Instruction for Use

N C
M Y
REINIGING EN ONDERHOUD
Voor inbouwapparaten
x Maak de ventilatieroosters op gezette tijden
schoon met een stofzuiger of met een
borstel (zie afbeelding
).
x Maak de buitenkant schoon met een zachte
doek.
Vrij geı¨nstalleerde apparaten
x Maak de condensator aan de achterzijde van
het apparaat (zie afbeelding
) regelmatig
schoon met een stofzuiger of een borstel.
LANGDURIGE AFWEZIGHEID
1. Maak het koelgedeelte en het vriesvak leeg.
2. Koppel het apparaat los van het
elektriciteitsnet.
3. Ontdooi het koelgedeelte, maak het schoon
en maak zowel het vries- als het
koelgedeelte droog.
4. Laat de deuren open o m te vermijden dat er
zich onaangename geuren vormen.
STORINGEN OPSPOREN
1. Hetapparaatwerktniet
x Is de stroom uitgevallen?
x Zit de stekker wel goed in het stopcontact?
x Is de tweepolige schakelaar ingeschakeld?
x Is de zekering doorgebrand?
x Is de voedingskabel kapot?
x Staat de thermostaat op de x?
2. De temperatuur in de vakken is niet
koud genoeg.
x Sluiten de deuren wel goed?
x Is het apparaat te dicht bij een warmtebron
geplaatst?
x Staat de thermostaat in de juiste stand?
x Is de luchtcirculatie door de ventilatieroosters
verstopt?
3. De temperatuur in het koelgedeelte is te
laag
x Staat de thermostaat in de juiste stand?
4. Er staat water op de bodem van het
koelgedeelte
x De afvoer van het dooiwater is verstopt.
5. De interne verlichting werkt niet
Controleer eerst punt 1, en vervolgens:
x Koppel het apparaat los van het
elektriciteitsnet.
Zie voor het bereiken van het lampje de
instructies en de tekening in d e bijgeleverde
tabel
x Controleer het lampje en vervang het indien
nodig door een nieuw.
Gebruik een lampje met een vermogen van
hoogstens 15 W.
Opmerkingen:
x Als de voorste rand van de koelkast
warm is, is er geen sprake van een
defect, maar voorkomt dit
condensvorming.
x Gorgelende- en expansiegeluiden,
afkomstig van het koelcircuit, zijn
normaal.
31
31