BFM Gesloten industriële boiler BFM - 30/50/80/100/120 0306 707 Installatie-, Gebruikers- en Servicehandleiding Innovation has a name.
uw installateur A.O. Smith Hoofdkantoor Europa, De Run 5305, 5503 LW Veldhoven www.aosmith.
gis Lees deze handleiding zorgvuldig Waarschuwing Lees deze handleiding zorgvuldig voordat u het toestel in gebruik neemt. Het niet lezen van deze handleiding en het niet opvolgen van de instructies in deze handleiding kan leiden tot ongevallen en schade aan personen en het toestel. Copyright © 2008 A.O. Smith Water Products Company Alle rechten voorbehouden.
gis 4 Instructiehandleiding BFM
gis Inhoudsopgave 1 Inleiding - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - 7 1.1 1.2 1.3 1.4 1.5 1.6 1.7 2 Over het toestel - - - - - Wat te doen bij gaslucht - Voorschriften - - - - - - Onderhoud - - - - - - - Notatiewijzen - - - - - - Doelgroepen - - - - - - - Overzicht van dit document - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - 7 7 7 8 8 9 9 Werking van het toestel - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - 11 2.1 2.2 2.3 2.4 2.
Inhoudsopgave 9 In bedrijf nemen - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - 49 9.1 9.2 9.3 10 Uit bedrijf nemen - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - 51 10.1 10.2 10.3 10.
gis 1 1.1 Over het toestel Inleiding Deze handleiding beschrijft de installatie, service en het gebruik van een BFMtoestel. Het BFM-toestel is een gasgestookte gesloten boiler met een ventilator in de luchttoevoer. De schoorsteenaansluitingen, parallel of concentrisch, zijn toestelafhankelijk. De mogelijke toesteltypen zijn C13 en C33. De informatie in deze handleiding geldt voor de: BFM 30, BFM 50, BFM 80, BFM 100 en BFM 120.
1 Inleiding gis Verder dient de installatie te voldoen aan de voorschriften van de fabrikant. Opmerking Voor alle voorschriften, eisen en richtlijnen geldt dat aanvullingen of latere wijzigingen en/of toevoegingen op het moment van installeren van toepassing zijn. 1.4 Onderhoud Een onderhoudsbeurt dient minimaal één maal per jaar zowel waterzijdig als gaszijdig te worden uitgevoerd.
gis 1.6 Doelgroepen De drie doelgroepen voor deze handleiding zijn: • (eind)gebruikers; • installateurs; • service- en onderhoudsmonteurs. Op iedere pagina wordt met symbolen aangegeven voor welke doelgroep de informatie bedoeld is. Zie de tabel. Symbolen per doelgroep Symbool Doelgroep (Eind)gebruiker Installateur Service- en onderhoudsmonteur 1.7 Overzicht van dit document Hoofdstuk De tabel geeft een overzicht van de inhoud van dit document.
1 10 Inleiding gis Instructiehandleiding BFM
gis 2 2.1 Inleiding Instructiehandleiding BFM Werking van het toestel In dit hoofdstuk komen achtereenvolgens aan de orde: • Algemene werking van het toestel; • Opwarmcyclus van het toestel; • Beveiliging van het toestel; • Veiligheid van de installatie.
2 2.2 gis Werking van het toestel Algemene werking van het toestel De figuur geeft een dwarsdoorsnede van het toestel weer. Dwarsdoorsnede van het toestel 22 22 47 47 18 18 48 5 2 9 11 42 10 39 43 24 38 44 41 40 49 12 46 21 14 45 51 52 16 15 8 50 36 16 IMD-0240 R2 Legenda Niet vermelde nummers zijn niet van toepassing. 2. warmwateruitlaat 5. drukschakelaar 8. branderkamer 9. anode 10. tank 11. warmtewisselaar 12. inspectie- en reinigingsopening 14. koudwaterinlaat 12 15.
gis Bij dit toestel wordt het koude water, onderaan de tank, ingevoerd bij de koudwaterinlaat (14). Door de branderkamer (50) en warmtewisselaar (11) wordt de verbrandingswarmte overgedragen aan het water. Het opgewarmde tapwater verlaat de tank bij de warmwateruitlaat (2). Als het toestel volledig met water gevuld is, staat het voortdurend onder waterleidingdruk. Bij het aftappen van warm water uit het toestel wordt er direct weer koud water toegevoegd.
