Operation Manual

Table Of Contents
37
Nederlands
Wachtwoorden invoeren
Als er een wachtwoord is ingesteld, wordt middenin het scherm een
wachtwoordvenster weergegeven.
Als er een beheerderswachtwoord is ingesteld, wordt dit gevraagd als u tijdens
het opstarten op <F2> drukt voor het BIOS utility.
Voer het beheerderswachtwoord in en druk op <Enter> als u het BIOS utility
wilt gebruiken. Als u een onjuist wachtwoord invoert, verschijnt er een
waarschuwing. Probeer het opnieuw en druk op <Enter>.
Als het gebruikerswachtwoord is ingesteld en het wachtwoord bij opstarten is
ingeschakeld, wordt tijdens het opstarten het wachtwoord gevraagd.
Voer het gebruikerswachtwoord in en druk op <Enter> als u de computer wilt
gebruiken. Als u een onjuist wachtwoord invoert, verschijnt er een
waarschuwing. Probeer het opnieuw en druk op <Enter>.
Belangrijk! U krijgt drie kansen om het correcte wachtwoord in te
voeren. Als u driemaal een onjuist wachtwoord invoert, wordt het
systeem geblokkeerd. Verschuif de stroomschakelaar en houd de
aan/uit knop vier seconden ingedrukt om de computer uit te
schakelen. Schakel de computer weer in en probeer het opnieuw.
Wachtwoorden instellen
U kunt wachtwoorden instellen in het BIOS utility.