Operating Instructions and Installation Instructions

10
Instellen van het zonnesysteem
Aeesrand:
de bovenste rand van de vlotter.
Voorbeeld: 4.5 l/min
1. Stel de gewenste ow in door de
draaisnelheid van de zonnecircuitpomp af
te stellen. De huidige ow kan afgelezen
worden aan de bovenrand van de vlotter.
Neem de specicaties van de fabrikant van
de collectoren in acht met betrekking tot de
juiste ow-afstelling.
2. Monteer het voorschild van het
zonnepompstation.
3. Stel de automatische werking op de regelaar
in (zie handleiding regelaar).
4.2 AFTAPPEN VAN HET ZONNEWARMTESYSTEEM
1. Open de non-terugslagkleppen in het
kogelventiel [4] door deze naar stand 45º te
draaien.
2. Sluit een hittebestendige slang aan op de
aftapkraan [7].
Zorg ervoor dat de zonnevloeistof in een
hittebestendige opvangbak kan stromen.
3. Open de aftapkraan [7] van het
zonnepompstation.
4. Open, indien aanwezig, het
ontluchtingsventiel dat zich op het hoogste
punt in het zonnesysteem bevindt.
5. Verwijder de zonnevloeistof in
overeenstemming met de plaatselijke
voorschriften.
Pas op: De hete zonnevloeistof kan brandwonden veroorzaken!
De wegstromende vloeistof kan zeer heet zijn. Plaats de opvangbak zodanig
dat omstanders niet in gevaar zijn terwijl het zonnewarmtesysteem geleegd
wordt.