2 2.4 Werking van het toestel gis Beveiliging van het toestel 2.4.1 Inleiding De branderautomaat bewaakt de watertemperatuur m.b.v. thermostaten en zorgt voor een veilige verbranding. Dit gebeurt door: 2.4.2 • de Beveiliging watertemperatuur; • de Ionisatiepen; • de Drukschakelaar. Beveiliging watertemperatuur De branderautomaat bewaakt m.b.v. de vorst-, maximaal-, en de veiligheidsthermostaat drie temperaturen die betrekking hebben op de veiligheid.
gis 2.4.4 Drukschakelaar De drukschakelaar waarborgt de afvoer van de rookgassen en de luchttoevoer tijdens het voorspoelen en in bedrijf zijn van het toestel. De drukschakelaar staat standaard open. Bij voldoende drukverschil sluit de drukschakelaar. Treedt er echter een verstoring op dan gaat de drukschakelaar weer open en wordt de opwarmcyclus onderbroken. De tabel geeft schakelpunten per toestel. Opmerking Het schakelpunt van de drukschakelaar kan niet worden bijgesteld.
2 16 Werking van het toestel gis Instructiehandleiding BFM
is 3 Installatie Waarschuwing De installatie dient te geschieden overeenkomstig de algemeen en plaatselijk geldende voorschriften van gas-, waterleidings-, elektriciteitsbedrijven en brandweer, door een erkend installateur. Het toestel mag alleen in een ruimte geïnstalleerd worden indien die ruimte voldoet aan de vereiste landelijke en plaatselijke ventilatievoorschriften (1.3 "Voorschriften"). 3.
3 is Installatie 3.3.2 Maximale vloerbelasting Houd in verband met het gewicht van het toestel rekening met de maximale vloerbelasting, zie de tabel. Gewicht van het toestel gevuld met water 3.3.3 BFM 30 BFM 50 BFM 80 BFM 100 BFM 120 539 kg 543 kg 548 kg 573 kg 573 kg Watersamenstelling Het toestel is bedoeld om drinkwater op te warmen. Het drinkwater moet voldoen aan de regelgeving voor drinkwater voor menselijke consumptie. In de tabel ziet u een overzicht van de specificaties.
is Werkruimte BB AA AA AA IMD-0241 R1 Instructiehandleiding BFM 19
3 3.4 is Installatie Technische specificaties Het toestel is geleverd zonder accessoires. Controleer de maten (3.4.1 "Afmetingen van het toestel"), de gasgegevens (3.4.3 "Gasgegevens") en andere specificaties (3.4.2 "Algemene en elektrische gegevens") van de te gebruiken accessoires. 3.4.
is Afmetingen (tenzij anders aangegeven, alle maten in mm) Maat Omschrijving BFM30 BFM50 BFM80 BFM100 BFM120 A Totale hoogte 2000 2000 2020 2020 2020 B Hoogte bovenzijde toestel 1800 1800 1820 1820 1820 C Positie op pallet 580 580 580 580 580 D Diameter toestel 710 710 710 710 710 E Diepte 1000 1000 1000 1000 1000 F Breedte 755 755 755 755 755 G Diameter rookgasafvoer 80 100 130 130 130 Hy y-positie luchttoevoer - - - 235 235 K Hoogte gasaanslu
3 is Installatie 3.4.3 Gasgegevens Gasgegevens Omschrijving Eenheid BFM 30 BFM 50 BFM 80 BFM 100 BFM 120 Diameter inspuiter mm 2.90 2.
is 3.5 Aansluitschema De figuur geeft het aansluitschema weer. Dit schema wordt gebruikt in de paragrafen waarin het eigenlijke aansluiten wordt beschreven. Aansluitschema Legenda 14 14 14 Niet vermelde nummers zijn niet van toepassing. 1. drukreduceerventiel (verplicht indien de waterleidingdruk groter is dan 8 bar) 2. inlaatcombinatie (verplicht) 3. T&P-Ventiel (optioneel) 4. afsluiter (aanbevolen) 5. terugslagklep (verplicht) 6. circulatiepomp (optioneel) 7. shuntpomp (optioneel) 9.
