Operation Manual

Uw printer gebruiken in combinatie met een Macintosh
29
Tijdens het afdrukken
NB
:
Het Macintosh-printereigenschappenvenster in de gebruikershandleiding
verschilt mogelijk van het venster dat u ziet, omdat dit afhankelijk is
van de gebruikte printer. Het printereigenschappenvenster bestaat
echter uit vrijwel dezelfde onderdelen.
U kunt de naam van de printer controleren op de bijgeleverde
cd-rom.
Een document afdrukken
Als u afdrukt met een Macintosh, moet u in elke toepassing die u gebruikt
de printersoftware-instelling controleren. Ga als volgt te werk om af te
drukken vanaf een Macintosh.
1
Open een Macintosh-toepassing en selecteer het bestand dat u wilt
afdrukken.
2
Open het menu
File
en klik op
Page Setup
(
Document Setup
in sommige toepassingen).
3
Kies het papierformaat, de afdrukstand, de schaal en andere
opties, en klik op
OK
.
4
Open het menu
File
en klik op
Print
.
5
Kies het gewenste aantal exemplaren en geef aan welke pagina’s
u wilt afdrukken.
6
Klik op
Print
als u klaar bent met het instellen van de opties.
Mac OS 10.3
Zorg dat uw printer
is geselecteerd.
Afdrukinstellingen wijzigen
U kunt geavanceerde afdrukfuncties gebruiken voor uw printer.
Selecteer
Print
in het menu
File
van uw Macintosh-toepassing.
De printernaam die in het printereigenschappenvenster verschijnt,
is afhankelijk van de gebruikte printer. Het printereigenschappenvenster
bestaat afgezien van de naam uit vrijwel dezelfde onderdelen.
Lay-outinstellingen
Het tabblad
Layout
bevat opties waarmee u de weergave van het document
op de afgedrukte pagina kunt aanpassen. U kunt verschillende pagina’s
op één vel papier afdrukken.
Selecteer
Layout
in de vervolgkeuzelijst
Presets
om toegang te krijgen
tot de volgende functies. Zie "Verschillende pagina’s afdrukken op één
vel papier" in de volgende kolom voor meer informatie.
Mac OS 10.3