Operation Manual

Menu Instellingen
Xerox CopyCentre/WorkCentre/WorkCentre Pro 123/128/133 Handleiding voor de gebruiker 271
Met [Fax] geselecteerd:
Item Beschrijving Standaard
Faxnummer Voer een faxnummer in (max. 128 cijfers).
Naam ontvanger Voer de naam van een ontvanger in (max.
18 tekens).
Index Voer een alfanumeriek teken in dat als
zoekterm voor het zoeken in het
adresboek wordt gebruikt.
Instelling doorzendstation Geef aan of het geregistreerde
adresnummer moet worden herkend als
een beginrondzendstation wanneer het
apparaat als een doorzendstation wordt
gebruikt.
OPMERKING: Voer, alvorens de
toepassing Doorzenden wordt gebruikt,
de adresnummers in die stations in
werking stellen ongeacht de startmethode
van de stations.
Uit
Mode Communicatie Selecteer een communicatiemode uit [G3
Auto], [F4800] en [G4 Auto].
G3 Auto
Resolutie Selecteer een resolutieniveau dat voor de
verzending moet worden gebruikt uit
[Bedieningspaneel], [Standaard], [Fijn],
[Zeer fijn (400 dpi)] en [Zeer fijn (600 dpi)].
Wanneer [Bedieningspaneel] wordt
geselecteerd, wordt het op het
bedieningspaneel geselecteerde
resolutieniveau gebruikt.
Bedieningspaneel
Voorblad Geef aan of er een voorblad moet worden
toegevoegd. Wanneer [Aan] wordt
geselecteerd, selecteert u een opmerking
voor een ontvanger en/of afzender.
OPMERKING: Tenzij van te voren
geregistreerd, kunnen opmerkingen niet
worden geselecteerd. Voor informatie
over het registreren van opmerkingen, zie
Opmerkingen op pagina 276
.
Uit
Maximum beeldgrootte Selecteer de maximum beeldgrootte,
afhankelijk van het papierformaat van de
ontvanger, uit [A3], [B4] en [A4], of
selecteer uit [8,5 x 11 inch], B4 en [11 x
17 inch] (afhankelijk van het land).
11 x 17 inch