User manual

Gebruikershandleiding Synology NAS
Gebaseerd op DSM 5,1
26 Hoofdstuk 5: Opslagruimte beheren
RAID-type
HDD #
Toegestaan
mislukt HDD #
Beschrijving
Capaciteit
RAID 1
2-4
(HDD #) - 1
Het systeem schrijft gelijktijdig identieke gegevens
naar iedere harde schijf zodat de integriteit van de
gegevens gewaarborgd is wanneer ten minste een
schijf normaal werkt.
Kleinste HDD-
grootte
RAID 5
≧ 3
1
Deze configuratie bevat een back-upoptie. Ze
gebruikt de pariteitsmodus om overtollige gegevens
op te slaan op een ruimte die gelijk is aan de
grootte van een schijf voor later gegevensherstel.
(HDD # – 1) x
(kleinste HDD-
grootte)
RAID 5+Spare
≧ 4
2
Er zijn minstens vier schijven nodig om een RAID
5+Spare-opslagruimte samen te stellen, waarbij
een van deze schijven als hot spare-station
fungeert om het defecte station van het volume
automatisch te herstellen.
(HDD # – 2) x
(kleinste HDD-
grootte)
RAID 6
≧ 4
2
RAID 6 biedt extra gegevensbescherming. Het
maakt gebruik van de pariteitsmodus om
redundante gegevens op te slaan op een ruimte die
gelijk is aan de grootte van twee schijven voor later
gegevensherstel.
(HDD # – 2) x
(kleinste HDD-
grootte)
RAID 10
≧ 4
(even aantal)
1 HDD in elke
RAID 1-groep
RAID 10 heeft de performantie van RAID 0 en het
gegevensbeveiligingsniveau van RAID 1. RAID 10
combineert twee harde schijven in een RAID 1-
groep en combineert alle groepen met RAID 0.
(HDD # / 2) x
(kleinste HDD-
grootte)
Schijfgroepen maken
Zoals eerder aangegeven, biedt het maken van schijfgroepen meer flexibiliteit bij het beheer van opslagruimtes.
Schijfgroepen kunnen in de wizard Volume aanmaken worden gemaakt, maar ook door naar Opslagbeheer >
Schijfgroep te gaan en op Maken te klikken.
Volumes of schijfgroepen herstellen
De herstelfunctie is beschikbaar voor RAID 1, RAID 10, RAID 5, RAID 5+Spare, RAID 6 en SHR-volumes of
schijfgroepen. Afhankelijk van uw RAID-types, zal het volume of de schijfgroep wanneer een van de harde
schijven in het volume of de schijfgroep uitvalt, zich in de modus Beschadigd bevinden. U kunt het volume of de
schijfgroep herstellen door de vastgelopen schijf (schijven) te vervangen om de gegevens op het volume of de
schijfgroep te vrijwaren. Raadpleeg DSM Help voor gedetailleerde instructies.
RAID-type wijzigen
De RAID-types van bestaande volumes en schijfgroepen kunnen gewijzigd worden zonder gegevensverlies, wat
u toelaat om opslagcapaciteit eenvoudig en economisch te beheren. Zo kunt u bijvoorbeeld een RAID 1-volume
op uw Synology NAS maken en later naar een RAID 5 veranderen wanneer u meer harde schijven installeert.
De onderstaande secties geven basisinformatie over het wijzigen van RAID-types. Raadpleeg DSM Help voor
gedetailleerde instructies.
Ondersteunde RAID-types
U kunt de RAID-types als volgt wijzigen.
RAID-type
Kan worden gewijzigd naar...
Basic
RAID 1, RAID 5, RAID 5+Spare
RAID 1
RAID 5, RAID 5+Spare
RAID 5
RAID 5+Spare, RAID 6
Mirror-schijf toevoegen aan RAID 1
RAID 1