Instructions

92
Controleer voor elke meting uw meetapparaat en de meetdraden op beschadiging(en). Voer nooit metin-
gen uit als de beschermende isolatie beschadigd is (gescheurd, losgetrokken, etc.). De meegeleverde
meetkabels zijn voorzien van een slijtage-indicator. Bij beschadiging wordt er een tweede isolatielaag
met een andere kleur zichtbaar. De meetapparatuur mag dan niet langer worden gebruikt en moet
worden vervangen.
Gebruik de multimeter niet kort voor, tijdens of direct na onweer (blikseminslag! /energierijke overspan-
ningen!). Let erop, dat uw handen, schoenen, kleding, de vloer, schakelingen en schakelcomponenten
etc. per sé droog zijn.
Gebruik het product niet in de directe nabijheid van:
- sterke magnetische of elektromagnetische velden
- zendantennes of HF-generatoren
De gemeten waarde kan daardoor worden vertekend.
Als aangenomen mag worden dat veilig gebruik niet meer mogelijk is, moet het apparaat worden uit-
geschakeld en tegen onbedoeld gebruik worden beveiligd. Men dient ervan uit te gaan dat een veilig
gebruik niet meer mogelijk is als:
- het apparaat zichtbaar beschadigd is,
- het apparaat niet meer functioneert en
- het gedurende een lange periode onder ongunstige omstandigheden opgeborgen is geweest of
- na zware transportbelastingen.
Zet het meetapparaat nooit onmiddellijk aan nadat het van een koude naar een warme ruimte is ge-
bracht. De condens die hierbij wordt gevormd kan het apparaat onder bepaalde omstandigheden onher-
stelbaar beschadigen. Laat het apparaat eerst op kamertemperatuur komen voordat u het inschakelt.
Laat het verpakkingsmateriaal niet achteloos rondslingeren; dit kan voor kinderen gevaarlijk speelgoed
zijn.
Neem ook de veiligheidsinstructies in de afzonderlijke hoofdstukken in acht.