User manual

121
b) Handmatige output AAN/UIT
1. Druk op de OUTPUT ON/OFF-toets om de output handmatig aan- of uit te zetten.
2. De OUTPUT ON/OFF-toets licht op wanneer de output aan staat.
c) Regelbare ampère-/wattmeter
1. Druk op de SHIFT-toets en aansluitend op de LOCK/UNLOCK-toets om te switchen tussen
ampèremeter en wattmeter.
2. Wanneer u weer terug wilt switchen naar de ampèremeter , druk dan nogmaals op de
SHIFT-toets en aansluitend op de LOCK/UNLOCK-toets.
10. GEBRUIK ALS "PRESET" GEHEUGEN
In het apparaat kunnen drie vaste voltages incl. stroominstellingen rechtstreeks via de preset-
functie geselecteerd worden. Af fabriek zijn alle drie de geheugenplaatsen (PRESET 1, 2, 3)
voorgeprogrammeerd.
Type
Geheugen
PRESET 1 PRESET 2 PRESET 3
Voltage Stroom Voltage Stroom Voltage Stroom
CPPS-160-42 5 V Maximum 13.8 V Maximum 20 V Maximum
CPPS-160-84 5 V Maximum 13.8 V Maximum 20 V Maximum
Let erop dat er geen externe apparatuur aangesloten is.
Het datageheugen kan ingesteld worden via de bijgeleverde software. Hiertoe
verwijzen wij u naar het hoofdstuk "Sturing met PC-software".
1. Druk op de gewenste PRESET 1, 2, 3-selectietoets (8). De toets licht op en de
voorgeprogrammeerde waarden worden in het display (2) weergegeven.
2. U kunt de voorgeprogrammeerde voltage- en stroomwaarden naargelang uw toepassing
wijzigen. Het outputvoltage kan via de VOLTAGE-knop (4) ingesteld worden en de
outputstroom kan via de CURRENT-knop (5) aangepast worden.
Wanneer u de voorgeprogrammeerde voltage- en stroomwaarden
wijzigt, dan worden deze waarden opgeslagen wanneer de labvoeding
uitgeschakeld wordt. Controleer altijd de ingestelde waarden voordat u een
extern apparaat aansluit.