Operation Manual

14
AANSLUITINGEN
Opmerkingen
Gebruik een in de handel verkrijgbare S-videokabel wanneer u aansluit op de S VIDEO-aansluiting, en in de handel verkrijgbare
videokabels wanneer u aansluit op de COMPONENT VIDEO-aansluitingen.
Wanneer u de COMPONENT VIDEO-aansluitingen gebruikt, raadpleegt u de informatie in de gebruiksaanwijzing van de component
die u wilt aansluiten.
Videomonitor met 21-pens stekker
Breng een verbinding tot stand zoals op bladzijde 15 is aangegeven door gebruikmaking van een in de handel
verkrijgbare SCART-stekkeraansluitkabel.
VIDEO AUX-aansluitingen (op het voorpaneel)
Deze aansluitingen worden gebruikt voor het aansluiten
van iedere video-ingangsbron, zoals een gamemachine, op
dit apparaat.
Y
P
B/
C
B
PR/
C
R
Aansluiten van videocomponenten
Over de videoaansluitingen
Er zijn drie soorten videoaansluitingen. Videosignalen die via de VIDEO-aansluitingen worden ingevoerd, zijn de
conventionele composietsignalen. Videosignalen die via de S VIDEO-aansluiting worden ingevoerd, worden gescheiden
in een helderheidsvideosignaal (Y) en een kleurenvideosignaal (C). Met S-videosignalen worden de kleuren met hoge
kwaliteit weergegeven. Videosignalen die via de COMPONENT VIDEO-aansluitingen worden ingevoerd, worden
gescheiden in een helderheidsvideosignaal (Y) en kleurverschilvideosignalen (P
B
/C
B
, P
R
/C
R
). De aansluitingen wordt
tevens in drieën gescheiden voor ieder signaal. De beschrijving van de componentvideoaansluitingen kan verschillen
afhankelijk van het apparaat (bijv. Y, C
B
, C
R
/Y, P
B
, P
R
/Y, B-Y, R-Y enz.). Componentvideosignalen bieden de hoogste
kwaliteit in beeldreproductie.
Als uw videocomponent een S-video-uitgangsaansluiting of componentvideo-uitgangsaansluitingen heeft, kunt u deze
aansluiten op dit apparaat. Sluit de S-videosignaal-uitgangsaansluiting van uw videocomponent aan op de S VIDEO-
aansluiting van dit apparaat, of sluit de componentvideosignaal-uitgangsaansluitingen van uw videocomponent aan op
de COMPONENT VIDEO-aansluitingen van dit apparaat.
y
Iedere soort videoaansluiting werkt onafhankelijk. Signalen die
wordt ingevoerd via de composietvideo-, S-video- en
componentvideoaansluitingen, worden uitgevoerd via de
overeenkomstige composietvideo-, S-video-, respectievelijk
componentvideoaansluitingen.
Wanneer u S-videoaansluitingen met dit apparaat maakt, is het
niet noodzakelijk tevens composietvideoaansluitingen te maken.
Wanneer beide soorten aansluitingen zijn gemaakt, geeft dit
apparaat voorrang aan de S-videoaansluitingen.
U kunt de ingangsbron van de COMPONENT VIDEO A- en B-
aansluitingen toewijzen al naar gelang uw component, met
behulp van item “7 I/O ASSIGNMENT” op het INSTELMENU
(zie bladzijde 44 voor verdere informatie).
VIDEO-
aansluiting
(composiet)
S VIDEO-
aansluiting
COMPONENT VIDEO-
aansluitingen
S VIDEO VIDEO
L AUDIO R OPTICAL
VIDEO AUX
AUDIO OUT R
AUDIO OUT L
VIDEO OUT
OPTICAL OUT
S VIDEO OUT
O
V
L
R
S
Gamemachine