Operation Manual

Bijkomende functies
54
eud-0837/2.0 — I7.6 — 08.2007
Functies instellen via remote control
Deze sectie legt uit hoe u de toestelinstellingen kan wijzigen ook al bent u niet in de buurt van uw
toestel.
U bent niet op uw plek en wilt functies activeren op uw telefoon vanaf een ander toestel.
U kunt vele functies van uw toestel op afstand aan of uitzetten.
De "Remote Control" besturing maakt gebruikt speciale *#-procedure codes. U kunt deze op de
gebruikelijk manier inzetten en toepassen.
Om het geparkeerd gesprek terug te nemen:
Druk op de overeenstemmende lijntoets.
De actieve verbinding wordt geactiveerd.
Notitie:
Het is niet mogelijk om een bezette lijn te nemen door op de corresponde-
rende lijntoets te drukken.
Remote control gebruiken vanaf een third-party toestel:
Geef de */# procedure 36 in.
Toets uw telefoonnummer in.
Voer uw PIN code in.
Voer de gewenste *#-procedure in om de functie te activeren of deactiveren.
Neem de telefoonhoorn op.
U hoort een bevestigingstoon.
Leg de telefoonhoorn op de haak.
De functie is nu geactiveerd/uitgeschakeld.
Notitie:
De fabrieksinstelling ”0000” wordt niet geaccepteerd. Verander eerst de PIN
zoals beschreven in hoofdstuk "Het wijzigen van uw persoonlijke code (PIN)",
pagina 63 of gebruik de */# procedure *47 (zie “Users Guide */# Procedures as
of I7.1”). Indien u uw persoonlijke code (PIN) bent vergeten kan uw systeembe-
heerder uw code instellen op de fabrieksinstelling.