User manual

94
10. FUNCTIES
a) Accuprogramma‘s
De „Charge Manager 2024“ stelt in totaal zes accuprogramma‘s voor de behandeling van accu‘s ter beschikking:
Herladen („RCH“ = „RECHARGE“)
Ontladen („DIS“ = „DISCHARGE“)
Proladen („PCH“ = „PROCHARGE“)
Cyclus („CYC“ = „CYCLE“)
Activeren („ALV“ = „ALIVE“)
Maximaliseren („MAX“ = „MAXIMIZE“)
b) Druppellading
Als de accu in het laadapparaat wordt geladen en indien nodig, start het druppellaadprogramma „TRICKLE“ (weer-
gave „TRI“) automatisch.
c) Stroomspaarmodus
Als alle programma‘s zijn afgewerkt (aanduiding „RDY“) en er werd de toerentalmeter niet geactiveerd, dan schakelt
het laadapparaat zich na ca. een minuut in de stroomspaarmodus. Hierbij wordt ook het scherm uitgeschakeld.
Een druk op de toerentalmeter, het plaatsen van een andere cel, het verwijderen van cellen of het starten van de
druppellading zorgen ervoor dat de stroomspaarmodus wordt verlaten.
Als er een USB-verbinding van een pc naar het laadapparaat bestaat, dan schakelt het laadapparaat niet in
de energiespaarmodus over.
Een automatische herkenning van diepontladen 9 V-blokken is niet voorzien omdat dit in tegenstelling staat tot
de maximale stroomefciëntie. Als een diepontladen accu wordt gebruikt, moet het apparaat met „OK“ (druk op
toerentalmeter) worden geactiveerd.
d) Memory backup
Dit laadapparaat beschikt over een memory backup, i.e. programma‘s en de geaccumuleerde vermogenswaarden
van accu‘s blijven tot een week zonder stroomtoevoer behouden. Dit maakt het vb. mogelijk om langlopende
programma‘s, zoals „ALIVE“ of „MAXIMIZE“ op een later moment voort te zetten.
Belangrijk!
Vervang de accu nooit in stroomloze toestand! Het laadapparaat neemt de niet meer geldige gegevens
over en het zou tot verkeerde waarden of schade aan de vervangen accu kunnen komen!
Het verder uitvoeren van programma‘s is uitsluitend mogelijk als het ingebouwde buffergeheugen werd
opgeladen. Hiervoor moet het laadapparaat minstens twee uur met de stroomtoevoer zijn verbonden.