijs voorwaarts werken
de luchtuitstroomopening van de
blaaspijp altijd in het oog houden – niet
achteruit lopen – kans op struikelen!
Motor uitzetten alvorens het apparaat
van de rug te nemen.
Werktechniek
Voor het minimaliseren van de blaastijd
de hark en bezem gebruiken om het vuil
voor het schoonblazen los te maken.
Geadviseerde werktechniek voor een
minimale luchtvervuiling:
Indien nodig het schoon te blazen
oppervlak met water besproeien om
sterke stofvorming te voorkomen.
Het vuil niet in de richting van
personen, vooral kinderen,
huisdieren, in de richting van
openstaande ramen of net
gewassen auto's blazen. Vuil
voorzichtig wegblazen
Bij elkaar geveegd vuil in een
vuilniscontainer afvoeren, niet op
het perceel van de buurman blazen
Geadviseerde werktechniek voor een
minimale geluidsproductie:
Motorapparaten alleen gedurende
de werkuren gebruiken – niet 's
ochtends vroeg, laat in de
avond/nacht of tijdens de
middagpauze, als mensen er hinder
van kunnen ondervinden. De lokaal
voorgeschreven rusttijden
aanhouden
De bladblazer laten draaien met
een zo laag mogelijk motortoerental
waarbij de blaascapaciteit
voldoende is voor de
werkzaamheden
De uitrusting voor de
ingebruikneming controleren, vooral
de uitlaatdemper, de
luchtaanzuigopeningen en het
luchtfilter
Trillingen
Langdurig gebruik van het
motorapparaat kan leiden tot door
trillingen veroorzaakte
doorbloedingsstoornissen aan de
handen ("witte vingers").
Een algemeen geldende gebruiksduur
kan niet worden vastgesteld, omdat
deze van meerdere factoren afhankelijk
is.
De gebruiksduur wordt verlengd door:
Warme handen
Rustpauzes
0009BA001 KN