3 is Installatie Let op Een inlaatcombinatie is verplicht. Monteer deze zo dicht mogelijk bij het toestel. Waarschuwing Tussen inlaatcombinatie en het toestel mag nooit een afsluiter of terugslagklep geplaatst worden. 3.6.2 Shuntleiding U kunt een shuntpomp aansluiten om gelaagdheid van het water in de boiler te voorkomen. 1. Optioneel: monteer afhankelijk van het tappatroon een shuntleiding (Ø 22 mm), een afsluiter (11) en een shuntpomp (7). 2. Monteer een terugslagklep (5). 3.
is 3.6.5 Circulatieleiding Zie (C) in het aansluitschema (3.5 "Aansluitschema"). Indien men direct warm water ter beschikking wil hebben bij tappunten kan een circulatiepomp geïnstalleerd worden. Dit verhoogt het comfort en voorkomt waterverspilling. 1. Monteer een circulatiepomp (6) met een capaciteit overeenkomend met de grootte en weerstand van het circulatiesysteem. 2. Monteer een terugslagklep (5) na de circulatiepomp om de circulatierichting te garanderen. 3.
3 3.8 is Installatie Luchttoevoer en rookgasafvoer 3.8.1 Inleiding Waarschuwing De installatie dient te geschieden door een erkend installateur en overeenkomstig de algemeen en plaatselijke geldende voorschriften (1.3 "Voorschriften"). De aansluiting van de luchttoevoer en rookgaafvoer van de BFM 30, 50 en 80 enerzijds en de BFM 100 en 120 anderzijds verschillen. 3.8.2 Montage rookgasmateriaal BFM 30, 50, 80 De BFM-toestellen zijn gekeurd voor de categorie C13 en C33.
is 3.8.3 Concentrische muurdoorvoer BFM 30, 50, 80 Muurdoorvoer . A IMD-0060 R2 3.8.4 Specficatie concentrische muurdoorvoer C13 (BFM30, 50, 80) Specificatie concentrische muurdoorvoer C13 Onderwerp Muurdoorvoerset: • 1x Muurdoorvoer (incl. muurplaat & klemband) • 1x Pijp 500 mm • 1x Bocht 90° Pijpmateriaal Pijpdiameters Omschrijving 0302 515 1 0302 504 1 0302 326 1 Art. Nr.
3 is Installatie 3.8.5 Concentrische dakdoorvoer BFM30, 50, 80 Dakdoorvoer . C B A IMD-0061 R2 3.8.6 Specificatie concentrische dakdoorvoer C33 (BFM30, 50, 80) Specificatie concentrische dakdoorvoer C33 Onderwerp Dakdoorvoerset: • 1x Dakdoorvoer (incl. klemband) • 1x Pijp 1000 mm • 1 x Plakplaat Pijpmateriaal Pijpdiameters Omschrijving 0302 5181 0302 5071 0302 3271 Art.
is 3.8.7 Montage rookgasmateriaal BFM 100, 120 Het luchttoevoerkanaal (1) en rookgasafvoerkanaal (2) het voor de BFM 100 en 120 komen separaat uit de topbox. Ze dienen via een broekstuk op de concentrische muurdoorvoer of dakdoorvoer aangesloten te worden. Parallelle aansluiting BFM 100, 120 Legenda 1. Luchttoevoer 2. rookgasafvoer 1 2 IMD-0252 R1 A.O. Smith schrijft het gebruik voor van een voor het toestel goedgekeurde concentrische dak- of muurdoorvoer.
