Operation Manual

81
NEDERLANDS
Instructies voor veiligheidsgordels:
1. De heupgordel moet laag worden bevestigd over de voorzijde
van de heup, zodanig dat de hoek van de heupgordel zich
binnen de horizontale voorkeurszone van 30 tot 75 graden
bevindt.
Hoe groter de hoek binnen deze begrenzing, hoe beter, maar

2. De bovenlichaamgordel moet over de schouder en diagonaal
over de borst worden gedragen, zoals op de afbeelding
weergegeven. Fig. D en E
De gordels moeten zo strak mogelijk worden gebruikt, maar
moeten altijd comfortabel zijn voor de gebruiker.

De gordel voor het bovenlichaam moet dwars over de schouder
worden bevestigd, zoals getoond in afbeeldingen D en E.
3. De bevestigingspunten van de stoel bevinden zich aan de
binnenzijde aan de voorkant van het frame vlak boven het
zwenkwiel en aan het frame aan de achterzijde. De banden
worden rond het frame aan de zijkanten geplaatst waar de
horizontale en verticale buizen van het frame elkaar kruizen.

4. Op het frame van de rolstoel wordt door middel van het

de verankeringsbanden geplaatst moeten worden. De banden
worden strak getrokken nadat de banden aan de voorzijde zijn
aangebracht om de rolstoel te borgen.
De plaatsing van verankeringsbanden op de rolstoel
1. De plaats van de afbeeldingen die aangeven waar aan de
voor- en achterzijde de spanbanden geplaatst moeten worden


de sticker en het verankeringspunt.

Transport >>>
Fig. H
Fig. I
Fig. J
Fig. G
Fig. K
Fig. D
Fig. E
Fig. C
VOORKEURSGEBIED
Fig. F