Operation Manual

83
3D-weergave of blok-weergave van de bebouwing van een plaats, die de grootte
en plaats van de gebouwen op de kaart omvat, tonen of onderdrukken.
Selecteer welke plaatsen op de kaart getoond moeten worden tijdens het
navigeren. De aanwezigheid van te veel plaatsen maakt de kaart onoverzichtelijk,
het is daarom een goed idee om er zo min mogelijk op de kaart te tonen. Voor de
zichtbaarheid van plaatsen kunt u daarom zichtbaarheidssets opslaan. U hebt de
volgende mogelijkheden:
x Tik op het selectievakje om de plaatscategorie te tonen of te verbergen.
x Tik op de naam van de plaatscategorie om de lijst met subcategorieƫn te
openen.
x Tik op
om de huidige zichtbaarheidsset op te slaan of
een eerder opgeslagen set te laden. Hier kunt u ook terugkeren naar de
standaard zichtbaarheidsinstellingen.
4.2.6 Instellingen voor visuele begeleiding
Stel in hoe de software u helpt bij het navigeren via verschillende route-gerelateerde gegevens op het
kaartscherm.
De gegevensvelden in de hoek van het kaartscherm kunnen worden aangepast.
Tik op deze toets en selecteer de waarden die u wilt zien. De waarden kunnen
verschillen wanneer u langs een specifieke route navigeert, of wanneer u alleen
maar rondrijdt zonder opgegeven bestemming. U kunt algemene ritgegevens
selecteren, zoals uw huidige snelheid of hoogte, of routegegevens die betrekking
hebben op uw eindbestemming, of het volgende tussenpunt op uw route.
Wanneer er geschikte informatie beschikbaar is, wordt er boven aan de kaart
rijstrookinformatie getoond die identiek is aan de daadwerkelijke verkeerborden
boven de weg. U kunt deze functie in- en uitschakelen.
Als u een afrit of een complex kruispunt nadert en er is hierover informatie
beschikbaar, dan zal de kaart worden vervangen door een 3D-weergave van het
knooppunt. U kunt deze functie inschakelen, of de kaart laten weergeven voor de
volledige route.
U kunt de voortgangsbalk van de route inschakelen om uw aankomende route als
rechte lijn weer te geven aan de linkerkant van de kaart. De blauwe pijl
vertegenwoordigt uw huidige positie en beweegt tijdens het rijden omhoog terwijl u
naar de volgende gebeurtenis op de route reist (manoeuvre). Verkeerssituaties
worden ook op de lijn getoond.