3 is Installatie 3.8.8 Concentrische muurdoorvoer BFM100, 120 Muurdoorvoer . B A IMD-0226 R1 3.8.9 Specficatie concentrische muurdoorvoer C13 (BFM100, 120) Specificatie concentrische muurdoorvoer C13 Onderwerp Omschrijving Muurdoorvoerset: • 1x Muurdoorvoer (incl. muurplaat & klemband) • 1x Klemband • 1x broekstuk • 2x Pijp 500 mm • 2x Bocht 90° Art. Nr.
is 3.8.10 Concentrische dakdoorvoer BFM 100, 120 Dakdoorvoer . C B A IMD-0239 R1 3.8.11 Specficatie concentrische dakdoorvoer C33 (BFM 100, 120) Specificatie concentrische dakdoorvoer C33 Onderwerp Omschrijving Dakdoorvoerset: • 1x Muurdoorvoer (incl. klemband) • 1x Pijp 1000 mm • 1 x Plakplaat Art. Nr.
3 3.9 is Installatie Elektrische aansluiting Waarschuwing De installatie dient te geschieden door een erkend installateur en overeenkomstig de algemeen en plaatselijke geldende voorschriften (1.3 "Voorschriften"). In deze paragraaf worden de elektrische aansluitingen beschreven. De figuur geeft een aanzicht van het elektrisch aansluitblok weer, de tabel de bijbehorende aansluitingen. Aansluitblok Legenda A. schroeven B. beschermkap C.
is 3.9.1 Netspanning aansluiten Het toestel wordt geleverd zonder voedingskabel en hoofdschakelaar. Opmerking Om het toestel van spanning te voorzien dient het toestel m.b.v. een permanente elektrische verbinding op netspanning aangesloten te worden. Tussen deze vaste verbinding en het toestel moet een dubbelpolige hoofdschakelaar met een contactopening van tenminste 3 mm geplaatst worden. De voedingskabel moet aders van minimaal 3 x 1,0 mm2 bevatten.
3 is Installatie Gasblok voor BFM 30 t/m 100 Legenda 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. branderdrukregeling dopje branderdrukregeling stelschroef branderdrukregeling connector van gasblok vlakke afdichtplaat meetnippel voordruk gasblok meetnippel manifold 1 3 2 6 7 8 4 5 IMD-0256 R1 Gasblok voor BFM 120 Legenda 1. 3. 6. 7. 8.
is Om de voordruk en branderdruk te controleren handelt u als volgt: 1. Maak het toestel spanningsloos (10.3 "Toestel spanningsloos maken"). 2. Op het gasblok zitten twee meetnippels. Voor het controleren van de voordruk wordt meetnippel (6) gebruikt. De andere meetnippel op het gasblok wordt niet gebruikt. Voor het meten van de branderdruk wordt de manifoldmeetnippel (8) gebruikt. In de meetnippels bevinden zich afdichtschroefjes. Draai beide afdichtschroefjes enkele slagen los.
3 Installatie is 19. Indien de ingestelde druk niet juist is de branderdruk afregeling herhalen tot juiste druk bereikt is. 20. Neem het toestel buiten bedrijf door de 0/1-schakelaar op stand 0 te zetten. 21. Sluit de gastoevoer. 22. Ontkoppel beide manometers en draai de afdichtschroefjes in de meetnippels dicht. Opmerking Neem voor het in bedrijf nemen even de tijd om de meegeleverde garantiekaart in te vullen.
is 4 Ombouw naar een andere gascategorie Let op De ombouw mag alleen door een erkend installateur uitgevoerd worden. Indien het toestel moet gaan functioneren op een andere gasfamilie (LP-gas of aardgas) of op een andere gascategorie anders dan de gascategorie waar het toestel standaard op afgesteld is, dient het toestel met een speciale ombouwset aangepast te worden. Let op Na ombouwen dient u de voordruk en branderdruk te controleren. 4.1 Ombouwen 1. Maak het toestel spanningsloos (10.
