User manual

105
Weergave van de laaddiagrammen op het laadapparaat:
Het verloop van de laadstroom- en spanningscurve over de tijd kan per laadschacht rechtstreeks op het laadap-
paraat worden weergegeven. Daarvoor wordt de gewenste laadschacht in het hoofdscherm geselecteerd en met
„OK“ bevestigd.
Door aan de toerentalmeter te draaien wisselt het scherm tussen spannings- en stroomverloop en het combi-
scherm van beide gegevens. Opnieuw op de toerentalmeter drukken brengt u terug naar het hoofdscherm.
Begin- en eindpunt van de Y-as zijn vb. met Y=0,7-1,7V gemarkeerd, terwijl op de X-as de tijd van 0 tot vb. 00d08h
(= 00 dagen, 08 uur) wordt ingevoerd. De schaalindeling van de assen gebeurt automatisch.
Het diagram geeft geen druppellading „TRICKLE“ weer.
f) Programma annuleren
Het annuleren van een lopend accuprogramma is ofwel mogelijk door de accu uit de laadschacht te verwijderen of
door „CANCEL PRG“ onder „OPTIONS“ te kiezen.
g) Accu-analyse
De analyse van de accu gebeurt automatisch in de accuprogramma‘s „CYCLE“, „ALIVE“ en „MAXIMIZE“. Na het
beëindigen van het accuprogramma verschijnt het resultaat in vier stappen „TOP“ / „FIT“ / „OK“ / „BAD“.
Hierbij staat „TOP“ voor een optimaal en „BAD“ voor een zeer slechte accustand.
Als het bij de selectie „CAPACITY undened“ blijft, gebeurt een automatische analyse van de accu door de toege-
voerde met de ontnomen capaciteit te vergelijken (aanduiding „RATIO“). De analyse moet hierbij als relatief worden
beschouwd aangezien de capaciteitsaanduiding van de accu niet in de berekening kan worden betrokken.
Een verkeerd ingevoerde capaciteitswaarde voert tot verkeerde resultaten bij de accu-analyse. Een nog
werkende accu kan vb. slecht en een beschadigde accu als „TOP“ worden beoordeeld.