User manual

Waarschuwing!
Het apparaat mag alleen door een erkend elektro-
installateur worden aangesloten.
Verwijder alle verpakkingsonderdelen alvorens de
machine te plaatsen.
Plaats de machine, indien mogelijk, zo dicht mogelijk bij
aansluitingen voor de watertoe- en afvoer.
Inbouw-aanwijzingen
Deze afwasautomaat is bestemd voor inbouw.
Attentie!
Volg bij de montage van het paneel aan de deur en de
inbouw van de afwasautomaat de instructies op het
meegeleverde boorsjabloon.
De inbouwnis hoeft niet van ventilatie-openingen voorzien te
worden. Indien de nis van een achterwand voorzien is, dan is
het voldoende om openingen te maken voor het aansluitsnoer,
de toevoerslang en de afvoerslang.
De stelvoetjes met een groot regelbereik bieden de
mogelijkheid de hoogte van de machine te regelen.
Alle ingrepen waarbij inwendige componenten toegankelijk
zijn, moeten worden uitgevoerd wanneer de machine is
afgesloten van het elektriciteitsnet.
Verzeker u ervan dat de watertoevoer- en waterafvoerslang en
het netsnoer niet klem raken of geknikt worden tijdens het
plaatsen van de machine in de inbouwnis.
De afwasmachine waterpas zetten
Een waterpas installatie is van groot belang voor de goede
sluiting en waterdichtheid van de deur.
Verzeker u ervan dat de deur goed sluit, zonder wrijving aan
de zijkanten.
Regel de stelvoetjes zodanig dat de deur perfect sluit.
Bevestigen aan aangrenzende
keukenmeubelen
Om te voorkomen dat de afwasmachine gaat schudden, moet
hij d.m.v. de meegeleverde steuntjes aan het werkblad, aan
aangrenzende keukenkastjes of aan de muur worden
bevestigd.
Watertoevoer
De machine mag op warm water, tot maximaal 60°C,
aangesloten worden .
Wij adviseren u echter dat niet te doen omdat dan de
afwasresultaten niet altijd goed zullen zijn en daarnaast ook de
koude spoelgangen met warm water gebeuren, zodat van
besparing nauwelijks sprake is.
Wel is de programmaduur aanzienlijk korter, omdat de
noodzakelijke opwarmtijd ontbreekt. Dat is echter tevens één
van de redenen waarom, met name bij sterk verontreinigde
afwas, de resultaten niet altijd goed zullen zijn.
De slangwartel van de toevoerslang sluit u aan op een kraan
met 3/4" schroefdraad, of op een watertoevoer met
snelaansluiting (press block).
Zie erop toe dat de waterleidingdruk niet de bij de "Technische
gegevens" vermelde waarde overschrijdt.
Voorkom scherpe bochten of knikken in de slang, omdat deze
de doorstroming van water kunnen vertragen of verhinderen.
Het uiteinde van de toevoerslang dat op de machine is
aangesloten, kan in iedere gewenste stand gedraaid worden
nadat de wartel is los gedraaid. Draai de wartel weer stevig
aan om waterlekkage te voorkomen. (Sommige modellen
zijn uitgerust met een toevoerslang zonder wartel. Bij deze
modellen is de toevoerslang niet verstelbaar).
Als de machine wordt aangesloten op nieuwe of lange tijd
ongebruikte leidingen, dan is het raadzaam om het water een
paar minuten te laten doorstromen alvorens de
watertoevoerslang op de machine aan te sluiten.
Gebruik een nieuwe slang voor de aansluiting.
De afwasmachine is voorzien van beveiligingen die voorkomen
dat het afwaswater in de drinkwaterleiding kan terugstromen
en die aan de terzake geldende veiligheidseisen voldoen.
Waterafvoer
De waterafvoerslang kan op de volgende manieren
gemonteerd worden
1. In een sifon, zorg er dan wel voor dat de slang niet kan
wegglijden.
2. In een gootsteen, indien de machine vrijstaand wordt
geplaatst. Gebruik daarvoor, indien aanwezig, de
meegeleverde slanghouder.
3. In een afvoerpijp met ventilatie, binnendiameter min. 4 cm.
De hoogte van de afvoerslang moet tussen 30 cm (min.) en
100 cm (max.) boven de onderkant van het apparaat liggen.
De afvoerslang kan links of rechts van de afwasmachine
gedraaid worden.
Zorg ervoor dat de slang niet geknikt, platgedrukt of
ineengestrengeld is, dat kan de waterafvoer verstoren.
Als u een verlengslang gebruikt, mag deze niet langer dan 2
meter zijn en de binnendiameter mag niet kleiner zijn dan die
van de oorspronkelijke afvoerslang. Ook de binnendiameter
van de koppelingen die u gebruikt voor aansluiting aan de
afvoerpijp mag niet kleiner zijn.
Let op!
Al onze afwasmachines zijn voorzien van een beveiliging
die verhindert dat afvalwater in de machine kan
terugstromen. Als de sifon (afvoerpijp, zwanenhals) van de
gootsteen is voorzien van een eenrichtingsklep, dan kan
deze klep de waterlozing van de afwasmachine storen.
Daarom raden wij aan de klep te verwijderen.
Installatie
4