4 4.2 Inspuiters vervangen is Ombouw naar een andere gascategorie Gasblok gedemonteerd 1. trekontlaster 2. kabel vonkelektrode 3. kabel ionisatiepen 7 4. branderautomaat 4 5. connector(en) van het gasblok 6 6. gasblok 5 7. gaskoppeling 8. branderbed 1 7 5 6 5 8 2 3 IMD-0254 R1 1. Demonteer de beschermkap van de bedieningszuil: draai de 4 schroeven los en verwijder de beschermkap door deze omhoog te tillen. Het elektriciteitsgedeelte wordt nu zichtbaar. 2.
is 8. Als volgens de gastabel (3.4.3 "Gasgegevens") de hoofdinspuiters van de branders moeten worden vervangen: a. Demonteer de hoofdinspuiters (5) b. Monteer de hoofdinspuiter uit de ombouwset. Controleer de benodigde inspuitdiameter met behulp van de gastabel (3.4.3 "Gasgegevens"). De diameter is met slagcijfers op de inspuiter aangegeven. 9. Indien nodig vervang de vlakke plaat of branderdrukregeling 10. Plaats het branderbed terug en monteer de schroeven. 11.
4 40 Ombouw naar een andere gascategorie is Instructiehandleiding BFM
gis 5 Vullen Aansluitschema Legenda Niet vermelde nummers zijn niet van toepassing. 1. drukreduceerventiel (verplicht indien de waterleidingdruk groter is dan 8 bar) 2. inlaatcombinatie (verplicht) 3. T&P-Ventiel (optioneel) 4. afsluiter (aanbevolen) 5. terugslagklep (verplicht) 6. circulatiepomp (optioneel) 7. shuntpomp (optioneel) 9. aftapkraan 10. gaskraan (verplicht) 11. service afsluiter (aanbevolen) 13. condensafvoer 14. tappunten A. koudwatertoevoer B. warmwaterafvoer C. circulatieleiding D.
5 42 Vullen gis Instructiehandleiding BFM
gis 6 Aftappen Aansluitschema Legenda Niet vermelde nummers zijn niet van toepassing. 1. drukreduceerventiel (verplicht indien de waterleidingdruk groter is dan 8 bar) 2. inlaatcombinatie (verplicht) 3. T&P-Ventiel (optioneel) 4. afsluiter (aanbevolen) 5. terugslagklep (verplicht) 6. circulatiepomp (optioneel) 7. shuntpomp (optioneel) 9. aftapkraan 10. gaskraan (verplicht) 11. service afsluiter (aanbevolen) 13. condensafvoer 14. tappunten A. koudwatertoevoer B. warmwaterafvoer C. circulatieleiding D.
6 44 Aftappen gis Instructiehandleiding BFM
gis 7 7.1 Het bedieningspaneel Inleiding 7.5 In dit hoofdstuk komen achtereenvolgens aan de orde: • Bedieningspaneel; • Betekenis van de icoontjes; • AAN/UIT-schakelaar; • Regelthermostaat; • Resetknop branderautomaat. 7.2 Bedieningspaneel Het bedieningspaneel bestaat uit: Regelthermostaat Met de draaiknop van de regelthermostaat stelt u de gewenste watertemperatuur in tussen ± 40°C en ± 70°C. De draaiknop is traploos en heeft een verdeling van 1 t/m 4.
7 46 Het bedieningspaneel gis Instructiehandleiding BFM
gis 8 8.1 Status van het toestel Inleiding In dit hoofdstuk komen achtereenvolgens aan de orde: • Bedrijfstoestanden; • Storingstoestanden; 8.2 Bedrijfstoestanden In werking heeft het toestel drie basis bedrijfstoestanden, te weten: • 8.3 Als het toestel zich in een storingstoestand bevindt wordt warmtevraag (tijdelijk) genegeerd en kunt u geen warm water aftappen. Ook de vorstbeveiliging werkt nu niet meer.
8 48 Status van het toestel gis Instructiehandleiding BFM
gis 9 9.1 In bedrijf nemen Inleiding In dit hoofdstuk komen achtereenvolgens aan de orde: • In bedrijf nemen; • Opwarmcyclus van het toestel. 9.2 In bedrijf nemen U neemt het toestel in bedrijf via: 1. Vul het toestel (5 "Vullen"). 2. Zet de gaskraan open (3.5 "Aansluitschema"). 3. Schakel spanning op het toestel met de hoofdschakelaar tussen het toestel en het elektriciteitsnet. 4. Zet het toestel in de "ON-mode" door de AAN/UITschakelaar op het bedieningspaneel op stand I te zetten. 5.
