Operation Manual

Bezig met afdrukken
Xerox
®
WorkCentre
®
3655-multifunctionele printer 77
Handleiding voor de gebruiker
Omslagen afdrukken
Een omslag is de eerste of de laatste pagina van een document. U kunt papierbronnen voor de
omslagen selecteren die afwijken van de papierbron voor het hoofdgedeelte van een document. U
kunt bijvoorbeeld het briefhoofdpapier van uw bedrijf voor de eerste pagina van een document
gebruiken. U kunt ook zwaar papier voor de eerste en laatste pagina van een rapport gebruiken. U
kunt elke geschikte papierlade gebruiken als bron voor het afdrukken van omslagen.
Selecteer een van de volgende opties voor het afdrukken van omslagen:
Geen omslagen - hiermee worden geen omslagen afgedrukt. Er worden geen omslagen aan het
document toegevoegd.
Alleen vooromslag - hiermee wordt de eerste pagina afgedrukt op papier uit de opgegeven
lade.
Alleen achteromslag - hiermee wordt de laatste pagina afgedrukt op papier uit de opgegeven
lade.
Voor en achter: Hetzelfde - hiermee worden de eerste en laatste pagina vanuit dezelfde lade
afgedrukt.
Voor en achter: Verschillend - hiermee worden de eerste en laatste pagina vanuit verschillende
laden afgedrukt.
Nadat u een selectie hebt gemaakt voor het afdrukken van omslagen, kunt u het papier voor de voor-
en achteromslag selecteren op basis van het formaat, de kleur of de soort. U kunt ook blanco of
voorbedrukt papier gebruiken en zijde een, zijde twee of beide zijden van de omslagpagina's
bedrukken.
Invoegpagina's afdrukken
U kunt blanco of voorbedrukte invoegpagina's invoegen vóór de eerste pagina van elk document of
na specifieke pagina's in het document. Door het toevoegen van een invoegpagina na specifieke
pagina's in een document kunt u secties in het document scheiden of markeren. Zorg dat u het
papier opgeeft dat voor de invoegpagina's moet worden gebruikt.
Invoegopties - hiermee kunt u een invoeging plaatsen Na pagina X, waarbij X de opgegeven
pagina is, of Voor pagina 1.
Aantal invoegingen - hiermee geeft u het aantal vellen op dat u op elke plaats wilt invoegen.
Met Pagina's kunt u de pagina of het bereik van de pagina's opgeven waarbij gebruik wordt
gemaakt van de kenmerken van de afwijkende documentpagina's. Afzonderlijke pagina's of
paginabereiken moeten met komma's van elkaar worden gescheiden. Geef pagina's binnen een
bereik aan met een streepje. Als u bijvoorbeeld pagina’s 1, 6, 9, 10 en 11 wilt opgeven, dan typt
u 1,6,9-11.
Met Papier wordt het standaardformaat, de standaardkleur en standaardsoort weergegeven
van het papier die zijn geselecteerd bij Opdrachtinstellingen gebruiken. Klik op Pijl omlaag
rechts van het veld Papier om het papierformaat, de papierkleur of -soort te veranderen.
Opdrachtinstelling - toont de papierkenmerken voor de rest van de opdracht.