User manual

117
a) Het netsnoer aansluiten
1. Sluit het meegeleverde geaarde netsnoer aan op de IEC-poort (11) van de voedingsadapter.
Zorg dat het stevig vast zit.
2. Sluit het netsnoer aan op een stopcontact met randaarde. De totale lengte van het netsnoer
tot aan het stopcontact mag niet meer zijn dan 3 m.
b) Het apparaat opstellen
Plaats de labvoeding op een stabiel, vlak en slijtvast oppervlak. Zorg ervoor dat de ventilatie-
openingen in de behuizing onbedekt zijn.
c) Algemene informatie
De labvoeding is microprocessor-gestuurd en wordt bediend via twee digitale instelknoppen
(incrementeelzondereindpositie)mettoetsbesturing.Zovindtjneengroveinstellingviaeen
instelknop plaats.
Na het inschakelen volgt er een systeemcontrole. De teststatus wordt weergegeven in de twee
displays. De volgorde van weergave is als volgt:
Weergave van de huidige softwareversie.
Segmenttesten of het display met alle afzonderlijke
segmenten werkt. Na deze stap wordt
overgeschakeld naar de normale weergave.
De voedingsadapter kan gebruikt worden in 3 modi. De volgende modi zijn mogelijk:
Normaal
Normaal gebruik. Instellen van voltage en stroom vindt plaats op
de voorzijde.
Preset
Gebruik als geheugen. In het apparaat kunnen drie vaste voltages
opgeslagen worden die rechtstreeks via deze preset-functie
geselecteerd kunnen worden. Selecteren van het geheugen
verloopt via de selectietoetsen PRESET 1, 2 en 3 (8) en instellingen
via de instelknoppen (4 en 5).