User Manual

Table Of Contents
0478 111 9941 B - NL
72
11.1 Verbrandingsmotor starten
Duw de motorstopbeugel (1) naar de
duwstang en houd deze vast.
Trek de startkabel (2) langzaam tot aan
de compressorweerstand uit. Trek
aansluitend krachtig en snel tot de
volledige armlengte door. Laat de
startkabel (2) weer langzaam
teruggaan, opdat deze weer correct
wordt opgerold.
Voer deze actie opnieuw uit tot de
verbrandingsmotor aanslaat.
11.2 Verbrandingsmotor
uitschakelen
Laat de motorstopbeugel (1) los
om de verbrandingsmotor uit te
schakelen.
De verbrandingsmotor en het maaimes
komen na een korte uitlooptijd tot
stilstand.
11.3 Wielaandrijving (RM 443 T,
RM 448 PC, RM 448 PT,
RM 448 T, RM 448 TX,
RM 448 TC, RM 448 VC)
De grasmaaiers RM 443 T, RM 448 PC,
RM 448 PT, RM 448 T, RM 448 TX,
RM 448 TC en RM 448 VC zijn voorzien
van een wielaandrijving.
RM 443 T, RM 448 PC, RM 448 PT,
RM 448 T, RM 448 TX, RM 448 TC:
Een aandrijfsnelheid vooruit (transmissie
met één versnelling)
RM 448 VC:
Onderweg traploos instelbare
aandrijfsnelheid vooruit (vario-
transmissie)
Wielaandrijving inschakelen:
verbrandingsmotor starten. (Ö 11.1)
Beugel wielaandrijving (1) naar de
duwstang trekken en houden.
De wielaandrijving schakelt in en de
grasmaaier zet zich vooruit in
beweging.
Aandrijfsnelheid instellen (RM 448 VC):
Rijsnelheid verhogen:
hendel vario-aandrijving (2)
onderweg naar voren drukken.
Rijsnelheid verlagen:
hendel vario-aandrijving (2)
onderweg naar achteren
trekken.
Wielaandrijving uitschakelen:
beugel wielaandrijving (1) loslaten. De
wielaandrijving schakelt uit en de
grasmaaier blijft staan. De
verbrandingsmotor draait verder.
11.4 Grasopvangbox ledigen
Grasopvangbox loshaken. (Ö 8.3)
De grasopvangbox aan de sluitlip (1)
openen. Bovenste gedeelte van de
grasopvangbox (2) naar boven
openklappen en houden.
Grasopvangbox naar achter
omklappen en maaigoed ledigen.
Grasopvangbox sluiten.
Grasopvangbox vasthaken. (Ö 8.3)
12.1 Algemeen
11. Apparaat in gebruik
nemen
Start de verbrandingsmotor niet in
hoog gras. Selecteer bij moeilijk
starten een hogere instelling van de
snijhoogte.
Na het opstarten werkt de
verbrandingsmotor dankzij de vaste
aandrijfsnelheid steeds met
optimaal toerental.
14
15
Voorkom schade aan het
apparaat!
Beugel wielaandrijving steeds
volledig (tot aan de aanslag)
indrukken, om gevolgschade aan
de transmissie te vermijden.
Voorkom schade aan het
apparaat!
Hendel vario-aandrijving (2) alleen
bij draaiende verbrandingsmotor
bedienen.
16
17
Kans op letsel!
Vóór het loshaken van de
grasopvangbox moet de
verbrandingsmotor om
veiligheidsredenen worden
uitgeschakeld.
12. Onderhoud
Kans op letsel!
Neem de
veiligheidswaarschuwingen in het
hoofdstuk ´Voor uw veiligheid´ in
acht. (Ö 4.).
18