9 50 In bedrijf nemen gis Instructiehandleiding BFM
gis 10 Uit bedrijf nemen 10.1 Inleiding In dit hoofdstuk komen achtereenvolgens aan de orde: • Toestel een korte periode buiten bedrijf stellen ("OFF-mode"); • Toestel spanningsloos maken; • Toestel voor een lange periode buiten bedrijf stellen. 10.2 Toestel een korte periode buiten bedrijf stellen ("OFF-mode") Om het toestel een korte periode buiten bedrijf te stellen moet u de vorstbeveiliging inschakelen met behulp van de opwarmcyclus van het toestel (2.3 "Opwarmcyclus van het toestel").
10 52 Uit bedrijf nemen gis Instructiehandleiding BFM
gis 11 Storingen 11.1 Inleiding In dit hoofdstuk worden de volgende storingen behandeld: • Gaslucht. • Waterlekkage. • Explosieve ontsteking. • Slecht vlambeeld. • Geen warm water • Onvoldoende warm water. Als het toestel zich in een storingstoestand bevindt wordt warmtevraag (tijdelijk) genegeerd en kunt u geen warm water aftappen. Ook de vorstbeveiliging werkt nu niet meer.
is 11.2 Storingstabel: algemene storingen Waarschuwing Onderhoud mag alleen worden uitgevoerd door een service- en onderhoudsmonteur. Algemene storingen Kenmerk Oorzaak Gaslucht Gaslekkage Maatregel Waarschuwing Sluit direct de hoofdgaskraan. Opmerking WaarschuwingNeem direct contact op met uw installateur of plaatselijk gasbedrijf. Waarschuwing Geen schakelaars bedienen. Waarschuwing Geen open vuur. Waarschuwing Ventileer de ruimte waar het toestel in staat.
is 11.3 Storingstabel: onvoldoende warm water Waarschuwing Onderhoud mag alleen worden uitgevoerd door een service- en onderhoudsmonteur. Onvoldoende warm water Kenmerk Oorzaak Maatregel Onvoldoende warm water Ingestelde watertemperatuur (Tset) te laag Zet regelthermostaat (7.5 "Regelthermostaat") in hogere stand Opmerking Warmwatervoorraad is 1.
is 11.4 Storingstabel: geen warm water Geen warm water Kenmerk Oorzaak Maatregel Opmerking Geen startpoging van de opwarmcyclus Geen voedingsspanning aanwezig 1. Controleer of hoofdschakelaar AAN staat Zie het elektrisch schema BFM (14 "Elektrisch schema") Indien de storing niet verholpen kan worden neem dan contact op met uw installateur 2. Controleer spanning op de hoofdschakelaar 3. Controleer spanning op het elektrisch aansluitblok 4. Controleer spanning op de branderautomaat 5.
is Kenmerk Oorzaak Resetknop branderautomaat (lock out error branderautomaat) Deze storing kent drie mogelijke oorzaken. Om de oorzaak te kunnen bepalen moet u de storing opnieuw laten optreden: Maatregel Opmerking zie opwarmcyclus van het toestel (9.3 "Opwarmcyclus van het toestel") 1. Reset het toestel door 1x de resetknop te bedienen 2. Oorzaak (a) treedt op tussen stap 4 en stap 5 van de opwarmcyclus 3. Oorzaak (b) treedt op in stap 5 of 6 4.
is Instructiehandleiding BFM 58
s 12 Onderhoud uitvoeren 12.1 Inleiding Let op Onderhoud mag alleen door een erkend service- en onderhoudsmonteur worden uitgevoerd. Bij elke onderhoudsbeurt dient het toestel zowel waterzijdig als gaszijdig onderhouden te worden. Het onderhoud dient in de volgende volgorde te worden uitgevoerd. 1. Waterzijdig onderhoud 2. Waterzijdig onderhoud 3. Gaszijdig onderhoud 4.
