Operation Manual

94
3.ALGEMENE KOPIEERFUNCTIES INSTELLEN
3
7. AFDRUKDICHTHEID INSTELLEN
De dichtheid van de afdrukken kan op twee manieren worden ingesteld: automatisch en handmatig.
Bij de automatische instelling wordt de dichtheid van elk origineel automatisch gedetecteerd en de optimale
beelddichtheid geselecteerd. Bij de handmatige instelling kunt u het gewenste dichtheidsniveau van het
beeld selecteren. Stel de dichtheid in aan de hand van de kwaliteit van het origineel.
* Standaardinstelling: handmatige dichtheid voor kleur, automatische dichtheid voor zwart-wit.
Automatische afdrukdichtheid
1
Plaats papier in de papierlade(n).
- "1.KOPIEERPAPIER PLAATSEN" pagina 36.
2
Plaats het origineel/de originelen.
- "2.ORIGINELEN PLAATSEN" pagina 45.
3
Druk op de [AUTO] toets.
z Selecteer eventueel andere kopieerinstellingen.
4
Druk op de [START] toets.
Handmatige afdrukdichtheid
1
Plaats papier in de papierlade(n).
- "1.KOPIEERPAPIER PLAATSEN" pagina 36.
2
Plaats het origineel/de originelen.
- "2.ORIGINELEN PLAATSEN" pagina 45.
3
Druk op de of toets om de
afdrukdichtheid in te stellen op het
gewenste niveau.
- Elke keer wanneer u op de of toets drukt, worden de
kopieën respectievelijk lichter of donkerder.
z Selecteer eventueel andere kopieerinstellingen.
4
Druk op de [START] toets.