Operation Manual

97
4
2. RGB INSTELLEN
Met deze functie kunt u de kleurbalans instellen door tijdens het scannen van het origineel de sterkte van
de kleuren rood (R), groen (G) en blauw (B) aan te passen.
Allen mogelijk bij gebruik van de functie Kleur.
1
Plaats papier in de papierlade(n).
- "1.KOPIEERPAPIER PLAATSEN" pagina 36.
2
Plaats het origineel/de originelen.
- "2.ORIGINELEN PLAATSEN" pagina 45.
3
Druk op de [BEELD] toets om het
beeldmenu te openen. Druk vervolgens
op de [RGB INSTELLEN] toets.
4
Druk op de of toets om de
kleurbalans in te stellen.
- Druk op de toets om de tint van de kleur te versterken en druk
op de toets om de tint van de kleur af te zwakken.
5
Druk op de [ENTER] toets.
z Selecteer eventueel andere kopieerinstellingen.
6
Druk op de [START] toets.
De RGB-instelling annuleren
U kunt de instelling op twee manieren wissen.
- Druk op de of toets in de kolom die u wilt annuleren.
Hiermee verplaatst u de indicator naar 0. Druk daarna op de
[ENTER] toets.
- Als u alle drie de instellingen wilt annuleren, drukt u op de
[STANDAARD] toets en vervolgens op de [ENTER] toets.