12 s Onderhoud uitvoeren 12.3.2 Controle anodes Tijdige vervanging van de anodes verlengt de levensduur van het toestel. De aanwezige anodes moeten vervangen worden zodra ze voor 60% of meer verbruikt zijn (houd hiermee rekening bij het bepalen van de onderhoudsfrequentie). 1. Verwijder het schoorsteenmateriaal uit de topbox. 2. Demonteer de deksel van de topbox. 3. Neem de bekabeling van de ventilator los en verwijder de kabel uit de trekontlaster. 4. Draai de schroeven van de topbox los. 5.
s 2 1 5 3 7 6 4 IMD-0235 R2 1. Verwijder de afdekplaat (1) op de buitenmantel (zie de figuur). 2. Verwijder de isolatie (2) voorzichtig en leg deze apart. Deze moet later weer gebruikt worden. 3. Draai de bouten los. 4. Verwijder de deksel, de pakking en de O-ring. 5. Inspecteer de tank en verwijder de losse kalkaanslag en verontreinigingen. 6. Indien de kalkaanslag niet handmatig verwijderd kan worden, dient ontkalkt te worden met een ontkalkingsmiddel.
12 s Onderhoud uitvoeren 12.4 Gaszijdig onderhoud 12.4.1 Inleiding Gaszijdig dienen de volgende stappen te worden uitgevoerd: 1. Reinigen brander(s). 2. Reinigen inspuiter(s). 3. Controle wervelstrips. 12.4.2 Reinigen brander(s) 1. Demonteer de brander(s). 2. Verwijder de op de brander(s) aanwezige verontreinigingen. 3. Monteer de brander(s). 12.4.3 Reinigen inspuiter(s) 1. Demonteer de inspuiter(s). 2. Verwijder de in de inspuiter(s) aanwezige verontreinigingen. 3. Monteer de inspuiter(s). 12.4.
gis 13 Garantie (certificaat) Voor registratie van uw garantie dient u de bijgevoegde garantiekaart ingevuld te retourneren waarna u een garantiecertificaat wordt toegestuurd. Dit certificaat geeft de eigenaar van een door A.O. Smith Water Products Company B.V. te Veldhoven, Nederland (hierna "A.O. Smith") geleverd toestel recht op de hierna omschreven garantie, waartoe A.O. Smith zich jegens de eigenaar verbindt. 13.
13 Garantie (certificaat) i. 13.4 Uitsluitingen gis Het toestel moet te allen tijden voorzien zijn van kathodische bescherming. Indien hiervoor opofferingsanodes zijn toegepast moeten deze worden vervangen en vernieuwd indien en zodra ze voor 60% of meer verbruikt zijn. Bij toepassing van elektrische anodes moet men ervoor zorgen dat deze continu functioneel zijn. De in artikel 1 en 2 bedoelde garantie geldt niet: a. indien de boiler door een van buiten komende oorzaak is beschadigd; b.
is 14 14.1 Inleiding Instructiehandleiding BFM Elektrisch schema Dit hoofdstiuk geeft de elektrische schema('s) en bijbehorende lengenda.
14 is Elektrisch schema 14.
is COMPONENTEN: A Mantel B Scheidingstransformator C LDS (Luchtdrukverschilschakelaar) D Filter E Reset knop F Vorstthermostaat G Regelthermostaat H AAN/UIT schakelaar K Veiligheidsthermostaat L Maximaalthermostaat M Branderautomaat N Kroonklemstrip P Aardingsstrip R Relais OPTIONELE COMPONENTEN Instructiehandleiding BFM S Klok T Potentiostaat 67
14 68 Elektrisch schema is Instructiehandleiding BFM
gis Index A K aansluiten circulatieleiding 25 elektrisch 32, 33 gas 25 koudwaterzijdig 23 luchttoevoer 26 shutleiding 24 warmwaterzijdig 24 aansprakelijkheid 3 aftappen 43 algemene gegevens 3 kalkaanslag 60 koudwaterzijdig aansluiten 23 L luchttoevoer aansluiten 26 luchtvochtigheid 17 M merknamen 3 muurdoorvoer 27, 30 N B bedrijfstoestanden 47 beveiliging 14 branderdruk 33 buitenbedrijfstellen korte periode 51 langere periode 51 spanningsloos maken 51 netspanning 32, 33 notatiewijzen 8 O ombouw naar
Index 0306 707 5.