Operation Manual

262
IP-adres: Hier wordt het ingestelde IP-adres weergegeven. Het toekennen van het
adres kan automatisch (DHCP) of handmatig plaatsvinden (zie hieronder).
ESSID: De ESSID is de naam van het toegangspunt. Deze kan automatisch worden
toegekend of handmatig worden ingevoerd.
Handmatige instelling: Handmatige instelling van de ESSID.
Modus: Selecteer hier de W-LAN verbindingsmodus.
Infrastructuur: De netwerkcamera wordt via een Access Point met het netwerk verbonden.
Ad-Hoc: In deze modus is het mogelijk dat de netwerkcamera direct met een andere
netwerkadapter (netwerkkaart) communiceert. Er wordt een zogenaamde
Peer-to-Peer-omgeving opgebouwd.
Verificatie: Hier kan een versleutelingsmodus voor draadloze overdracht worden
ingesteld.
Open Er is geen versleuteling geselecteerd.
Gemeenschappelijke sleutel (WEP, Wired Equivalent Privacy) Voor het versleutelen wordt een 64- of 128-
Bit sleutel gebruikt (HEX of ASCII). Voor de communicatie met andere
apparaten moeten de sleutels van beide apparaten overeenstemmen.
(10/26 HEX tekens of 5/13 ASCII tekens, overeenkomstige Bitlengtes)
WPA-PSK / WPA2-PSK (Wi-fi Protected Access – Pre-Shared-Keys) Bij deze methode worden
dynamische sleutels gebruikt. Als versleutelingsprotocollen kunnen TKIP
(Temporal Key Integrity Protokoll) of AES (Advanced Encrytion Standard)
worden gekozen. Als sleutel moet een zogenaamde wachtzin (Pre-shared
Key) worden verstrekt.
(64 HEX tekens of 8 - 63 ASCII tekens)
Versleuteling: Selecteer hier het betreffende versleutelingstype.
Gemeenschappelijke sleutel: WEP / gedeactiveerd
WPA-PSK / WPA2-PSK: TKIP of AES
Sleutellengte: Alleen bij WEP. Selecteer hier de bitlengte voor de sleutel.
Netwerksleutel: Alleen bij WEP. Maximaal kunnen 4 sleutels worden verstrekt.
IP-adres verkrijgen: Het IP-adres, subnetmasker en het adres voor de standaard router
(gateway) worden automatisch van een DHCP-server verkregen.
Daartoe moet zich een geactiveerde DHCP-server in het netwerk
bevinden.
Volgend IP-adres gebruiken: Handmatige instelling van het IP-adres, subnetmasker en standaard
router (gateway)
Het volgende DNS-serveradres gebruiken: Indien het DNS-serveradres niet automatisch door een
DHCP-server wordt verstrekt, dan kan deze hier handmatig
worden toegewezen.
Primaire DNS-server: Eerste serveradres, waarbij de camera probeert DNS-
namen in IP-adressen om te zetten.
Secundaire DNS-server: Alternatief serveradres, waarbij de camera probeert DNS-
namen in IP-adressen om te zetten.