Manual

tams elektronik
tams elektronik LD-G-43
Remgedrag bij gelijk-spanning
Naam Nr. Invoerwaarden
(Defaultwaarden)
Verklaring en aanwijzingen
Remgedrag bij
gelijk-spanning
27 0, 16, 32, 48 (48) Geen remmen bij gelijkspanning 0
Remmen bij negatieve gelijkspanning 16
Remmen bij positieve gelijkspanning 32
Aanwijzing: Standaard wordt bij het aanleggen van een gelijkspanning op de rails naar analoog bedrijf
omgeschakeld. Wordt de decoder op een modelspoorweg met een remtraject gebruikt die op het
aanleggen van een gelijkspanning is gebaseerd (b.v. Märklin**-remtraject), dan moet de analoog
herkenning uitgeschakeld worden (in CV 29) zodat de loc zoals gewenst op het remsignaal reageert.
De weergave van de negatieve of positieve gelijkspanning wordt in de rijrichting van de loc gezien
bepaald door de rechter railstaaf.
Gebruik van de ABC-remmethode, constante remweg, pendeltreinbedrijf
Naam Nr. Invoerwaarden
(Defaultwaarden)
Verklaring en aanwijzingen
ABC-gevoeligheid 122 0 … 255 (10)
= Niveau van asymmetrie van de
baanspanning, die de decoder
interpreteert als het binnenrijden van een
ABC-remsectie.
0 = hoogste gevoeligheid
255 = laagste gevoeligheid
Opmerkingen:
Boosters die geen 100% symmetrische spanning hebben of extra stroomkringen op het spoor (bijv.
spoorbezetmelders) kunnen onbedoeld een asymmetrische spoorspanning genereren. Om te voorkomen
dat de LD-G-41 deze asymmetrische spanning op het normale spoor interpreteert als binnenrijden in een
ABC-remsectie, kan de ABC-gevoeligheid worden verlaagd.
Om de decoder te laten reageren op de ABC-remsectie, moet de ABC-remprocedure worden geactiveerd
in CV 121.
Configuratievariabelen en registers | 57