Instruction Manual

5
Nederlands
1. De statusindicatoren aan de voorkant zijn zelfs zichtbaar als het scherm
gesloten is.
3 Beeldscherm Ook wel Liquid-Crystal Display (LCD)
genoemd, geeft de output van de
computer weer (configuratie kan per
model verschillen).
4 HDD-indicator Licht op wanneer de harde schijf actief is.
Num Lock-
indicator
Brandt wanneer het Num Lock is
ingeschakeld.
Caps Lock-
indicator
Brandt wanneer het Caps Lock is
ingeschakeld.
5 Aan/uit knop Schakelt de computer aan en uit.
6 Toetsenbord Om gegevens in te voeren in de computer.
7 Touchpad Tastgevoelig aanwijsapparaat dat
functioneert als een computermuis.
8
Stroomindicator
1
Geeft de vermogenstatus van de computer
aan.
Accu-indicator
1
Geeft de batterijstatus van de computer
aan.
1. Opladen: Het licht is oranje wanneer de
accu wordt opgeladen.
2. Volledig opgeladen: Het licht is blauw in
de AC-modus.
Communicatie-
indicator
1
Geeft de apparaatstatus van de draadloze
verbindingen van de computer aan.
9 Kliktoetsen
(links en rechts)
De toetsen links en rechts functioneren als
de linker en rechter muistoetsen.
10 Polssteun Comfortabele ondersteuning voor uw
handen wanneer u de computer gebruikt.
11 Luidsprekers De luidsprekers links en rechts zorgen voor
stereogeluid.
12 Uitwerpknop
optisch station
Werpt de optische schijf uit het station.
13
P
Programmeerbare
toets
Programmeerbaar door gebruiker
(alleen voor bepaalde modellen).
PowerSmart-toets Plaatst de computer in de energie
besparende modus (alleen voor bepaalde
modellen).
# Pictogram Item Beschrijving