User manual

102
d) Parameters van de laadprogramma‘s
1.Accuchemie(„BATT-TYPE“)
In overeenstemming met de spanning van de geplaatste accu wordt de accuchemie NiMH-/cd- of NiZn voorgesteld.
Bij vb. diepontladen NiZn-accues moet evt. de accuchemie manueel worden geselecteerd en met „OK“ worden
bevestigd.
Een afzonderlijke keuze voor de linker (S1/S3/S5/S7) en rechter (S2/S4/S6/S8) laadschachten is mogelijk.
Daarbij moet rekening worden gehouden dat er zich in de linker of rechter laadschachten alleen accu‘s met
dezelfde accuchemie bevinden. Deze keuze geldt uitsluitend voor de andere accu‘s in de laadschachten op
dezelfde pagina. Een wijziging is uitsluitend mogelijk wanneer vooraf alle accu‘s aan dezelfde zijde werden
verwijderd.
2.Programma(„PROGRAM“)
„RECHARGE“ (RCH) = Herladen: De accu wordt geladen.
„DISCHARGE“ (DIS) = Ontladen: De geïnstalleerde accu wordt nu ontladen. Er vindt geen druppellading
plaats.
„PROCHARGE“ (PCH) = Ontladen -> laden: De geïnstalleerde accu wordt voor het eigenlijke opladen eerst
ontladen om een memory-effect te voorkomen.
„CYCLE“ (CYC) = Cyclisch laden: De geïnstalleerde accu wordt eerst herladen, daarna ontladen en tot
slot opnieuw opgeladen.
„ALIVE“ (ALV) = Opfrissen: Dit accuprogramma dient om nieuwe accu‘s en accu‘s die lange tijd zijn
opgeslagen, weer ‚op te frissen‘. De accu wordt eerst heropgeladen. Dan wordt de
accu twee maal ontladen en opgeladen.
„MAXIMIZE“ (MAX) = Maximaliseren: Het accuprogramma laadt en ontlaadt de accu tot de ontlaadcapa-
citeit niet aanzienlijk meer verhoogt. De instelbare afkoeltijd (zie parameter „COOL
TIME“) wordt telkens na het opladen ingevoegd.